Toespraak van staatssecretaris van Defensie Van der Knaap bij de presentatie
van het boek "De eindeloze oorlog" van Martin Roemers
Defensievoorlichtingscentrum, Den Haag, 6-6-2005 13:23:00
"Oorlog laat je nooit meer los." Dat is het eerste wat bij mij opkomt
wanneer ik de indrukwekkende foto's van Martin Roemers zie. Ook 60
jaar na dato tonen de door hem vastgelegde gezichten van oude
veteranen, de diepe sporen die het oorlogsgeweld op mensen heeft
achtergelaten. Jan Hofland beschrijft in het voorwoord van dit boek de
gezichten treffend: "Het zijn gezichten van veteranen die de stem van
hun geheugen horen."
Cleem König en Johannes Neubert, van wie ik zojuist dit boek heb mogen
ontvangen, maken deel uit van de groep veteranen die door Roemers zo
fascinerend is geportretteerd. Het beeld en de getuigenissen van König
en Neubert laten zien dat het ervaren van oorlog mensen nooit meer los
laat. Meneer König zat in 1945 samen met zijn broer Klaas in een
jappenkamp in de buurt van de Japanse stad Nagasaki. Van de atoombom
die Nagasaki op 9 augustus 1945 trof heeft hij aanvankelijk niets
gemerkt. Het zou nog 40 dagen duren voordat hij en zijn broer uit het
kamp werden bevrijd. Die bevrijding kon hij bewust ervaren, de
schadelijke straling waaraan hij zo lang was blootgesteld echter niet.
De atoombom betekende enerzijds zijn bevrijding, maar anderzijds het
begin van een lange weg van medische behandelingen. Het betekende
uiteindelijk ook de dood van zijn broer. De oorlog is bij meneer
König, naast in zijn herinneringen, dan ook nog steeds fysiek
aanwezig. De heer Neubert wordt nog regelmatig s nachts door de
verschrikkingen van het Oostfront achtervolgd. Het moeten achterlaten
van gewonde collegas in de Russische vrieskou is iets wat ons ook nu
koud op het hart slaat.
De veteranen, die destijds tegen elkaar vochten, delen nu een
gezamenlijk verleden. Er is zoals Martin Roemers zelf zegt: "na zestig
jaar sprake van een gemeenschappelijke geschiedenis van alle
betrokkenen." Daarom zijn in dit boek veteranen uit beide kampen
geportretteerd. Dat ik dit boek heb mogen ontvangen van twee mensen,
die destijds tegenover elkaar hadden kunnen staan, vind ik dan ook van
historisch belang. De uitwerking van oorlog op mensen is immers
universeel. Onder militairen aan beide kanten heersten gevoelens van
angst, vertwijfeling of ontreddering. De sporen hiervan zijn in de
gezichten nog steeds terug te vinden.
Hoewel het boek van Martin stil staat bij veteranen uit de Tweede
Wereldoorlog is het daarmee toch ook een tijdloos document. Het laat
ons zien wat de impact van oorlog op mensen is. Het laat zien wat er
gebeurt wanneer voor mensen het onwezenlijke wezenlijk wordt.
Dames en heren,
Daar waar de oorlog deze veteranen nooit meer los laat, lijkt het
alsof de Krijgsmacht Martin Roemers nooit meer los laat. Uw fascinatie
voor de mens in de krijgsmacht en diens omgeving vormt al jaren een
belangrijke inspiratiebron. Al in 1995 volgde u 9 maanden lang de
laatste dienstplichtigen van het Honderdeneerste Tankbataljon in
Amersfoort. "De laatste lichting" was daarmee een belangrijk
tijdsdocument, waarbij de herinneringen aan de dienstplicht op
treffende wijze werden vastgelegd. In opdracht van het Legermuseum
heeft u menig maal onze militairen op de Balkan met uw camera
vereeuwigd. "Tussen vijandige buren" liet het dagelijkse leven en
werken van onze militairen in Kosovo en Bosnië zien. De relatie tussen
de lokale bevolking en de Nederlandse soldaat stond in deze serie
vooral centraal.
Daar waar uw fotos bij Defensie al lange tijd werden gewaardeerd,
volgde in 2002 eindelijk de landelijke erkenning. Voor een
indrukwekkende reportage over Nederlandse militairen in Afghanistan
ontving u namelijk de Zilveren Camera. Met een antieke platencamera,
die u geleend had van een Afghaanse straatfotograaf, was u in staat
een prachtige portrettenserie van Nederlandse ISAF-militairen te
maken. De tentoonstelling Kabul heeft dan ook veel publiciteit en
aandacht gekregen.
In deze serie stond het biografische element voorop. Ik aarzel dan ook
niet om te zeggen dat Martin Roemers, met de tentoonstelling Kabul, in
de voetsporen van Wim Dussel trad. Dussel, is dèfotograaf die tijdens
de Korea-oorlog de mens achter de Nederlandse militair liet zien. Ook
voor Martin staat die mens in zijn fotos centraal. Dat was te zien in
de serie Kabul en dat komt nu duidelijk naar voren in het boek "De
Eindeloze oorlog". "
De beroemde fotograaf Alfred Eisenstaedt zei ooit over fotografen: It
is more important to click with people than to click the shutter.
Belangrijker dan het klikken van de sluiter is dat het klikt met de
mensen die voor je camera staan. Martin Roemers heeft die gave en het
resultaat daarvan is in dit prachtige boekwerk terug te vinden.
Ministerie van Defensie