Persbericht Wageningen UR: nr 047, 15 juni 2005
MARTIN KROPFF NIEUWE RECTOR MAGNIFICUS WAGENINGEN UNIVERSITEIT
De Raad van Toezicht van Wageningen Universiteit en Researchcentrum heeft prof. dr. Martin Kropff (48) per 1 september a.s. benoemd tot vice-voorzitter van de Raad van Bestuur met als portefeuille Onderwijs, Onderzoek en Studentenzaken, tevens Rector Magnificus van Wageningen Universiteit. Naast Wageningen Universiteit omvat Wageningen UR de stichting DLO met haar gespecialiseerde onderzoeksinstituten en de Hogeschool Van Hall Larenstein. Prof. Kropff is de opvolger van prof. dr. Bert Speelman.
Prof. Kropff zal zich met name concentreren op het verder versterken van de positie van Wageningen UR als kennispartner op het gebied van de life sciences & natural resources. Op onderwijsgebied gaat het om de versterking van de BSc, MSc en PhD opleidingen in een nationale en internationale context en een verdere onderwijskundige integratie van Wageningen Universiteit en de Hogeschool Van Hall Larenstein. Op het onderzoeksgebied is het uitbouwen van de (inter)nationale toppositie in de verschillende relevante onderzoeksdomeinen het belangrijkste strategische aandachtspunt. Daarbij gaat het om zowel het universitaire onderzoek als het markt- en praktijkgerichte onderzoek binnen de gespecialiseerde onderzoeksinstituten. Binnen Wageningen UR is de verbinding van de verschillende schakels in deze onderzoeksketen een belangrijk aandachtspunt.
Prof. Kropff is sinds 2001 Algemeen Directeur van de Plant Sciences Group van Wageningen UR. Hij is tevens hoogleraar Gewas- en onkruidecologie. Hij studeerde Biologie (cum laude 1984) aan de Universiteit van Utrecht en promoveerde in 1989 cum laude aan de toenmalige Landbouwuniversiteit bij de hoogleraren C.T. de Wit, E. Adema en J. Goudriaan, op een proefschrift over de kwantitatieve effecten van SO2 op de fysiologische processen van planten en de effecten op de gewasopbrengst. Van 1990 tot 1995 werkte hij als programmaleider op het International Rice Research Institute (IRRI) op de Filippijnen waar hij een programma op het gebied van de simulatie en systeemanalyse voor de verbetering van rijstsystemen leidde waaraan zestien teams in negen Aziatische landen meewerkten.
In 1995 werd hij benoemd tot hoogleraar aan Wageningen Universiteit. Verder was hij ondermeer wetenschappelijk directeur van de C.T. de Wit Graduate School en werd hij eerder dit jaar benoemd tot voorzitter van het bestuur van WOTRO-NWO, dat zich bezighoudt met wetenschappelijk onderzoek voor de tropen. Prof. Kropff heeft meer dan honderd papers in peer reviewed journals op zijn naam staan, alsmede twaalf boeken, en meer dan 130 andere publicaties. Tot op heden promoveerden twintig PhD studenten bij hem en er zijn er nog tien op weg naar hun promotie. Bij de VSNU visitatie werd dit jaar de leerstoelgroep Gewas- en onkruidecologie als excellent beoordeeld.
Prof. Kropff heeft naast zijn wetenschappelijke carrière ook een grote bestuurlijke ervaring opgebouwd. Niet in de laatste plaats in zijn huidige functie als Algemeen Directeur van de Plant Sciences Group. In deze hoedanigheid is hij verantwoordelijk voor het functioneren en de resultaten van de 16 leerstoelgroepen op het terrein van de plantenwetenschappen van de universiteit, het onderzoeksinstituut Plant Research International en het Praktijkonderzoek Plant en Omgeving. Onder zijn leiding wist de Plant Sciences Group zich in de afgelopen vier jaar succesvol te ontwikkelen tot een goed functionerend en belangrijk internationaal centrum voor onderwijs en onderzoek op het gebied van de plantenwetenschappen.
Wageningen UR is opgericht in 1997 en bestaat uit: Wageningen Universiteit;
de onderzoeksinstituten: Alterra, Agrotechnology & Food Innovations, PRI (plant research international) PPO (praktijkonderzoek plant en omgeving), Animal Sciencens Group, LEI (landbouw economisch instituut);
Wettelijke onderzoekstaken CIDC (centraal instituut voor dierziektecontrole) en Rikilt instituut voor voedselveiligheid;
Wageningen Business School en IAC (Internationaal Agrarisch Centrum); de hogeschool Van Hall en Larenstein; Wageningen UR heeft 7500 medewerkers, waarvan ca 3500 werken bij de onderzoeksinstituten. Van Hall Larenstein heeft 4300 studenten. Wageningen Universiteit heeft 5000 studenten in de bachelors/mastersfase en 1200 PhD-studenten. Ongeveer de helft van Masters- en PhD-studenten zijn internationale studenten uit 90 verschillende landen. Het is de enige Nederlandse universiteit waaraan het Europese ECTS-label is toegekend. Wageningen UR is verder leidend in 4 grote Europese onderzoeksconsortia uit het zesde kaderprogramma.
Wageningen Universiteit