Ingezonden persbericht

Persbericht
Vereniging voor Nederlandse Kerkgeschiedenis

Koude Oorlog in de kerken?
Studiedag op zaterdag 4 juni in Utrecht naar aanleiding van Over de Muur van Beatrice de Graaf - interviews, lezingen en debatten

Zelden haalt een kerkhistorisch proefschrift het grote nieuws, maar op maandag 6 december 2004 trok de Utrechtse promotie van Beatrice de Graaf op de dissertatie Over de Muur. De DDR, de Nederlandse kerken en de vredesbeweging (Amsterdam, Boom, 2004) heel wat aandacht van de media. Het dagblad Trouw opende er die dag zelfs mee: "Stasi poogde vredesbeweging te splijten", luidde de kop - met daaronder: "Oost-Duitse geheime dienst vreesde Nederlandse IKV in de jaren tachtig."
Uit het boek zou blijken dat de professionele top van het Interkerkelijk Vredesberaad (IKV) onder leiding van secretaris Mient Jan Faber in de jaren tachtig veel kritischer was geweest ten opzichte van de regimes in de DDR en Oost-Europa dan menigeen destijds aannam. Anderzijds zouden de Oost-Duitse Stasi-archieven uitwijzen dat anderen wel erg naïef waren geweest. In de weken na verschijning van het boek barstte er een discussie los over de rol die de voormalige IKV-voorzitter Jan van Putten, generaal b.d. Chiel von Meijenfeldt en anderen destijds speelden.
Terwijl de een Over de Muur prees als een "wetenschappelijke belegde eye-opener" of een "standaardboek over die jaren", meende de ander dat het beeld in het boek scheefgetrokken was en dat aan beschreven personen onrecht was gedaan. Aanleiding genoeg voor de vakvereniging op dit gebied, de Vereniging voor Nederlandse Kerkgeschiedenis, om er eens gedegen aandacht aan te besteden. Hoe oordelen historici en ooggetuigen nu het eerste stof is opgetrokken en ze het boek grondig hebben kunnen bestuderen?
Op een voor iedereen gratis toegankelijke studiedag op 4 juni 2005 in Utrecht zullen behalve de auteur drie historici en drie ooggetuigen hun visie geven. Dr Remco van Diepen, auteur van Hollanditis. Nederland en het kernwapendebat, zal ingaan op de houding van de kerken ten aanzien van de kernbewapening en de kritiek die er op hun houding werd uitgeoefend. Dr Jan de Bas zal met name de vraag behandelen of het boek recht doet aan de houding van de vredesactivisten. Prof. dr Wil van den Bercken zal de vreemde fascinatie schetsen die uitging van het "reëel bestaande socialisme".
Jan Werner was vele jaren betrokken bij contacten met kerkelijke gemeenten in de DDR en zal daarover vertellen. Drs Laurens Jan Hogebrink, een van de beleidsmakers van het IKV, zal terugblikken op de koers die de kerkelijke vredesbeweging destijds koos. Dr Dick Boer, destijds actief binnen de beweging Christenen voor het Socialisme, tenslotte zal verhalen over zijn ervaringen als predikant in de jaren tachtig in Berlijn.
Het programma bestaat uit interviews, korte lezingen en debat, waarbij er veel ruimte voor vragen en opmerkingen vanuit het publiek zal zijn.

Tijd, plaats, toegang: De studiedag Koude Oorlog in de kerken? naar aanleiding van Over de Muur van dr Beatrice de Graaf wordt gehouden op zaterdag 4 juni 2005 tussen 11.00 en 16.00 uur in de christelijke gereformeerde Singelkerk, Wittevrouwensingel 28 en 31, 3581 GC Utrecht. De dag is gratis toegankelijk voor alle belangstellenden; aanmelding van tevoren is niet noodzakelijk.

Over de VNK: De Vereniging voor Nederlandse Kerkgeschiedenis (VNK) werd opgericht in 1989. De vereniging richt zich op alle kerkhistorici en andere geïnteresseerden, ongeacht levensbeschouwelijke achtergrond. De VNK belegt minstens tweemaal per jaar studiedagen op verschillende locaties in Nederland. De VNK geeft vier keer per jaar het Tijdschrift voor Nederlandse Kerkgeschiedenis uit en heeft reeds achttien boeken op de markt gebracht.

