Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Persbericht ministerraad
10 juni 2005
Nieuwe Pensioenwet: meer zekerheid en duidelijkheid voor werknemers en
gepensioneerden
Werknemers en gepensioneerden krijgen meer zekerheid over de (toekomstige)
uitbetaling van hun pensioen. Daarvoor stelt het kabinet eisen aan de
omvang van het eigen vermogen van de pensioenfondsen. Ook krijgen
pensioendeelnemers een wettelijk recht op goede voorlichting over hun
pensioen. Verder wil het kabinet dat alle werknemers van 18 jaar en ouder
kunnen deelnemen aan pensioenregelingen in hun bedrijf. Dit is de kern van
het Wetsvoorstel voor de Pensioenwet. De ministerraad heeft hiermee
ingestemd op voorstel van minister De Geus van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid.
Om de uitbetaling van pensioenen aan deelnemers te garanderen, stelt het
kabinet eisen aan de omvang van het eigen vermogen van de pensioenfondsen,
zodat pensioenaanspraken in principe altijd uitgekeerd kunnen worden. Het
kabinet heeft met werknemers- en werkgeversorganisaties en De Nederlandsche
Bank afgesproken dat een deelnemer gemiddeld slechts éénmaal in de periode
van zijn pensioenopbouw (zo'n veertig jaar) kan meemaken dat de reserves
van het pensioenfonds lager zijn dan het vereiste minimum.
Verder scherpt het kabinet de eisen voor de voorlichting aan.
Pensioenfondsen en verzekeraars moeten hun deelnemers en gepensioneerden
duidelijk voorlichten over hun opgebouwde aanspraken en over de aanpassing
van hun pensioenen aan de inflatie. Dit moet minstens één keer per jaar
gebeuren. Werknemers die niet langer pensioen opbouwen in een fonds
(slapers), moeten eens in de vijf jaar informatie krijgen over opgebouwde
aanspraken. Voorlichting over vrijwillige aanvullende pensioenregelingen
moet voldoen aan de eisen die ook gelden voor voorlichting over (andere)
complexe financiële producten, zodat werknemers de regelingen onderling
kunnen vergelijken.
Ook de voorlichting over al dan niet aanpassen van de pensioenen aan de
inflatie (indexatie) wordt aangescherpt. Als pensioenfondsen pensioenen
niet indexeren of hier voorwaarden aan verbinden, moeten zij hun deelnemers
en gepensioneerden daarover helder informeren. Als er onduidelijkheid is
over het indexatiebeleid van een pensioenfonds, gaat de toezichthouder
ervan uit dat de pensioenen onvoorwaardelijk worden geïndexeerd. Dan moeten
pensioenfondsen ook voldoende vermogen hebben om aan de
indexatieverplichting te voldoen.
De Nederlandsche Bank en de Autoriteit Financiële Markten houden toezicht
op de naleving van de wet. De Autoriteit ziet toe op de naleving van de
voorschriften over voorlichting. De Nederlandsche Bank controleert de
financiële aspecten en alle overige bepalingen.
Het kabinet wil dat alle werknemers van 18 jaar of ouder voortaan mee
kunnen doen in een pensioenregeling van hun bedrijf. Het kabinet wil op
deze manier het aantal werknemers dat geen pensioen opbouwt met de helft
terugdringen. Blijkt na evaluatie over het jaar 2006 dat het aantal niet
aanzienlijk is gedaald dan komt er een wettelijk verbod op uitsluiting van
werknemers.
Het wetsvoorstel wordt door minister De Geus voor advies naar de Raad van
State gestuurd. Het voorstel wordt openbaar bij indiening in de Tweede
Kamer. De minister streeft ernaar de Pensioenwet in 2006 wordt ingevoerd.
RVD, 10.06.2005
Ministerie van Algemene Zaken