Partij van de Arbeid


Den Haag, 2 juni 2005


Bijdrage van Wouter Bos (PvdA) aan het spoeddebat uitslag referendum


Meneer de Voorzitter,


De kiezer heeft gesproken. Het is een overduidelijk NEE geworden. De Nederlandse kiezer heeft geen vertrouwen in de Europese Grondwet. Iedereen wil een slagvaardig Europa. Iedereen wil een herkenbaar Nederland. Maar dus niet op deze manier. Te veel vragen over tempo en richting van de Europese samenwerking om het licht op groen te zetten voor een volgende stap.


De Partij van de Arbeid heeft de afgelopen weken vol overtuiging voor een JA gestreden. Dat heeft de kiezer niet overtuigd. De kiezer heeft het laatste woord. Wij accepteren deze uitspraak en zullen het Verdrag niet ratificeren.


Veel tijd voor treurnis is er niet al is het maar omdat het referendum zelf zo'n succes is geweest. Nog nooit is er zo intensief over Europa gediscussieerd, nog nooit zijn kiezers zo in staat geweest hun mening over Europa te geven. Ik ben er trots op dat de Partij van de Arbeid samen met Groen Links en D66 dit initiatief destijds heeft genomen. Wetende dat het op korte termijn zou kunnen leiden tot een NEE tegen de Grondwet maar op lange termijn de enige manier was om Europa weer terug te geven aan de burgers.
Daarom ben ik het ook oneens met diegenen die nog steeds beweren dat de Grondwet iets is wat de politieke élite de burgers door de strot probeert te duwen of met hen die zeggen dat de kloof tussen burgers en politici nog nooit zo groot is geweest. Juist door het referendum te organiseren en de uitslag over te nemen, maken we met elkaar dat gat ook weer kleiner en tonen we aan te kunnen leren van 2002.


Dan de Grondwet, hoe nu verder met de Grondwet. NEE is NEE heeft voor ons steeds betekend dat we er van uit moeten gaan dat we nu doorgaan met het Verdrag van Nice, met de huidige spelregels en met de huidige problemen. Het is niet anders, het blijft voorlopig zoals het is. NEE is NEE.


Mijn eerste vraag aan het kabinet vandaag is dan ook deze: hoe stelt zij zich voor de komende tijd de Nederlandse belangen in Europa te verdedigen, ervan uitgaande dat we voorlopig met de bestaande spelregels zullen blijven werken? Het lijkt ons een goede zaak daarover binnen een week een uitgebreide brief van het kabinet over te ontvangen zodat we in ieder geval in staat zijn met het kabinet daarover voor de Europese Top van 16 juni uitgebreid te overleggen.


Maar de grootste uitdaging die voor ons ligt gaat veel verder dan speculaties over hoe het verder zal lopen met de Grondwet. De fundamentele vraag is hoe we het vertrouwen van de Nederlanders in de Europese samenwerking herwinnen.
Veel mensen hadden er domweg geen vertrouwen in gehad dat de Europese Grondwet een stap vooruit was. Dat het Nederland sterker, socialer en veiliger zou maken. En zeker als mensen ook nog eens een keer het gevoel hebben dat ze niet precies weten wat er allemaal gaat veranderen, komt het uiteindelijk aan op vertrouwen. Dat vertrouwen had men niet. Dat vertrouwen moeten wij herstellen. Daar moeten we vandaag mee beginnen.
We dienen ons daarbij ook te realiseren dat 40% van de Nederlanders VOOR de Grondwet heeft gestemd. Ook zij moeten zich kunnen herkennen in hoe we om gaan met de uitslag van het referendum. Dat moet kunnen als we drie zaken centraal zetten: duidelijkheid, eerlijkheid en betrokkenheid.


Duidelijkheid over de aard van het Europese avontuur. Waar gaat het allemaal toe leiden? Wie mogen er mee doen? Waar gaat Europa zich wel en niet mee bemoeien? Zolang dit soort vragen onbeantwoord blijven en -sterker nog- door verschillende politici in verschillende landen pratend over het zelfde Verdrag, verschillend worden uitgelegd, zolang zal dat vertrouwen niet terug keren. Ik zou het kabinet willen vragen een nieuwe visie op deze essentiële vragen te ontwikkelen die wij dan in het najaar, bij het debat over de Staat van de Unie, kunnen bespreken.