Inlichtingen: 020-6936424 - j.d.snel@chello.nl
Vereniging voor Nederlandse Kerkgeschiedenis

Koude Oorlog in de kerken?

Studiedag naar aanleiding van Over de Muur van Beatrice de Graaf
Interviews, lezingen en debatten

zaterdag 4 juni 2005 te Utrecht

10.30 - Ontvangst en koffie

11.00 - Opening door VNK-voorzitter prof. dr Herman Selderhuis
11.05 - Dr Beatrice de Graaf: De Nederlandse kerken, de kerkelijke vredesbeweging en de
DDR
11.15 - Jan Werner: Over de contacten tussen kerkelijke gemeenten in Nederland en de
DDR (interview)
11.45 - Dr Remco van Diepen: De kerken, de kernbewapening en de kritiek
12.15 -Drs Laurens Hogebrink: Over de kerkelijke vredesbeweging en de DDR (interview)

12.45-13.45 - Pauze (Lunch op eigen gelegenheid te regelen - Koffie en thee beschikbaar)

13.45 - Dr Jan de Bas: De vredesactivisten en de bronnen
14.15 -Dr Dick Boer: Over ervaringen als predikant in Berlijn (interview)
14.45 - Theepauze
15.00 - Prof. dr Wil van den Bercken: Vreemde fascinatie? Over de aantrekkingskracht van
het reëel bestaande socialisme
15.30 - Forumdebat met alle deelnemers en met ruimte voor reactie van Beatrice de Graaf
16.00 - Einde

Alle presentaties duren maximaal 20 minuten. Na elk onderdeel is er gelegenheid voor vragen en discussie. De tijden zijn bij benadering. Er zal flexibel met de tijd worden omgesprongen. Onderdelen kunnen dus ook eerder of later beginnen of van volgorde wisselen.

Plaats: Singelkerk, Wittevrouwensingel 28 en 31, 3581 GC Utrecht

De toegang is geheel vrij en gratis. Iedereen welkom.
Nodigt u ook vrienden en bekenden uit.

Inlichtingen: 020-6936424 - j.d.snel@chello.nl

Boekhandel Kirchner, Leliegracht 32, 1015 DG Amsterdam (020 6244449) zal met een boekenstand aanwezig zijn - www.boekhandelkirchner.com

Koude Oorlog in de kerken?
Studiedag naar aanleiding van Over de Muur op zaterdag 4 juni 2005

