Ministerie van Financiën

de Voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten Generaal

Datum Uw brief Ons kenmerk (Kenmerk)

13 juni BZ 2005-00470 M 2005

Onderwerp

Verzoek naar aanleiding van de nieuwste cijfers van het CPB

Tijdens een ordedebat op 9 juni jongstleden vraagt het lid Douma om een brief met een reactie van de regering op de nieuwste cijfers van het CPB. Daarnaast vraagt het lid Vendrik naar het oordeel van de regering met betrekking tot de relatie tussen het kabinetsbeleid en het uitblijvende vertrouwen in de Nederlandse economie. Via deze brief kom ik tegemoet aan dit verzoek.

Allereerst zij opgemerkt dat de nieuwste cijfers van het CPB nog niet officieel bekend gemaakt zijn en dat het niet gebruikelijk is dat de regering officieel reageert op niet-officiële publicaties. Naar alle waarschijnlijkheid zal het CPB op 16 juni middels een persbericht de nieuwste inzichten kenbaar maken.

Daarnaast heb ik tijdens het verantwoordingsdebat naar aanleiding van het Financieel Jaarverslag toegezegd om, voorafgaand aan het Voorjaarsnotadebat, te komen met een overzicht van de belangrijkste mee- en tegenvallers die zich sinds de Voorjaarsnota hebben voorgedaan. Dit overzicht zal tezamen met de antwoorden op de schriftelijke vragen naar aanleiding van de Voorjaarsnota aan uw Kamer worden toegezonden. Hier kan dan tijdens het Voorjaarsnotadebat op hoofdlijnen op worden ingegaan. De exacte effecten van gewijzigde inzichten na de Voorjaarsnota zullen hun weerslag vinden in de Miljoenennota.

Ten aanzien van de vraag van het lid Vendrik over consumentenvertrouwen verwijs ik naar het antwoord op vraag 13 naar aanleiding van de Voorjaarsnota die u in de loop van de week zult ontvangen. Het consumentenvertrouwen is nog zeker niet op het niveau dat het kabinet graag zou zien maar vertoont sinds medio 2003 een stijgende tendens.

Mede namens de Minister van Economische Zaken en de Minister-President

DE MINISTER VAN FINANCIEN,