VVD



1 jun 2005 - VVD op de bres voor importeurs en de Nederlandse concurrentiepositie


LCD- en plasmamonitors nog steeds onder vuur

Ineke Dezentjé Hamming op de bres voor importeurs en de Nederlandse concurrentiepositie

VVD-Tweede-Kamerlid Ineke Dezentjé Hamming wil opheldering rondom de hoge claims die importeurs van LCD schermen krijgen van de douane. Het liberale Kamerlid heeft reeds vorig jaar schriftelijke vragen gesteld aan de staatssecretaris van Financiën over de vreemde handelswijze van de douane. Deze vroeg van de importeur veertien procent invoerrechten op LCD schermen. Nederland was het enige land die dit deed met als resultaat dat de importeurs naar de ons omringende landen uitweken waar geen hoge invoerheffing werd geëist. Op aandringen van de VVD greep de staatssecretaris in en draaide de heffing terug. Onlangs hebben importeurs alsnog een naheffing gekregen voor de schermen die in de periode van 2002 tot 2004 zijn geïmporteerd. Dit gaat om substantiële bedragen.

Dezentjé Hamming vindt de naheffing ontoelaatbaar. ,,Het is toch niet te geloven dat ondernemers op deze manier nog een trap na krijgen van de overheid? Willen we het bedrijfsleven in Nederland op de wereldkaart zetten, moeten we vooral niet dit soort stunts uithalen. Maar het gaat vooral om de aantrekkelijkheid van Nederland voor buitenlandse ondernemers. Met deze praktijken van de douane zullen een hoop buitenlandse bedrijven eieren voor hun geld kiezen en hun producten via andere importkanalen binnenhalen. Dit kan een ramp betekenen voor - onder andere - de Rotterdamse haven. We hebben een wereldhaven en een werelds ondernemersklimaat. Met dit soort douanepraktijken is Nederland hard op weg om een openluchtmuseum te worden. Zonder LCD schermen welteverstaan.''

Nadat het nieuws van de naheffingen de liberaal bereikte, heeft ze meteen schriftelijke vragen aan staatssecretaris Wijn gesteld. Ze wil van hem onder andere weten of hij de hele gang van zaken rechtvaardig vindt en hoeveel geld er nu precies wordt gevorderd. Tevens vraagt ze hem direct of hij ook niet van mening is dat de navorderingen schadelijk zijn voor de concurrentiepositie van Nederland.

1 juni 2005

Schriftelijke vragen van het lid Dezentjé Hamming (VVD) aan de Staatssecretaris van Financiën inzake de import van LCD schermen.

1. Bent u bekend met de onderzoeken die de Douane gedurende de afgelopen maanden heeft verricht en op dit moment nog verricht betreffende de gedurende de jaren 2002 - 2004 ingevoerde LCD- en plasmamonitoren? Is het u bekend dat de onderzoeken zich met name richten op de voor bedoelde monitoren aangeven goederencode en het daaraan gekoppelde invoerrechtpercentage?

2. Acht u het gerechtvaardigd dat aangevers of importeurs navorderingsaanslagen hebben ontvangen in verband met voor november 2004 ingevoerde LCD-monitoren? Zo nee, kunt u aangeven op welke wijze de Douane zal bewerkstelligen dat extra invoerrechten moeten worden afgedragen? Zo ja, acht u het aannemelijk dat de navorderingen gedurende een juridische procedure die eventueel volgen in stand blijven? Bent u voornemens de getroffen bedrijven op enigerlei wijze te compenseren?

3. Kunt u bevestigen dat de Douane op grond van bedoelde onderzoeken reeds is overgegaan tot de navordering van invoerrechten? Zo ja, kunt u aangeven voor welk bedrag inmiddels navorderingsaanslagen zijn opgelegd?

4. Zijn er aanwijzingen dat er nog meer navorderingen zullen volgen? Zo ja, kunt u aangeven voor welk bedrag de Douane mogelijk nog navorderingsaanslagen zal opleggen?

5. Kunt u aangeven op welke gronden de Douane van mening is dat tot navordering moet worden overgegaan? Spelen de in november 2004 door het Ministerie van Financiën gepubliceerde indelingscriteria, zie document WT2004-11-29, een rol bij de bepaling van de volgens de Douane juiste indeling? Is er enige EEG-verordening of ander indelingsbesluit van de Europese Commissie dat de Douane gebruikt om met terugwerkende kracht de juiste indeling te bepalen?

6. Wat betreft de in november 2004 gepubliceerde indelingscriteria, kunt u bevestigen dat deze waren bedoeld om een "level playing field" te creëren voor wat betreft de toekomstige importen van LCD-monitoren via Nederland? Deelt u de mening van de VVD fractie dat dit gedaan is om te verzekeren dat Nederland de invoer van LCD-monitoren niet zwaarder zou belasten dan andere EU Lidstaten?

7. Klopt het dat op grond van de indelingscriteria een LCD-monitor met een afmeting groter dan 20 inch sowieso niet als computermonitor kan kwalificeren? Klopt het dat een monitor met een afmeting van 22 inch op grond van deze criteria dus niet als computermonitor onder GN-post 84.71 kan worden ingedeeld? Is het dan juist dat derhalve indeling onder GN-post 85.28 volgt en voor deze monitor een invoerrecht van 14% geldt?

8. Kan een aangever of importeur in 2002 of 2003 hebben geweten dat betreffende LCD-monitor alleen vanwege de afmeting van 22 inch niet onder GN-post 84.71 ingedeeld kon worden, zodat een invoerrecht van 14% van toepassing was? Wist de Douane in 2002 of 2003 dat een 22 inch monitor nooit als computermonitor kon worden aangemerkt? Zo ja, waar blijkt dat uit?

9. Is u bekend of de Europese Commissie de Nederlandse Douane expliciet of impliciet heeft geïnstrueerd de bij vraag 1 bedoelde onderzoeken te verrichten en tot navordering over te gaan? Bent u bekend met soortgelijke onderzoeken in andere EU Lidstaten? Weet u of in andere EU Lidstaten navorderingsaanslagen zijn of worden opgelegd?

10. Hoe beoordeelt u de gang van zaken in het licht van uw doelstelling de positie van Nederland als vestigingsland doorlopend te verbeteren? Bent u met de VVD fractie van mening dat de onderzoeken en navorderingen schadelijk zijn voor de concurrentiepositie van Nederland?