Zelden haalt een kerkhistorisch proefschrift het grote nieuws, maar op maandag 6 december 2004 trok de Utrechtse promotie van Beatrice de Graaf op de dissertatie Over de Muur heel wat aandacht van de media. Nieuws- en actualteitenuitzendingen op radio en tv, waaronder het NOS Journaal, Nova en het Radio 1 Nieuws, kranten en bladen, allemaal besteedden ze er uitgebreid aandacht aan.
Het nieuws was dan ook opzienbarend. Het dagblad Trouw opende er die dag zelfs mee: "Stasi poogde vredesbeweging te splijten", luidde de kop. En daaronder: "Oost-Duitse geheime dienst vreesde Nederlandse IKV in de jaren tachtig." Beide zinnen geven samen een uitstekende samenvatting van wat de nieuwsmedia opviel. In de dagen en weken erna barstte op allerlei plekken de discussie los. Het ging onder meer over de kritische rol die professionele top van het IKV (Interkerkelijk Vredesberaad), met secretaris Mient Jan Faber voorop, in de jaren tachtig had gespeeld in de verhouding tot Oost-Europa en met name de DDR (Duitse Democratische Republiek) en over het omstreden optreden van de hoogleraar politicologie Jan van Putten en de generaal buiten dienst Chiel von Meijenfeldt in de vroegere Oost-Duitse staat. In de Volkskrant van 11 december 2004 schreef Jan van Putten dat hij "zelden (...) zoveel onzin" over zichzelf gelezen had als in een stuk dat enkele dagen eerder in diezelfde krant naar aanleiding van het boek te lezen was, en ook in NRC Handelsblad verschenen minstens vijf artikelen waarin de studie van Beatrice de Graaf ter sprake kwam. "Een wetenschappelijk belegde eye-opener voor wie destijds niet zo scherp keek", oordeelde commentator J.M. Bik op 11 januari 2005.
Menige nieuwsconsument zal misschien eerder gedacht hebben dat het hier het oprakelen van oude politieke tegenstellingen van een jaar of twintig geleden betrof, toch ging het hier wel degelijk om een onvervalst religiehistorisch werk. Alleen de ondertitel maakt dat al ondubbelzinnig duidelijk: De DDR, de Nederlandse kerken en de vredesbeweging luidt die. Het boek gaat niet alleen over de politieke activiteiten van de kerkelijke vredesbeweging, maar over alle mogelijke kerkelijke en theologische contacten die er vanaf 1945 (het einde van de Tweede Wereldoorlog) of 1949 (de stichting van de DDR) tot aan 1990 (het jaar waarin de DDR ophield te bestaan) bestonden tussen Nederland en oostelijk Duitsland. De jaren zeventig en tachtig staan daarbij centraal. Alle aanleiding dus voor de vakvereniging op dit gebied, de Vereniging voor Nederlandse Kerkgeschiedenis, om nu het eerste stof is opgewaaid, eens gedegen aandacht aan de studie van Beatrice de Graaf te besteden. De eerste reacties waren gebaseerd op weergaven in de pers, waarbij de meest sensationele resultaten vanzelfsprekend in het middelpunt stonden, maar hoe kijken historici en ooggetuigen aan tegen de resultaten van het onderzoek in onder meer de Oost-Duitse Stasi-archieven, nadat ze het boek grondig hebben kunnen lezen?

Studiedag 4 juni 2005

Daarover zal de voorjaarsvergadering van de VNK op zaterdag 4 juni 2005 in Utrecht gaan. Het is de bedoeling dat het een levendige dag gaat worden. Er zal veel ruimte voor discussie en onderlinge gedachte-uitwisseling zijn. Het wordt een veelzijdig programma met interviews, korte lezingen en debat, veel debat. De afgelopen maanden viel het op hoeveel commentaar Over de muur en de daarin beschreven realiteit vanuit onderling geheel verschillende invalshoeken oproept en de verschillende perspectieven zullen dan ook aan de orde komen.
Meestal verkeren historici en dus ook kerkhistorici in de comfortabele positie dat de mensen die in hun geschriften figureren, dood zijn en dus niets meer terug kunnen zeggen. Over de Muur is een onvervalst historisch werk, gebaseerd op wat de archieven vertellen, maar tevens blijken veel van de actoren wier daden beschreven worden, nog tot het land der levenden te behoren. En de mensen die inmiddels overleden te zijn, hadden dan altijd nog vrienden en geestverwanten die wel onder ons zijn en die op willen komen voor de nagedachtenis van de hen ontvallenen. Kan een historicus echt recht doen aan de overledenen? En hoe betrouwbaar zijn herinneringen en rechtvaardigingen achteraf als je ze afmeet aan wat de bronnen zeggen? Hier komen centrale vragen van het kerkhistorische bedrijf aan de orde.
Op de studiedag op 4 juni zullen zeven mensen het woord voeren. Naast uiteraard de auteur van Over de Muur, Beatrice de Graaf, zijn dat drie "ooggetuigen", die geïnterviewd zullen worden over hun ervaringen, en drie historici, die in een kort referaat hun visie zullen geven. De interviews en referaten zijn om en om gepland, zodat een levendig effect wordt bereikt. De tijd voor een referaat of interview is in alle gevallen maximaal 15 tot 20 minuten, zodat er telkens veel ruimte voor discussie overblijft, zowel tussen de sprekers onderling als met mensen die vanuit de zaal vragen stellen of opmerkingen willen maken. Aan het eind is nog een forum met alle sprekers gepland. Het programma bestaat in totaal uit ongeveer 130 minuten voor presentatie en 90 minuten voor debat en gedachtewisseling.Met de aangegeven tijdsindeling zal op een flexibele wijze worden omgegaan.

