Provincie steunt gemeenten met 1 miljoen euro bij invoering WMO
Gedeputeerde Staten hebben besloten de gemeenten in Overijssel actief
te ondersteunen bij de invoering van de Wet op de Maatschappelijke
Ondersteuning (WMO) in 2006 en verder. In deze wet krijgen de
gemeenten een centrale plaats op het terrein van zorg en welzijn.
De betrokken gedeputeerden Jan Kristen (welzijn) en Gert Ranter (zorg)
zien dat gemeenten een zware taak krijgen en zij willen de gemeenten
dan ook actief bijstaan bij een goede invoering van de wet in
Overijssel. "Op een groot aantal beleidsterreinen kunnen wij gemeenten
ondersteunen, zoals wonen, zorg en welzijn, de informele zorg en
mantelzorg, de cliënt- en burgerparticipatie en de jeugdzorg", zegt
gedeputeerde Ranter. "Wij voelen ons er verantwoordelijk voor dat de
gemeenten voor hun inwoners tot een goed afgestemd aanbod komen voor
maatschappelijke ondersteuning. Dat is in het belang van al die mensen
die aangewezen zijn op de een of andere vorm van zorg of welzijn."
De afgelopen tijd heeft de provincie met alle gemeenten gesproken over
de ondersteuning die ze willen bij de invoering van de wet. Op basis
daarvan gaat ze nu de gemeenten al naar gelang de behoefte
ondersteunen.
Een belangrijk punt in de WMO is de eigen verantwoordelijkheid van
mensen. Wie hulp nodig heeft moet die eerst in zijn of haar omgeving
proberen te vinden. Dat betekent dat vrijwillige zorg en mantelzorg
veel belangrijker worden. "Daarom gaan we met een aantal gemeenten in
Twente proberen om een goed systeem op te zetten voor vrijwillige
zorg, gebaseerd op de traditionele noaberhulp", legt Ranter uit.
Gemeenten moeten ook aan de slag met participatie. "Ze moeten
gebruikers gaan betrekken bij de keuzes voor aanbod op het gebied van
zorg en welzijn", vult Kristen aan. "Dat betekent dat gemeenten niet
alleen met patiëntenorganisaties moeten praten, maar dat ze veel
breder werk moeten maken van burgerbetrokkenheid. We willen daarvoor
samen met een aantal gemeenten in West-Overijssel een model opzetten."
Voor deze projecten in Twente en West-Overijssel trekt GS ieder
250.000 euro uit. Het is de bedoeling dat de ervaringen hier later
worden gebruikt in de rest van de provincie. Kristen benadrukt dat
daarnaast de inzet van provinciale steuninstellingen zoals Arcon en
het Servicecentrum Vrijwilligerswerk Overijssel onmisbaar zijn bij de
invoering van de nieuwe wet.
Provinciale Staten hebben 1 miljoen euro extra voor de ondersteuning
van gemeenten uitgetrokken, bovenop de subsidiegelden die al
beschikbaar zijn voor gemeentelijke projecten op het gebied van wonen,
zorg en welzijn. De helft van dit bedrag is bestemd voor cliënt- en
burgerparticipatie en voor (nieuwe vormen van) informele zorg.
Voor de andere 500.000 euro nodigen GS gemeenten uit om projecten in
te dienen die bijdragen aan een betere afstemming van wonen, zorg en
welzijn. Daarbij denken ze onder meer aan de opzet van een
gemeentelijk WMO-loket, de opzet van woonzorgzones, de inrichting van
eerstelijnszorgposten en aan maatschappelijke opvang in de
centrumgemeenten.
Nieuwsredactie@prv-overijssel.nl
© 2005 Provincie Overijssel
Provincie Overijssel