Productschap Margarine



01.06.2005

Vetzuursamenstelling van aanbod vloeibare frituurvetten verbeterd

De afgelopen jaren is het transvetzuurgehalte in vloeibare frituurvetten voor de horeca drastisch verlaagd. Vaste frituurvetten en bakkerijmargarines zijn in de afgelopen jaren nauwelijks verbeterd in vetzuursamenstelling. Dit blijkt uit een onderzoek van de Wageningen Universiteit (WUR) dat recent is verschenen.

Het onderzoek werd uitgevoerd met als doel de voortgang in verbetering van de vetzuursamenstelling van frituurvetten en bakkerijmargarines in beeld te brengen. Hiervoor is de vetzuursamenstelling geanalyseerd van 27 frituurvetten die in de horeca worden gebruikt en van 14 bakkerijmargarines die gebruikt worden voor ambachtelijke bakkerijproducten. Van de gemeten frituurvetten betrof het 21 vaste frituurvetten van zowel A- als B-merken en 6 (half)vloeibare varianten (A-merken). De resultaten konden worden vergeleken met analyseresultaten van onderzoeken, die door dezelfde onderzoeksgroep van de Wageningen Universiteit werden uitgevoerd in de periode van 1989-1996. Het onderzoek werd gefinancierd door de Nederlandse Hartstichting.

Van de onderzochte producten zijn halfvloeibare frituurvetten het meest verbeterd in vetzuursamenstelling. Zo daalde de gemiddelde hoeveelheid transvetzuren van 15 gram per 100 gram product naar 3 gram. De gemiddelde hoeveelheid verzadigde vetzuren steeg met 1 gram naar 18 gram per 100 gram. Hiermee steeg het gemiddeld gehalte gunstige onverzadigde vetzuren in halfvloeibare frituurvetten aanzienlijk naar 74 gram per 100 gram product.

In vaste frituurvetten daalde het transvetzuurgehalte ook drastisch met gemiddeld 14 gram per 100 gram product, waarmee de gemiddelde totale hoeveelheid transvetzuren op 20 gram per 100 gram komt. Het totale gehalte aan verzadigde vetzuren nam toe tot een gemiddelde van 46 gram per 100 gram. Ondanks dat de som van verzadigde vetzuren en transvetzuren in vast frituurvetten onveranderd bleef concluderen de onderzoekers dat de vetzuursamenstelling iets minder ongunstig is dan in de jaren negentig, doordat transvetzuren deels zijn vervangen door verzadigde vetzuren.

Bakkerijmargarines die vooral worden gebruikt voor de ambachtelijke markt lijken in de afgelopen 8 jaar qua vetzuursamenstelling niet wezenlijk te zijn verbeterd. In vergelijking tot de vetzuursamenstelling die in 1996 werd gemeten werd geen verschil aangetroffen. Gemiddeld bleken bakkerijmargarines nog 10 gram transvetzuren en 34 gram verzadigde vetzuren per 100 gram product te bevatten. Bakkerijmargarines voor industrieel gebruik zijn in het onderzoek buiten beschouwing gelaten.

De onderzoekers concluderen dat zowel door de overstap van vast naar (half)vloeibaar frituurvet als door het verbeteren van de vetzuursamenstelling bakkerijmargarines nog veel gezondheidswinst is te behalen.

Voor meer informatie over de onderzoeksresultaten van het onderzoek kunt u hier het rapport downloaden.