De auteur, Beatrice de Graaf

Beatrice de Graaf - De Nederlandse kerken, de kerkelijke vredesbeweging en de DDR
Aan het begin van de studiedag zal Beatrice de Graaf de bevindingen van haar onderzoek kort presenteren. En verder zal zij de hele dag deelnemen aan discussies en vragen beantwoorden. Uiteraard zal bij de afsluitende forumdiscussie het laatste woord aan haar gegeven worden.
Dr Beatrice de Graaf (1976) is als historicus werkzaam aan het Onderzoeksinstituut voor Geschiedenis en Cultuur van de Universiteit Utrecht. Zij publiceert regelmatig over Duitsland en over Duitse literatuur. Momenteel doet zij onderzoek naar de activiteiten van inlichtingendiensten in internationaal perspectief. Zij is ook voorzitter van de Vereniging van Christen-Historici (VCH).

Drie ooggetuigen, drie invalshoeken

De drie ooggetuigen, die geïnterviewd zullen worden, vertegenwoordigen de drie verschillende benaderingen of houdingen die er in de kerkelijke contacten tussen Nederland en de DDR bestonden. Ik stel ze voor.

1. Jan Werner - Over de contacten tussen kerkelijke gemeenten in Nederland en de DDR
Jan Werner (1935) uit Eindhoven was leraar Duits. Jarenlang was hij actief in de Werkgroep Gemeentecontacten DDR. Vandaag de dag is hij voorzitter van de voortzetting, de Landelijke Werkgroep Gemeentecontacten Nederland-Duitsland. Hij was verantwoordelijk voor de
gemeentecontacten in Brabant en Limburg en de contacten met de Pommersche
Evangelische Kirche. In het voorjaar van 1989, nu zestien jaar geleden, beschouwde de afdeling Rostock van de Oost-Duitse geheime dienst, de Stasi, hem als een veiligheidsrisico, blijkt uit Over de Muur.
In de jaren zeventig en tachtig groeide het aantal contacten tussen kerkelijke gemeenten in Nederland en de DDR enorm. Uiteindelijk waren er meer dan vierhonderd onderlinge gemeentecontacten. Een dragende figuur was Herman Korteweg, een schoolhoofd uit Oud-Beijerland, die sinds 1963 de organisatie van de Nederlandse deelname aan de zogenaamde Berlijnse bijbelweken op zich nam. Oost-Duitse christenen vonden de contacten met Nederlanders vaak zeer bemoedigend. Anders dan bij betrekkingen met West-Duitsers vaak het geval was, ging het hier om een omgang op voet van gelijkwaardigheid. Niet de politiek stond hier centraal, maar de uitwisseling van ervaringen in verschillende maatschappelijke systemen. Wat betekende het om gelovige te zijn in socialistische en kapitalistische systemen? Wat kon men van elkaar leren?

2. Laurens Hogebrink - Over de kerkelijke vredesbeweging en de DDR
De theoloog drs Laurens Hogebrink (1942) was vanaf 1969 werkzaam bij de Nederlandse Hervormde Kerk, sinds 1986 als secretaris van de Raad voor Overheid en Samenleving. Van 1999 tot 2002 was hij hoofd van het Bureau Europa/Noord-Amerika van de Samen-op-Wegkerken. Vanaf de jaren zeventig was hij, onder meer als voorzitter van de werkgroep internationaal, nauw betrokken bij het beleid van het IKV, waarvan hij nog steeds beraadslid is. Hij reisde diverse keren voor besprekingen naar de DDR.
Hij kan vertellen over de koers die de kerkelijke vredesbeweging - vooral het IKV, maar ook wel Pax Christi - ten opzichte van Oost-Europa en de DDR voerde. Een van de dingen die Over de Muur duidelijk maakt, is hoezeer het IKV in de DDR door het heersende bewind gewantrouwd werd. De IKV-top maakte zich niet alleen zorgen over de wapenwedloop, maar zag de deling van Europa in twee machtsblokken als het achterliggende probleem. Men voerde een tweesporenbeleid. Men richtte zich niet alleen op het gesprek met officiële organisaties in Oost-Europa, maar ook op dissidente bewegingen die opkwamen voor mensenrechten. Een vraag die in het interview met hem aan de orde zal komen, is in hoeverre er sprake was van een conflict tussen het streven naar vrede en het opkomen voor mensenrechten. En hoe realistisch of effectief was nu eigenlijk het streven naar "ontspanning van onderop"?

