Ministerie van Defensie


---

Kamervragen en antwoorden

---

Antwoord op Kamervragen over wapensmokkel via de vliegbasis Gilze-Rijen

15-6-2005 11:42:00

Hierbij bied ik u, mede namens de Minister van Justitie, de antwoorden aan op de vragen van de leden Timmermans, Blom en Eijsink over wapensmokkel via de vliegbasis Gilze-Rijen. Deze vragen zijn ingezonden op 21 april 2005 onder nummer 2040513430.

DE MINISTER VAN DEFENSIE

Antwoorden op schriftelijke vragen van de leden Timmermans, Blom en Eijsink aan de ministers van Defensie en Justitie over wapensmokkel via de vliegbasis Gilze-Rijen (nr. 2040513430, ingezonden 21 april 2005).

1 . Zijn begin deze maand via vliegbasis Gilze-Rijen twee Kalashnikov-geweren Nederland binnengesmokkeld? 1)

2 . Werden deze automatische wapens aangetroffen in één van de drie Apache helikopters die met een Russisch transportvliegtuig terugkeerden van een missie in Afghanistan? Zo ja, hoe zijn de wapens ontdekt?

7. Is Defensiepersoneel betrokken bij de smokkel van Kalashnikovs via Gilze-Rijen? Hoe ver staat het onderzoek naar deze verdachten? Is inmiddels vervolging ingesteld?

De Koninklijke marechaussee heeft drie militairen gehoord vanwege vermeende betrokkenheid bij de smokkel van twee Kalashnikov-geweren. De geweren zijn op 31 maart jl. aangetroffen in een Apache-helikopter op vliegbasis Gilze-Rijen.

Twee verdachten hadden de Kalashnikovs van buitenlandse collegas in Afghanistan gekregen. De wapens, die deels onklaar waren gemaakt, werden verstopt in het staartstuk van de Apache-helikopter. Bij terugkeer van de helikopter op vliegbasis Gilze-Rijen vond de douane de wapens tijdens een controle. De twee verdachten zijn na verhoor heengezonden. Het proces-verbaal wordt momenteel afgerond en op korte termijn aan het Openbaar Ministerie aangeboden. Er is derhalve door het OM nog geen beslissing genomen over vervolging.

Een derde militair is als getuige gehoord, waarbij onder andere is nagegaan of er sprake was van een redelijk vermoeden van schuld aan overtreding van art 148 Wetboek van Militair Strafrecht (kort gezegd: het opzettelijk toelaten dat een ondergeschikte een misdrijf pleegt of hier opzettelijk niet tegen optreedt). Daarvan bleek na verhoor geen sprake te zijn. Overigens is het onderzoek in deze zaak nog niet voltooid.

3. Hoe vaak worden smokkelpraktijken ontdekt bij transporten die te maken hebben met verplaatsingen van defensiematerieel en -personeel van en naar het buitenland? Kunt u een overzicht geven van de geconstateerde overtredingen en strafbare feiten in de afgelopen tien jaar? Is er sprake van een patroon, mede in het licht van de eerdere drugssmokkelpraktijken met een Marinevliegtuig vanuit de Nederlandse Antillen?

Het smokkelen van goederen of personen ontdekt bij transporten die te maken hebben met verplaatsingen van defensiematerieel en personeel van en naar het buitenland is geen zelfstandig delict in het Wetboek van Strafrecht, de Wet Wapen en Munitie, de Wet Economische Delicten of de Opiumwet. Alleen zelfstandige delicten zijn opgenomen in het Bedrijfsprocessensysteem - COMPAS - van het Openbaar Ministerie. Daarom kan uit dit systeem niet worden afgeleid hoeveel personen zich hieraan in het verleden schuldig hebben gemaakt. Evenmin is het mogelijk een overzicht te geven van de geconstateerde overtredingen en strafbare feiten ter zake in de afgelopen tien jaar. Voor zover uit de thans beschikbare informatie kan worden afgeleid, lijkt er slechts sprake van incidenten en niet van een patroon.

4. Worden alle militaire transporten uit het buitenland bij terugkeer naar Nederland door de douane en de marechaussee gecontroleerd? Zo ja, zijn deze controles vergelijkbaar met de controles van civiele transporten en zijn ze intensiever of minder intensief? Zo deze controles niet vergelijkbaar zijn, waarom is dat het geval?

Alle goederentransporten, ook militaire goederentransporten, uit derde landen staan onder douanetoezicht. Douanecontroles variëren, ze kunnen bestaan uit documentencontroles, scancontroles of fysieke opneming (het "uitpakken" van de goederen). Risicobeheersing is hierbij het uitgangspunt. Dit omvat een stelsel van risicoanalyses op basis waarvan de controlesystematiek wordt bepaald. In welke mate een transport wordt gecontroleerd is afhankelijk van de mate waarin het een riskant transport betreft. Risico's worden onder meer bepaald door het soort goed en het land van herkomst of bestemming.

5. Is er aanleiding, gelet op de regelmatig voorkomende ernstige smokkelpraktijken bij Defensie, het toezicht en de controle op militaire verplaatsingen naar en van het buitenland te intensiveren? Zo ja, op welke wijze gaat u hier invulling aan geven? Zo neen, waarom niet?

Zoals hierboven aangegeven lijkt het hier te gaan om een incident en niet om een wapensmokkellijn. Er is dan ook geen aanleiding het huidige beleid ten aanzien van transporten die te maken hebben met verplaatsingen van defensiematerieel en - personeel van en naar het buitenland te wijzigen.

6. Deelt u de mening dat de reputatie van Defensie en de krijgsmacht ernstige schade oploopt door het regelmatig voorkomen van deze praktijken?

Elk strafbaar feit gepleegd door militairen levert schade op voor de reputatie van de krijgsmacht.

8. Wilt u, gelet op de ernst van de zaak, op korte termijn deze vragen beantwoorden?

Ja, maar de interdepartementale afstemming heeft enige tijd gevraagd.

1) Het Nederlands Dagblad, 20 april jl.