Gemeente Echt-Susteren


131 meldingen voor Limburgs netwerk vleermuiswerkers in 2004

dwerg kiekeboe vleermuis

Het kan altijd gebeuren dat mensen bij toeval vleermuizen in huis aantreffen. Het kan dan gaan om een tijdelijke kolonie van vleermuizen of een dier dat per ongeluk in een woonruimte terecht is gekomen.

Indien mensen in paniek raken of overlast van deze dieren ondervinden, kunnen ze contact opnemen met de gemeente, die hiervoor een zogenaamde vleermuiswerker kan inschakelen voor het afhandelen van de klacht of melding van de overlast van deze tijdelijke kolonie.

Dit provinciedekkend netwerk van vleermuisvoorlichters fungeert sinds 1999 en handelde in de afgelopen zes jaar 733 vleermuismeldingen af. Meer dan 16.000 vleermuizen werden geteld. Het afgelopen jaar werd 131 maal een beroep gedaan op de vleermuiswerkers. Dit blijkt uit het jaarverslag Vleermuisbescherming 2004 van de stichting Instandhouding Kleine Landschapselementen in Limburg (IKL).

Sommige soorten vleermuizen zoeken nadrukkelijk menselijke bebouwing op. Ze vestigen bijvoorbeeld een tijdelijke kraamkolonie in een spouwmuur of onder het dakbeschot. Meestal blijven ze onopgemerkt, maar bij een toevallige ontdekking kunnen mensen wel eens schrikken. Een kraamkolonie kan namelijk uit meerdere dieren bestaan die soms overigens maar enkele dagen op één plaats blijft. Vaak komen vleermuizen jaarlijks terug naar bekende kolonieplaatsen.

Vleermuizen maken geen nesten en slepen ook geen nestmateriaal naar binnen. Ze hangen slechts in een spouwmuur of achter het dakbeschot waar ze gebruik maken van de beschutting, rust en warmte. Als insecteneters knagen ze bovendien niet aan hout. Kortom, er zijn ook mensen die er trots op zijn dat deze kwetsbare en daardoor beschermde dieren tijdelijk hun woning uitgekozen hebben.

Meldpunt

Maar er zijn ook mensen die denken dat ze beter af zijn als de dieren verjaagd of bestreden worden. Deze mensen moeten zich daarbij wel realiseren dat ze in overtreding zijn, maar dat bovenal de overlast door onvakkundig handelen zelfs erger kan worden

Vleermuiswerkers kunnen met een huisbezoek vaststellen om welke vleermuis het gaat en de dieren tellen. Aan de hand van de omstandigheden en de aard van de klacht wordt dan een oplossing gezocht. In elke Limburgse gemeente is er een meldpunt ingericht waar burgers met hun melding of klacht terechtkunnen. De vleermuiswerkers zijn doen dit meestal als vrijwilliger. De huisbezoeken worden gratis afgelegd. Het project werd gefinancierd door de Provincie Limburg. Bij 131 meldingen werden in 2004, 44 meldingen van kraamkolonies gemeld. Overigens ondervonden niet alle bewoners overlast. Sommige mensen verzochten om informatie zodat de vleermuizen niet verstoord werden bij een voorgenomen verbouwing. In 87 gevallen ging het om individuele vleermuizen die zich in huis of tuin op ongebruikelijke plaatsen ophielden. Het ging hierbij om levende of dode dieren. Veertien dieren werden hierna naar het Vleermuisasiel Roermond gebracht. De rest is ter plekke, of na een korte verzorging vrijgelaten of was al dood bij aankomst. Het afgelopen jaar waren er relatief weinig meldingen van kraamkolonies terwijl er juist vaak hulpbehoevende vleermuizen werden gevonden. Het aantal aangetroffen vleermuizen, 1.782 stuks. In het merendeel van de gevallen (1550) ging het om dwergvleermuizen. Er werden verder 48 laatvliegers geteld, vier watervleermuizen, zeventien grootoorvleermuizen en één zeldzame ingekorven vleermuis. Van 158 dieren kon niet vastgesteld worden om welke soort het ging.