3. Dick Boer - Over ervaringen als predikant in Berlijn
De theoloog dr Dick Boer (1939) doceerde jarenlang geschiedenis van de theologie in de negentiende en twintigste eeuw aan de Universiteit van Amsterdam. Van 1984 tot 1990 was hij tevens predikant van Nederlandse Oecumenische Gemeente in de DDR. Hij werkte daarbij nauw samen met ds Bé Ruys van het bekende Hendrik Kramer Haus, die al sinds de jaren veertig in Berlijn werkzaam was, sinds 1954 als predikante.
Hij was actief in de beweging Christenen voor het socialisme en de Christelijke Vredes Conferentie. Dat theologisch en politiek engagement voor hem samengingen, blijkt al uit de titel van boeken als Een fantastisch verhaal. Over theologie en ideologische strijd (1988), Protest tegen een verkeerde wereld. Een geschiedenis van de protestantse theologie van de 19e en 20e eeuw in Europa (1991) en Een heel andere God. Het levenswerk van Karl Barth (1886-1968) (2002). Dick Boer hoorde tot een spraakmakende stroming in de kerken, die zich betrokken voelde bij het "reëel bestaande socialisme". Hoe kijkt hij terug op zijn engagement met een maatschappelijk experiment dat ten onder is gegaan?

Op deze manier zijn de drie invalshoeken die in Over de Muur aan de orde komen, goed vertegenwoordigd. Een simpele dichotomie deed zich niet voor. Bij de eerste groep stond het contact tussen christenen onderling centraal. Politiek was dus niet het onderwerp waar het om ging. Bij de tweede en derde benadering was dat wel het geval, maar de houding was vaak tegengesteld. Terwijl de tweede groep met haar nadruk op mensenrechten en ontspanning van onderop vaak in botsing met de politiek kwam, stond voor de derde groep de samenwerking met en de sympathie ten opzichte van de maatschappelijk orde in de DDR vaak voorop. Maar in zekere zin kun je daarbij ook weer overeenkomsten tussen de eerste en de derde benadering constateren: in beide gevallen was men er immers primair gericht op praktische samenwerking. Bovendien was ook de houding van de derde groep vaak niet zo simpel: ook daar speelde praktische solidariteit met mensen die in de knel kwamen, niet alleen in het kapitalistische westen, maar ook in de DDR, een grote rol.

Drie historici, drie commentaren

Drie historici zullen in korte voordrachten verschillende vragen die de dissertatie van Beatrice de Graaf oproept belichten. Ook hen stel ik voor.

1. Remco van Diepen - De kerken, de kernbewapening en de kritiek
Dr Remco van Diepen (1969) publiceerde onlangs Hollanditis. Nederland en het kernwapendebat 1977-1987 (2004), dat hij schreef als post-doc aan de afdeling geschiedenis van de Universiteit van Amsterdam. Eerder promoveerde hij aan diezelfde universiteit, waar hij ook studeerde, op Voor Volkenbond en vrede. Nederland en het streven naar een nieuwe wereldorde, 1919-1946 (1999).
In zijn bijdrage wil hij vooral ingaan op de houding van de drie grote Nederlandse kerken - de Nederlandse Hervormde Kerk, de Gereformeerde Kerken, en de Rooms-Katholieke Kerk - ten aanzien van het kernwapenvraagstuk in het algemeen en het kruisrakettenvraagstuk in het bijzonder. Welke uitspraken deden zij, wat waren de verschillen en de overeenkomsten? En wat waren de oorzaken van de vrij intensieve bemoeienissen van de kerken met de kernwapenkwestie. Hierbij zal hij vooral de "linksgerichte politisering" van de kerken, zoals die in de jaren zestig aan de dag begon te treden, behandelen en ook ingaan op de kritiek op de bemoeienissen van de kerken met de kernwapenkwestie, waarbij zowel de opvattingen van "interne" critici als Harry Kuitert, als de uitlatingen van buitenstaanders als Bart Tromp en J.L. Heldring aan de orde komen.
In Over de Muur komt vooral het perspectief vanuit de DDR aan de orde, waarbij de kritische houding Mient Jan Faber en het IKV opvallen, maar hoe reëel waren de inspanningen van de kerkelijke vredesbeweging vanuit een Nederlands of West-Europees gezichtspunt?

