Groen!
Brussel, 30 mei 2005
Groen! betreurt Frans "non" bij Europees referendum
Bart Staes wil Belgisch initiatief voor een sterker sociaal Europa
België moet het voortouw nemen van een project dat Europa hervormt tot
een volwaardige politieke structuur met een uitgewerkt sociaal,
fiscaal en ecologisch beleid. "Niet minder maar meer Europa is hét
antwoord op het Franse "non"," zo stelt Groen!-europarlementslid Bart
Staes. Staes wil dat België een initiatief neemt om toe te laten dat
sommige wijzigingen van de Europese Grondwet niet langer met
unanimiteit moeten gebeuren. "Zo kunnen al te neo-liberale accenten
weggegomd worden. Zo kunnen we aantonen dat we het menen met een
sociaal en ecologisch Europa," aldus nog Staes.
Dat een meerderheid van de Fransen nee zegt, wijst er volgens
Groen!-europarlementslid Bart Staes zonder meer op dat de Franse
overheid er onvoldoende in geslaagd is duidelijk te maken waarom
Europese politieke integratie nodig en nuttig is. "Veel mensen maken
zich zorgen om hun toekomst en hebben het gevoel dat er onvoldoende
wordt geantwoord op die zorgen. Een verder ontwikkelde evenwichtige
Europese Unie zou een belangrijk antwoord kunnen zijn op de terechte
bekommernissen van veel burgers," aldus Staes. "Maar er zullen andere
middelen nodig zijn om dat overtuigend duidelijk te maken."
Staes is er van overtuigd dat de Europese Grondwet een stap vooruit
betekent voor het soort Europa dat hij wil een Europa dat een
vredesproject is, een Europa dat zich niet alleen bezighoudt met de
markt maar ook kiest voor een sterk sociaal-ecologisch beleid, een
Europa dat open staat voor haar nieuwe leden in Midden- en
Oost-Europa, een Europa dat een mondiale speler zou kunnen worden voor
een andere globalisering en zo een tegengewicht kan vormen tegen een
unilaterale VS.
Maar, zo stelt Staes, een van de redenen waarom de EU onvoldoende goed
functioneert, is net dat bij het maken van Europese afspraken en
regels en bij het ontwerpen van de contouren van een Europese
democratie nog al te zeer de enge nationale belangen doorwegen. "Een
aantal landen wil de ruimte houden om op sociaal en fiscaal vlak te
kunnen concurreren met andere landen (met een negatieve spiraal als
gevolg) en verhindert daardoor vooruitgang op Europees vlak. Tegelijk
staat men toe dat de EU de 'schuld' krijgt van de eigen eng" nationale
afwegingen. Wanneer landen hun eigen punt in de EU thuishalen, wordt
dat voorgesteld als een 'nationale' overwinning, wanneer dat niet
lukt, wordt gewezen op het Europees parlement. In zo'n context is het
niet te verwonderen dat burgers het EU-project afrekenen op basis van
nationale motieven."
Staes roept de Europese Raad op een duidelijk signaal uit te sturen
waaruit blijkt dat de staatshoofden en regeringsleiders de boodschap
begrepen hebben. Los van het ratificatieproces, dat formeel gezien
verder loopt, kunnen de staatshoofden en regeringsleiders alvast
beslissen dat ze de nodige maatregelen zullen treffen om het bestaande
"Handvest van de Grondrechten" juridisch bindend te maken. "Zo wordt
de hand gereikt aan die burgers die een "ander", meer sociaal Europa
verlangen. In het Handvest staan immers fundamentele rechten zoals het
recht op de bescherming van persoonsgegevens, het recht op asiel, het
recht op bescherming bij verwijdering, uitzetting en uitlevering, de
rechten van ouderen, de rechten van gehandicapten, de rechten van het
kind, het recht op collectieve onderhandelingen en op collectieve
actie, het recht op kosteloze arbeidsbemiddeling, het verbod van
kinderarbeid, het recht op rechtvaardige en billijke
arbeidsomstandigheden de toegang tot diensten van algemeen economisch
belang, het recht op behoorlijk bestuur, een recht op een
doeltreffende rechtsbescherming, enz."
Het Franse "non" maakt echter wel duidelijk dat het initiatief niet in
handen mag worden gelaten van de Europese Raad, de vergadering van
staatshoofden en regeringsleiders, verdedigt Staes. Groen! is van
mening dat voorbereidingen moeten worden getroffen om een nieuwe
Conventie bijeen te roepen die de situatie evalueert en die ervoor
zorgt dat het ontwerpverdrag wordt veranderd in een echte Grondwet met
een eerste deel dat de doelstellingen, instellingen en het interne
reglement van de Unie omschrijft en een tweede deel met het Handvest
van de Grondrechten. "De meeste kritieken slaan niet op het 1e of het
2e deel van het grondwettelijk verdrag, wel op het 3e deel,"
constateert Bart Staes. "Uitgerekend dat deel slaat op de concrete
politiek. Groen! meent dat dit deel niet in een grondwettelijk
verdrag, dat de grote spelregels tussen de instellingen bepaalt,
thuishoort. Groen! wil dat deel 3 uit het grondwettelijk verdrag wordt
gelicht. Tegelijkertijd moet worden bepaald dat wijzigingen aan deel 3
in de toekomst niet langer met unanimiteit moeten gebeuren. "Op deze
manier zouden wijzigingen veel vlotter kunnen gebeuren. Zo kunnen in
de toekomst met een progressieve meerderheid de te neo-liberale
accenten binnen het economische en competitiviteitsbeleid weggegomd
worden," aldus nog Bart Staes.
Van de Belgische regering wil Staes dat ze start met de voorbereiding
van een project van gestructureerde samenwerking tussen een aantal
landen die samen vooruit willen in de richting van een volwaardige
politieke structuur met een uitgewerkt sociaal, fiscaal en ecologisch
beleid.