Ministerie van Algemene Zaken


1red15664
27-05-2005, NOS, Met het oog op morgen, Radio 1, 23.07 uur

MINISTER-PRESIDENT BALKENENDE, NA AFLOOP VAN DE WEKELIJKSE MINISTERRAAD,

OVER HET REFERENDUM OVER HET GRONDWETTELIJK VERDRAG.

WALLAART:
Meneer Balkenende, kan het referendum over de Europese grondwet zorgen voor een gewetenskwestie? In Duitsland besloot Gerhard Schröder vervroegde verkiezingen uit te schrijven. Kunt u zich iets voorstellen bij het besluit van Schröder?


BALKENENDE:
In de Duitse context wel. Omdat er natuurlijk heel veel verkiezingen zijn geweest in verschillende deelstaten. En die verkiezingen in de deelstaten hebben hun consequenties ook voor de verhoudingen op het federale niveau. Dan kom je toch bij het punt terecht van: kan ik mijn beleid als Duitse regering ook nu in voldoende mate realiseren? En dat begon steeds lastiger te worden. Hij heeft ook gezegd: gegeven alle politieke verhoudingen die je nu in Duitsland ziet, moeten we maar eerder duidelijkheid krijgen, ook op nationaal niveau.

WALLAART:
Maar er zit toch ook een morele component in? Zoiets van: ik heb duidelijke steun nodig voor de noodzakelijke voortzetting van het hervormingsbeleid. Het is toch niet puur een politiek opstelsom.


BALKENENDE:
Dat heb ik wel gezegd.: je moet duidelijkheid hebben over het beleid wat hij wil voeren. Maar dat kan natuurlijk niet los worden gezien van de electorale verhoudingen in Duitsland. En ook de politieke krachtverhouding die ik op deelstaatniveau echt heb zien veranderen de laatste tijd.

WALLAART:
Nederland gaat volgende week ook naar de stembus, het referendum over de Europese grondwet. Ziet u daar ook een link die Schröder ook ziet dat het tegelijkertijd een stembusgang is over het vertrouwen in het kabinet?


BALKENENDE:
Mijn inziens natuurlijk helemaal niet. Laat daar geen misverstand over bestaan. Ik luisterde vorige week zondag even naar het debat op Radio 1. Daar was Hedy d'Ancona aanwezig van de PvdA. Zij zei ook heel duidelijk: dit gaat niet over het kabinet. Dit is heel wat anders. Op dit moment staan Wouter Bos, Femke Halsema en ik en al de anderen feitelijk aan dezelfde kant.

WALLAART:
U bent met uw kabinet halverwege. U zit twee jaar. Het is natuurlijk een ideaal moment voor kiezers om tussentijds even aan te geven wat ze van u en uw kabinet vinden.


BALKENENDE:
Kijk, u stelt deze vragen. Maar ik zeg ook: een journalist heeft de taak om de zaken scherp voor te stellen. Al diegene die op het ogenblik maar een zweem naar voren willen brengen van dit is nu de mogelijkheid om een oordeel uit te spreken over een kabinet, die zijn niet echt verantwoord bezig. Omdat het niet gaat om een politiek oordeel over het kabinet Balkenende. Het gaat nu om de vraag: wat vindt u er van dat we een Grondwettelijk verdrag krijgen, en hoe kijk je aan tegen de argumenten? Dat is de vraag die burgers nu feitelijk raakt.

WALLAART:
U zegt terecht dat het niet alleen het kabinet is, ook de oppositiepartijen zijn voor de grondwet. Inderdaad zijn 130 van de 150 Kamerleden voor. In de samenleving is voorlopig een procent of zestig tegen volgens de laatste peilingen. Dan vraag ik mij wel eens af: zitten jullie soms op een andere planeet op het Binnenhof?


BALKENENDE:
Laten we ons niet gek laten maken door peilingen. Volgende week zullen we de uitslag zien. En ik weet dat het altijd makkelijker is om in een peiling te zeggen: ik zeg nee. Maar volgende week als je in het stemhokje staat, dan moet je jezelf wel die vraag stellen van: wat levert deze grondwet mij op en ik ben ik voor of tegen? En als je nu vindt dat Europa net wat democratischer, net wat slagvaardiger, net wat opener en transparanter kan worden, dan vind ik dat je die kans niet moet laten liggen. Dat is mijn opvatting.

WALLAART:
U wilt niet vooruit lopen op de uitslag. Even los daarvan. Wat heeft deze campagne u geleerd?


