Dit is een gezamenlijk persbericht
van de gemeente Rotterdam en het
ministerie van Economische Zaken
Nr. 104
16 juni 2005 .
Start benutting industriële restwarmte in zicht
Minister Brinkhorst (Economische Zaken) maakte vandaag bekend het Rotterdamse initiatief tot de oprichting van een Warmtebedrijf te ondersteunen. Hij deed dit op een gezamenlijke persconferentie met de Rotterdamse wethouder Van Sluis (Haven Economie, Werkgelegenheid en Milieu). Met de rijksbijdrage wordt een cruciale stap gezet op weg naar levering van overtollige warmte uit het haven- en industrieel gebied aan gebruikers in en rond Rotterdam.
Het op te richten Warmtebedrijf vormt de schakel tussen de industrie en de energiedistributiebedrijven. Een waterleiding pompt water rond dat wordt opgewarmd door de industrie en wordt afgeleverd door de energiebedrijven aan de gebruiker. De gebruiker heeft geen cv-installatie maar is aangesloten op een collectief systeem dat hij zelf kan bedienen.
Gebruik van industriële restwarmte biedt belangrijke voordelen voor het milieu. Door het hergebruik vermindert de lozing van warmte op het water. Daarnaast bespaart het gas en daarmee schaarse fossiele brandstoffen. Maar het belangrijkste voordeel is het positieve effect op de kwaliteit van het leefmilieu. Hergebruik van industriewarmte betekent minder brandende cv-installaties en dus minder uitstoot van kooldioxide en stikstofoxide. Het warmtenet zal de kooldioxide-uitstoot jaarlijks met 70.000 ton verminderen. Wanneer het warmtenet wordt uitgebreid kan dit oplopen tot ruim één miljoen ton. Deze hoeveelheid is gelijk aan 6 procent van de Kyotodoelstelling die Nederland zich voor 2012 gesteld heeft.
De afname van stikstofoxide levert een substantiële bijdrage aan de lokale luchtkwaliteit. Voor stikstofoxide gelden vanaf 2010 grenswaarden in Nederland. In woongebieden die zijn aangesloten op het warmtenet vermindert de concentratie stikstofoxide met één tot anderhalve microgram per kubieke meter. In het stedelijk gebied van de Rijnmondregio ligt deze concentratie momenteel gemiddeld drie microgram boven de grenswaarde.
Hoogvliet, Charlois en IJsselmonde zijn de eerste Rotterdamse deelgemeenten die worden aangesloten op het warmtenet. Nog dit jaar gaat hiervoor de eerste spade de grond in. Hierna worden in Rotterdam 50.000 woningen en bedrijven aangesloten op het warmtesysteem met mogelijke uitbreiding naar het gebied ten noorden van Rotterdam.
noot voor de redactie/
Gemeente Rotterdam