Beantwoording kamervragen inzake de hulp na de zeebeving in Azië
Den Haag | |Directie Mensenrechten en Vredesopbouw
Bezuidenhoutseweg 67
Postbus 20061
2500 EB Den Haag | |
|Datum |1 juni 2005 |Behand|Huub Buise | | | |eld | | |Kenmer|DMV-22/05 |Telefo|+31 70 348 5448 | |k | |on | | |Blad |1/7 |Fax |+31 70 348 6198 | |Bijlag|1 |be.tonckens@minbuza.nl | |e(n) | | | |Betref|Beantwoording vragen van het lid | | |t |Ferrier (CDA) over de hulp na de | | | |zeebeving in Azië | |Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Ferrier (CDA) over de hulp na de zeebeving in Azië. Deze vragen werden ingezonden op 12 mei 2005, met kenmerk 2040514640.
De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,
A.M.A. van Ardenne-van der Hoeven
Antwoord van de mevrouw Van Ardenne - van der Hoeven, minister voor Ontwikkelings-samenwerking, op vragen van het lid Ferrier over de hulp na zeebeving in Azië.
Vraag 1
Bent u op de hoogte van de berichten over de achterblijvende effectiviteit van de hulp in de door de tsunami van december 2004 getroffen landen? 1)
Antwoord
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening dat de hulp effectief besteed wordt? Zo ja, waarom? Zo neen, waarom niet en hoe kan het dan anders en beter?
Antwoord
In de eerste maanden na de ramp heeft de internationale gemeenschap zich voornamelijk gericht op de noodhulp om er voor te zorgen dat in de eerste primaire behoeften voorzien kon worden. Uit de rapportages die over de eerste fase zijn gepubliceerd, blijkt dat de noodhulp, zeker gelet op de omvang van de ramp en in vergelijking met andere omvangrijke rampen, effectief besteed is. Verbeterde coördinatie tussen VN instellingen en de sturing door noodhulp coördinator Egeland hebben hieraan bijgedragen.
Inmiddels is de noodhulpfase afgerond en is wederopbouw van start gegaan. Dit laatste kent een hele andere dynamiek en wordt gekenschetst door complexe processen waarbij op geïntegreerde wijze infrastructuur, leefgemeenschappen en sociale infrastructuur weer opgebouwd moeten worden. Hieraan liggen planmatige, juridische, politieke en financiële aspecten ten grondslag. Er is reeds veel werk verricht om de eerste behoeften te formuleren, om instituties aan te wijzen of op te zetten die verantwoordelijk zijn voor de coördinatie van wederopbouw. Nu de contouren van deze plannen zichtbaar worden, dienen de verdere modaliteiten uitgewerkt te worden en hierbij is het uiteraard van belang dat de ontvangende overheden, VN-instellingen, de Wereldbank en Aziatische ontwikkelings-bank, bilaterale donoren en natuurlijk de NGO's deze plannen op een gecoördineerde en effectieve wijze uitvoeren. Dit is geen eenvoudig proces omdat sommige landen al reeds bilaterale afspraken hebben over onderdelen van de wederopbouw, terwijl andere donoren proberen de fondsen in een Trust Fund bijeen te brengen om de coördinatie te verbeteren. Ook is de coördinatie binnen landen niet altijd in één hand gebracht.
Ik ben van mening dat er voldoende goede wil bij alle partijen bestaat om de hulpgelden zo effectief mogelijk te besteden. Dit is een belang waar alle partijen voldoende van doordrongen zijn.
Vraag 3
Deelt u de mening dat de relatief korte tijd waarin het geld uitgegeven moet zijn (twee jaar) een reden is voor de ineffectiviteit van deze hulp? Zo neen, waarom niet? Zo ja, is het nog mogelijk de bestedingstermijn te verlengen als dat de effectiviteit ten goede komt?
Antwoord
Omdat wederopbouw een complex en langdurig proces is, heb ik er ook voor gekozen de termijn waarbinnen de Nederlandse hulp vanuit mijn ministerie wordt uitgegeven, vast te stellen op 5 jaar. Het zal overigens ook nog heel veel energie kosten om alle fondsen binnen 5 jaar verantwoord uit te geven. In algemene zin ben ik van mening dat het belangrijk is te beseffen, dat wederopbouw veel tijd kost. Ook in ons eigen land duurt onder normale omstandigheden implementatie van grote infrastructurele werken vele jaren. Ik heb inmiddels vernomen dat ook de Samenwerkende Hulp Organisaties de termijn waarbinnen de fondsen uitgegeven kunnen worden, in bepaalde gevallen heeft verlengd van 2 tot 3 jaar. Gelet op het voorgaande ben ik van mening dat dit de effectiviteit ten goede kan komen.
1) Tros Radar, 9 mei jl. en de Volkskrant, 10 mei jl.
---- --