CDA Rotterdam
Actueel
Rotterdam, 16 juni 2005
CDA: verordening goed startpunt voor een nieuw subsidiebeleid
In de Raad van vandaag werd er gesproken over de subsidieverordening
Rotterdam. De CDA fractie beschouwt de Subsidieverordening Rotterdam
(SvR 2005) als een belangrijke verworvenheid van het rapport van de
commissie Van Middelkoop. Enerzijds wordt een veel steviger basis
gelegd voor het toekennen van subsidies zowel structureel als
incidenteel terwijl anderzijds de verantwoording over die subsidies
zowel transparanter als steviger kan worden aangepakt. De kritiek die
de commissie Van Middelkoop heeft, wordt met deze nieuwe verordening
op bevredigende wijze ondervangen.
Fractievoorzitter Harm van den Born gaf in zijn bijdrage aan dat de
CDA fractie de verordening beschouwt als een goed startpunt van een
nieuw subsidiebeleid, voor de vakcommissies en de raad, maar schept
ook voor de aanvragers duidelijkheid waaraan zij hebben te voldoen om
subsidie te verwerven en die eventueel te behouden.Dat de SvR pas 2007
ingaat ziet de CDA fractie niet als een groot bezwaar. De huidige
verordening heeft zijn beperkingen, maar zoals ook blijkt uit het
verslag van de Accountantsdienst Rotterdam is desalniettemin zonder
meer nog uitvoerbaar bij een strengere interpretatie en ambtelijke
controle. Eventuele overgangsmaatregelen ziet de fractie nog graag ter
beoordeling in de betrokken commissies tegemoet.
DE CDA fractie heeft geen behoefte aan nog verdere toespitsing van
regels over verslaglegging en jaarrekeningen (dus ook niet aan de
toespitsingen die de Rekenkamer nog een keer bepleit). De verordening
moet wel ook voor burgers hanteerbaar zijn, om niet te zeggen een goed
passeerbare drempel om subsidie te verkrijgen in plaats van een haast
onneembare drempel in een uiterst terughoudend subsidiebeleid. Immers
de het sociaal-maatschappelijk en cultureel leven moeten tot
ontplooiing blijven komen in een stad, die daarmee haar burgers dient
en tegemoet komt. Maar maatwerk waar dat past zoals in het raadstuk
aangegeven acht de fractie denkbaar.
Van den Born gaf in zijn bijdrage ook aan dat in het commissiedebat
over de vermogenstoets van instellingen is gesproken. Van den Born
vroeg de wethouder of die toets maatwerk moet zijn al naar gelang
verenigingen en instellingen risico dragen.De fractie ziet, dat in de
praktijk aan het eigen vermogen van stichtingen steeds hogere eisen
worden gesteld, welke eisen niet haaks mogen staan op die van de
overheid.