Onderhandelingen Schoonmaak-CAO vastgelopen persbericht van 13 juni 2005)
Vakbonden wijzen loonbod van 6% af
Na opnieuw een vruchteloze dag onderhandelen is duidelijk geworden,
dat werkgevers- en werknemerspartijen in de schoonmaak- en
glazenwassersbranche elkaar voorlopig niet zullen vinden in een nieuwe
CAO. Zelfs een loonbod van bijna 6% in de periode tot en met 2007 kon
de vakbonden niet overtuigen om tot een principe-akkoord te komen. Dat
bleek na afloop van de onderhandelingen op maandag 13 juni 2005 toen
de delegaties van de Ondernemersorganisatie Schoonmaak- en
Bedrijfsdiensten (OSB), FNV Bondgenoten en CNV Bedrijvenbond zonder
concreet resultaat van tafel gingen. De vakbonden wezen de
voorstellen, onder andere op het vlak van extra loon en
loondoorbetaling bij ziekte, als onvoldoende van de hand. Ondanks de
teleurstelling over de houding van de vakbonden, bestaat er vanuit
werkgeverszijde de sterke wens om toch tot een nieuwe CAO te komen. Om
de huidige impasse te doorbreken, zal de OSB-onderhandelingsdelegatie
tijdens de Algemene Ledenvergadering van de werkgeversorganisatie op
16 juni aanstaande de achterban gaan raadplegen. Op basis hiervan
wordt volgende week een eindbod aan de vakbonden gestuurd.
Tegen de achtergrond van de achterblijvende economische ontwikkeling
maakt de schoonmaak- en glazenwassersbranche, net zoals vele andere
sectoren in Nederland, een moeilijke tijd door. Dat maakt dat de
onderhandelingsruimte zeer beperkt is, omdat de kosten van de
CAO-afspraken niet tot grote prijsstijgingen in de markt mogen leiden.
Desondanks hebben de werkgevers zich sterk gemaakt om verbetering in
de arbeidsvoorwaarden van werknemers te brengen. De nullijn, waarmee
vanuit het Centraal Akkoord een sterk gematigde loonontwikkeling werd
nagestreefd, is inmiddels losgelaten. Maar een verhoging van het
uurloon tot Euro 10,- zoals FNV Bondgenoten dat wil en die zou leiden
tot een loonstijging van 20% in 5 jaar, is in deze tijd volstrekt
onhaalbaar. OSB zet in op een gedegen pakket van arbeidsvoorwaarden,
waarin ook ruimte is voor secundaire zaken als een goede
kinderopvangregeling, een aanvaardbaar inkomen bij ziekte en een
volwaardige regeling in de sfeer van levensloop en prépensioen. Op
deze onderwerpen zijn vanuit werkgeverszijde ruime concessies gedaan.
OSB vindt het dan ook zeer teleurstellend, dat de vakbonden niet dat
kleine scheutje water bij de wijn hebben gedaan om toch tot een
principe-akkoord te komen.