BALKENENDE:
Wat heel goed is dat we nu eens een intensief debat hebben over Europa. Dat vind ik het grote voordeel. Er zijn natuurlijk in het verleden heel veel debatten gevoerd, alleen dat gebeurde in kleinere kring. Dat gebeurt in de Tweede Kamer. En als er dan weinig spannende dingen zijn, dan komt het vaak niet in de pers. Zo is het ook nog een keer. Wat we de afgelopen weken wel zien is dat er een hoop twijfel naar voren komt. Dat er ineens antigevoelens zijn.

WALLAART:
Twijfel? Het lijkt soms wel of er 50 jaar frustratie naar voren komt bij de kiezers.


BALKENENDE:
Laten we eerst maar kijken wat er uit komt. Ik ben natuurlijk heel veel met mensen op straat. Je gaat het land in en je praat met mensen. En dan vraag ik steeds: waar zit dan die pijn? Waar zit dan die twijfel? En dan probeer ik ook steeds antwoord te geven ook vanuit het Grondwettelijk verdrag. Ik hoor vaak de term superstaat, alles overvalt ons, we hebben niets meer te zeggen. Dat is helemaal niet waar.

WALLAART:
Maar als mensen dat nu nog steeds denken na zoveel jaar politieke integratie, denkt u dan niet: wat heeft de politiek de afgelopen tientallen jaren verkeerd gedaan in zijn communicatie over Europa?


BALKENENDE:
Dat is interessant. Ik heb het er bijvoorbeeld wel eens over gehad met Jelle Zijlstra, de oud-premier. Hij zegt: als je debatten had over Europa in de jaren '50 dan waren alle Kamerleden aanwezig. Dat waren levendige debatten, omdat iedereen toen zag: we moeten met elkaar omgaan in Europa. We willen nooit meer oorlog. We willen juist vooruit. En wat zie je nu de laatste decennia: het lijkt allemaal zo vanzelfsprekend. Het lijkt of de economie vanzelf gaat. We verdienen gigantisch veel aan het buitenland. We kunnen helemaal niet zonder het buitenland. Dat vinden we eigenlijk heel normaal.

WALLAART:
We moeten dus eigenlijk een nieuw Europees elan.


BALKENENDE:
Weet u, ik voelde het een beetje in 2002. Toen werd er gesproken over de uitbreiding van de lidstaten. De traditionele scheiding in Europa was voorbij. De tijd van het IJzeren Gordijn was definitief ten einde. Je hebt natuurlijk ook die emotie gevoeld, van landen die niet mee konden doen en nu plotseling lid konden worden. Dat is een feit van grote betekenis.

WALLAART:
Maar wat gaat u nu doen na 1 juni met al deze ervaringen van deze campagne om te zorgen dat dat Europese elan weer een beetje terugkomt in Nederland?


BALKENENDE:
Met mensen er steeds over spreken. Eerlijk gezegd, als je ziet bij ons voorzitterschap. Ik heb 7 inleidingen gegeven. Anderen doen dat ook. En dan blijkt dat mensen geïnteresseerd zijn in Europa, want dat is gewoon zo, er vinden veel debatten plaats. En dan zeg ik: dat is heel mooi. Daar moet je mee doorgaan om te voorkomen dat we te veel een sfeer hebben van scepsis en twijfel. Want dat brengt ons niet verder. Dat zouden andere landen ook niet begrijpen. Men zegt: Nederland heeft altijd een open oriëntatie gehad. Een echt Europees land. En nu plotseling zijn die twijfels daar. Dat moeten we proberen te voorkomen.

WALLAART:
Nog 5 dagen te gaan tot het referendum. Gisteren zei u dat u inspiratie putte uit de Champion League-finale, 3-0 bij rust voor Milaan, maar Liverpool won alsnog. Het is nu vrijdag. Wat is de tussenstand nu?


BALKENENDE:
Laat ik het niet over de scores hebben. Maar u heeft gelijk, ik heb wel het beeld gebruikt dat het soms wel lijkt dat iets al vaststaat.

WALLAART:
Jullie staan nog achter?


BALKENENDE:
Ja, we staan achter. Maar we hebben nog zoveel dagen te gaan. En we weten ook dat als mensen meer weten, als ze antwoorden krijgen op de vragen waar ze mee zitten, de twijfels waar ze meer rond lopen, als die antwoorden er komen, dan wordt het veel aantrekkelijker én om echt te gaan stemmen, én ook om een ja te geven. Wat dat betreft ben ik gewoon positief gestemd. (Letterlijke tekst, ongecorrigeerd, MT)