2. Jan de Bas - De vredesactivisten en de bronnen
De historicus en dichter dr Jan de Bas (1964) studeerde geschiedenis aan de Universiteit Utrecht en promoveerde aan de Vrije Universiteit op De muis die even brulde. De Evangelische Volkspartij 1981-1991 (1999). Hij schreef ook Een mijter zonder kruis. Sint-Nicolaas in de protestantse pers 1945-2000 (2003), terwijl in juni een biografie van zijn opa zal verschijnen: Hervormd op wielen. Wielerkampioen Cees Erkelens 1889-1959 (2005).
Hij zal ingaan op een centraal element uit de controverse die Over de Muur opriep. Sommige critici meenden dat er tussen de in het boek beschreven houding van de communistische Christenen voor het Socialisme en de confronterende opstelling van de IKV-top onder leiding van Mient Jan Faber een zogenaamde "derde weg" bestond, die onvoldoende als afzonderlijke opstelling onderkend zou zijn. Het ging hierbij om mensen die het communistische systeem wel degelijk afwezen, maar tegelijk ook tegen het "wapengekletter van het kapitalistische Westen" waren. Kan men de motieven van mensen als Jan van Putten en Chiel von Meijenfeldt niet beter peilen als men rekening houdt met dit perspectief? Was de vredesbeweging niet met recht een one-issue-beweging waarbij het allereerst ging om beheersing van de wapenwedloop en niet om mensenrechten?
Jan de Bas zal ook ingaan op de manier waarop de bronnen gebruikt worden. Waar de een meent dat het vooral om een feitelijke weergave van de feiten gaat, meent de ander een bevooroordeelde, "gekleurde" beschrijving te zien. Wat is de verhouding tussen de gegevens die de historicus aantreft, en het verhaal dat hij of zij daar uiteindelijk van maakt?

3. Wil van den Bercken - Vreemde fascinatie? Over de aantrekkingskracht van het reëel bestaande socialisme
Prof. dr Wil van den Bercken (1946) is bijzonder hoogleraar Christendom in Rusland en Oekraïne aan de Radboud Universiteit Nijmegen en universitair docent aan de theologische faculteit van de Universiteit Utrecht. Hij promoveerde op Het beeld van het Westen in de Sovjet pers (1980) en is de auteur van onder andere Ideology and Atheism in the Soviet Union (1988), Christian Thinking and the End of Communism in Russia (1993), Holy Russia and Christian Europe (1999) en Tegen de religieuze behaaglijkheid. Een onvroom pleidooi voor het christendom (2003).
Van den Bercken zal met name ingaan op de fascinatie die de nu verdwenen samenlevingen in Oost-Europa destijds op Nederlandse christenen uitoefenden. De houding van rechts en links verschilde natuurlijk hemelsbreed, maar geboeid waren eigenlijk alle mensen die contacten onderhielden met gelovigen in Oost-Europa. Werden in communistische landen niet ook waarden verwezenlijkt die dichtbij het streven van christenen liggen? Van den Berken is overigens niet alleen afstandelijk historicus; in de jaren tachtig mengde hij zich soms samen met bijvoorbeeld Frits Bolkestein en J.A. Hebly van het Interuniversitair Instituut voor Missiologie en Oecumenica in Utrecht in het debat. Hij verweet de kerken en de kerkelijke vredesbeweging daarbij naïef te zij. Hoe kijkt hij daarop nu terug, nu uit Over de Muur juist blijkt dat de kerkelijke Ostpolitik vaak kritischer was dan destijds naar buiten kwam?

