Rabobank Nederland

Flevolandse economie levert opnieuw topprestatie

15 juni 2005

Rabobank onderzoekt economische prestaties Nederlandse regio's

Flevoland heeft in 2004 in economisch opzicht opnieuw het best gepresteerd van alle Nederlandse provincies. Als glansrijke tweede eindigde de provincie Utrecht. Was vorig jaar Groningen nog hekkensluiter van de provinciale ranglijst, dit jaar is dat Zeeland. Dat blijkt uit de Visie op provinciale dynamiek 2005, het jaarlijks terugkerende, grootschalige regionale onderzoek van economen van de Rabobank.

In de Visie op provinciale dynamiek brengen de Rabobank-economen het economisch presteren van de Nederlandse regio's in kaart. Dat doen zij traditiegetrouw aan de hand van een rapportcijfer voor de economische groei (winst, omzet, export, werkgelegenheid) en de economische kracht (aandeel investerende bedrijven, aandeel exporterende bedrijven, productiestructuur, bedrijvendynamiek) van een gebied. Samen vormen deze twee indicatoren een rapportcijfer voor de economische prestatie van een regio.

Flevoland gaat aan kop

Na een aantal jaren van economische krimp en stagnatie was er in 2004 sprake van enig herstel van de Nederlandse economie. De economische groei in het afgelopen jaar verschilt echter sterk per regio. In de regionale top 40 staan twee van de drie Flevolandse regio's. Op de eerste plaats staat Midden-Flevoland, waarin ook Lelystad ligt. Regio Almere bekleedt de tweede positie. Vooral de werkgelegenheid groeide fors in deze regio's. Voorts is het aandeel van de zakelijke dienstverlening en andere groeisectoren in de productiestructuur van deze regio's groot, waardoor de economische kracht van de provincie als geheel groot is. Uitzondering vormt de regio Noordoostpolder, die zich in de staart van de regionale top 40 bevindt. Hier is de productiestructuur juist ongunstig vanwege de oververtegenwoordiging van de agrarische en de industriële sector.

Andere opvallende regio's

Zuidwest-Friesland zit voor de vierde maal in zes jaar tijd in de top 10. Verder scoort Zuidwest-Overijssel voor het derde jaar op rij goed en kan Noord-Overijssel de opmars van de afgelopen jaren, vooral door de aantrekkingskracht van Zwolle op het bedrijfsleven, niet doorzetten. Net als Flevoland is ook Utrecht in de studie dit jaar in drie regio's verdeeld. Het Stadsgewest Utrecht en Utrecht West staan in de top 10 en ook de Heuvelrug doet het niet slecht. Daarmee eindigt de provincie als geheel op de tweede plaats en lijkt zij na twee mindere jaren weer iets op te krabbelen. In de staart van de lijst staan veel Hollandse regio's. De grootstedelijke regio's krijgen weliswaar een dikke voldoende, maar de regio's daaromheen hebben het afgelopen jaar slecht gepresteerd. Het gebied ten westen van Amsterdam, de regio's IJmond, Zaanstreek en Agglomeratie Haarlem, komt het slechtst uit de bus. De uitzondering is Alkmaar en omgeving. Na een aantal goede jaren staat de regio dit jaar zelfs vijfde. Ook de regio Delft en Westland valt op. Na twee jaar op rij de derde plek ingenomen te hebben, staat de regio dit jaar op positie 31.

Brabantse regio's eigenlijke winnaars van 2004

Eigenlijke winnaars van 2004 zijn volgens de Rabo-economen de Brabantse regio's. Terwijl deze de afgelopen jaren slecht scoorden, was de groei hier vorig jaar ruim bovengemiddeld. Zuidoost-Brabant kende na drie zeer slechte jaren zelfs de sterkste groei van alle regio's. Vooral de omzetgroei in de (metaal-)industrie was hiervoor verantwoordelijk. Ook in Noord-Nederland is het beeld anders dan vorig jaar. De regio's in Groningen scoorden in 2004 alledrie beter dan in 2003. Delfzijl en omgeving is al jaren één van de zwakst groeiende regio's en krijgt ook voor 2004 een onvoldoende, maar de regio kruipt wel iets omhoog. Oost- en Overig Groningen scoren zelfs bovengemiddeld.

Omslag in Friesland

Terwijl Noord-Friesland vorig jaar tot de sterke en Zuidoost-Friesland tot de zwakke groeiers behoorde, is dit beeld in 2004 omgekeerd. Het zuidwesten van de provincie heeft zijn sterke groei van vorig jaar weten te behouden. De Rabo-economen stellen dat Noord-Nederland, inclusief de regio's in Drenthe en Overijssel, over het algemeen een relatief goed jaar heeft gehad.Voorts hebben Alkmaar en omstreken, Zeeuws-Vlaanderen en Zuidwest-Overijssel het vorig jaar verhoudingsgewijs goed gedaan door respectievelijk de werkgelegen-heidsgroei, omzetstijging op de exportmarkt en groei van de export, aldus de Rabobankstudie.

Overigens moet bij de interpretatie van de uitkomsten worden opgemerkt dat de economische omvang van de onderscheiden regio's sterk verschilt. Zo is het bruto regionaal product van Groot-Amsterdam met bijna 50 miljard euro maar liefst 43 keer zo groot als dat van Delfzijl en omgeving. Vooral in kleinere regio's met een dominante bedrijfstak kunnen de ontwikkelingen in enkele grote bedrijven het beeld beïnvloeden. Dit speelt onder meer in IJmond (staalcomplex), Zeeuws-Vlaanderen (chemie) en Zuidwest-Friesland (agrarische en watersportgerelateerde bedrijvigheid).

Groei en kracht in de Nederlandse regio's

Onderstaande figuur geeft een overzicht van de economische groei en de economische kracht van veertig Nederlandse regio's. De grootte van de bollen correspondeert met de werkgelegenheid in de regio en geeft een indicatie van de economische omvang. Idealiter ligt een regio in het kwadrant rechtsboven in de figuur. De regio's in dat kwadrant krijgen een voldoende voor zowel de economische groei als de economische kracht. De regionale indeling wijkt af van de indeling van eerdere jaren. In voorgaande jaren werd de zogenoemde COROP-indeling gehanteerd. Dat is ook dit jaar grotendeels het geval, alleen zijn zowel Utrecht als Flevoland in drie regio's opgesplitst. Daarentegen zijn de COROP-regio's in Limburg, alsmede de regio Het Gooi en Vechtstreek en de regio Eemland (de vierde deelregio van Utrecht) niet meegenomen. Door gebrek aan bruikbare gegevens was het niet mogelijk om die regio's te vergelijken met de andere regio's.