Duidelijkheid is nodig maar ook eerlijkheid, eerlijkheid, over wat er wel en wat er niet kan. We kunnen niet pleiten voor een slagvaardig Europa als tegelijkertijd elke vorm van samenwerking steeds maar weer door één land geblokkeerd kan worden. We kunnen geen grote ambities hebben voor Europa, of het nu op sociaal gebied is of op het gebied van dierenrechten, als steeds maar weer elke vergroting van de Europese slagkracht wordt afgedaan als een stap op weg naar een superstaat. We mogen niet klagen over Amerikaanse dominantie op het wereldtoneel als we tegelijkertijd niet hard werken aan eenheid in Europa. We mogen het streven naar een verdergaande interne markt afremmen maar moeten ons realiseren dat dit ook het groeivermogen van onze economie kan raken. Die eerlijkheid over die moeilijke keuzes zal nu door iedereen moeten worden betracht.
Eerlijkheid is ook nodig over de wereld waarin we leven. Een wereld met een globaliserende economie, of we dat nu leuk vinden of niet. Met concurrentie uit het Oostblok, of we nu die Grondwet aan hadden genomen of niet. Met een vergrijzende bevolking en daarmee gepaard gaande betaalbaarheidsproblemen van onze verzorgingsstaat, of er nu een JA of een NEE uit zou zijn gekomen gisteren. Met migratie van rijke landen naar arme landen, of we dat nu leuk vinden of niet. Draagvlak voor Europese samenwerking zal alleen maar groeien als we mensen vertrouwen en zelfvertrouwen geven dat we al deze uitdagingen aan kunnen. Maar het begint met de moed die van ons allen gevraagd wordt om deze moeilijke keuzes en deze veranderende werkelijkheden onverbloemd te benoemen.


Duidelijkheid, eerlijkheid en tenslotte ook betrokkenheid. Hoe de Nederlandse Europese politiek er na vandaag ook uit gaat zien, er zullen moeilijke keuzes moeten worden gemaakt. Alleen als die keuzes niet slechts voor de burger maar ook door de burger gemaakt mogen worden, zal het vertrouwen en het draagvlak voor Europese samenwerking toenemen. Vandaar onze hernieuwde inzet, samen met Groen Links en D66, om het referendum een vaste plek in ons democratisch bestel te geven.
Tot mijn stomme verbazing hoor ik dat geluid nu ook vanuit CDA, VVD, D66 en het kabinet: precies diegenen die het referendum in Nederland hebben afgeschaft! Uiteindelijk wint mijn blijheid over deze draai het van mijn verbijstering en hoop ik dat ze met ons zich er nu voor in willen spannen dat Nederlanders zich vaker door middel van een referendum over belangrijke zaken kunnen uitspreken.


Voorzitter, ik rond af. Iedereen wil een slagvaardig Europa. Iedereen wil een herkenbaar Nederland. In de Grondwet werd die balans voor veel mensen verkeerd getroffen. Het gevoel dat ze onvoldoende grip hebben op de wereld waar ze in leven, op de onzekerheden waar ze mee geconfronteerd worden, op de ontwikkelingen die zich aan hen opdringen, dat gevoel werd door de Grondwet bij veel mensen kennelijk alleen maar groter. Het moet precies andersom. Daar waar mensen onzeker zijn moeten wij ze juist zekerheid bieden. Door eerlijk te zijn over de wereld waarin we leven, door eerlijk te zijn over wat wel en niet kan, door duidelijk te zijn over hoe Europa er uit gaat zien, door mensen op cruciale momenten invloed te geven op belangrijke Europese keuzes. Draagvlak boven snelheid. Dat is de enige route naar een beter Europa. Een sterker, socialer en veiliger Europa. De boodschap is begrepen. Wij pakken de handschoen op.