Tot slot

Historische en morele vragen komen samen in Over de Muur. Politieke en theologische standpunten blijken nauw met elkaar samen te hangen. Veel hangt af van de concrete plaats die men zelf innam, toen en nu. Wat was de juiste houding? Wat er een juiste houding of kon men op legitieme wijze voor verschillende benaderingen kiezen? Hoe verhouden het streven naar vrede en het opkomen voor mensenrechten zich onderling? Liggen beide doeleinden in dezelfde lijn of kunnen ze ook met elkaar in botsing komen? Wat is de verhouding tussen de kritiek op de kleinburgerlijke dictatuur die de DDR was, en de kritische houding die veel gelovigen innemen tegenover de eigen maatschappij?
Heeft het feitelijk verloop van de geschiedenis consequenties voor hoe wij nu terugkijken op het recente verleden of gelden de idealen van toen nu nog onverkort? Kan de historicus echt boven de stof staan of is elke beschrijving, hoe eerlijk de intentie ook is, altijd subjectief? En zijn er lessen uit het verleden te leren, nu bijvoorbeeld discussies over de houding van de kerken ten opzichte van Cuba nog steeds voortgaan? Wat is de rol van de historicus in het hedendaagse debat? Is het werk van de historicus die het recente verleden beschrijft echt anders dan dat van iemand die zich met het religieuze leven van enkele eeuwen bezighoudt?
Vele van deze vragen zullen op de studiedag aan de orde komen. Het valt nu al te voorspellen dat er aan het einde van de dag geen eenstemmigheid zal bestaan, maar het is de vraag of we die na moeten streven. Als we meer helderheid krijgen, is er al veel bereikt.
Jan Dirk Snel

Wie zich goed voorbereiden wil, leze zelf het boek: Beatrice de Graaf, Over de Muur. De DDR, de Nederlandse kerken en de vredesbeweging. Amsterdam, Boom, 2004, 416 p. ISBN. 90 8506 024 9. Euro 29,50.
Wie zich snel wil oriënteren kan ook lezen: Beatrice de Graaf, Koude Oorlog in de kerk. Uitgelicht aan de hand van de Nederlandse kerkelijke contacten met de DDR, in: Transparant, 16, 1 (januari 2005), p 15-20. (Dit tijdschrift van de Vereniging van Christen-Historici wordt uitgegeven door uitgeverij Boekencentrum, Zoetermeer, 079-3 628 628)
Inlichtingen, vragen en reacties: j.d.snel@chello.nl, 020 - 6936424

Programma, tijd, plaats en reisinformatie

De studiedag Koude Oorlog in de kerken? naar aanleiding van Over de Muur van dr Beatrice de Graaf wordt gehouden op zaterdag 4 juni 2005 tussen 11.00 en 16.00 uur. De dag wordt gehouden in de christelijke gereformeerde Singelkerk, Wittevrouwensingel 28 en 31, 3581 GC Utrecht.
- Vanaf Utrecht Centraal kan men de kerk in ongeveer 15 minuten te voet bereiken. U kiest eerst de doorgaande route over Vredenburg, Lange Viestraat en Potterstraat. Ter hoogte van het Neude slaat u linksaf de Voorstraat in, waarna u vervolgens rechtdoorgaande in de Wittevrouwenstraat komt. Over de brug van de oude stadsbuitengracht slaat u rechtsaf, waarna het kerkgebouw iets verderop aan de linkerhand achter de huizen verscholen is.
- U kunt ook van het Utrecht Station buslijn 8 richting Overvecht NS nemen. U stapt uit bij de halte Wittevrouwenbrug. U loopt terug, steekt de kruising met de Bilstraat over, waarna de kerk iets verderop aan de linkerhand ligt.
- Als u met de auto komt, kunt u parkeren in de parkeergarage in de Kruisstraat. Een routebeschrijving is te vinden op de website van de kerk: www.singelkerk.org onder het menu-onderdeel informatie.