De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
ons kenmerk: VD. 2005/1451
datum: 02-06-2005
onderwerp: Detectiemethoden illegale gmo-producten
Bijlagen: 1
Geachte Voorzitter,
Bij brief van 12 april jl. verzoekt de vaste Kamercommissie voor LNV
mij een reactie te geven op het artikel uit de EU-Observer van 4 april
2005 over de niet geautoriseerde ggo-maïslijn Bt10.
Mede namens de staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke
Ordening en Milieubeheer (VROM) wil ik als antwoord kortheidshalve
verwijzen naar de antwoorden op de vragen van het lid Van Velzen van
29 maart 2005 over de invoer van niet goedgekeurde genetisch
gemodificeerde maïs. De staatssecretaris van VROM heeft de antwoorden
op deze vragen mede namens mij op 14 april 2005 aan de Tweede Kamer
aangeboden, aanhangsel II, 2004-2005, nr. 1380.
Als aanvulling op deze antwoorden geef ik de volgende recente
informatie.
Op 19 april 2005 is een beschikking van de Europese Commissie van
kracht geworden 'inzake noodmaatregelen met betrekking tot het niet
toegelaten genetisch gemodificeerde organisme Bt10 in maïsproducten'.
Deze beschikking stelt regels aan de import van maïsglutenvoer en
bierbostel die genetisch gemodificeerde maïs bevatten of daarmee zijn
geproduceerd.
Volgens de beschikking mogen deze producten in de EU in de handel
worden gebracht 'indien de zending vergezeld gaat van een door een
erkend laboratorium afgegeven origineel analyserapport op grond van
een geschikte en gevalideerde methode voor de modificatiespecifieke
detectie van genetisch gemodificeerde Bt10-maïs, waaruit blijkt dat
het product geen Bt10-maïs bevat of met Bt10- maïs geproduceerd
diervoeder bevat'.
De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,
dr. C.P. Veerman
Bijlagen
Antwoorden op de vragen van het lid Van Velzen over de invoer van niet
goedgekeurde genetisch gemodificeerde maïs
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit