Stichting Wakker Dier

SCHAAMLAP EUROPA: VEERMAN NEGEERT VISSEN(E)MOTIE

Persbericht - 24 mei 2005

Landbouwminister Veerman erkent in een brief aan de Kamer dat een scherpe Europese normstelling ten aanzien van het doden van vis noodzakelijk is. De brief volgt op kamervragen van Groen Links over het onderzoek van Wakker Dier waarin wetenschappers aangaven dat de huidige wijze van doden van vissen het ergste dierenwelzijnsprobleem in de vee- en vissector is. Met het doorschuiven van zijn verantwoordelijkheid naar Europa bevestigt Veerman de vrees van veel dierenbeschermers dat Europa slechts gebruikt wordt als schaamlap om als Nederland geen dierenwelzijnsmaatregelen te hoeven nemen. Wakker Dier vreest zelfs dat de Hollandse palingkwekers zich, met een beroep op het traditie-artikel 121 van de EU-grondwet, met succes kunnen verzetten tegen ingrijpen tegen het wrede zouten van levende paling (met zout de slijmlaag wegbranden). Europa inventariseert op dit moment slechts de welzijnsproblemen in de vishouderij en heeft nog geen plannen voor wettelijke welzijnsmaatregelen. Met de weigering van Veerman om maatregelen te nemen, negeert hij ook een kamermeerderheid (motie van de Brand, 2003: 28 600 XIV, nr. 74) om welzijnseisen te stellen in de vissector. Veerman geeft in de brief verder aan alleen welzijnsmaatregelen te willen nemen buiten Europa om als het specifiek Nederlandse problemen betreft. Grote welzijnsproblemen bij meerval en paling zijn echter juist specifiek Nederlandse problemen, gezien het feit dat Nederland verantwoordelijk is voor respectievelijk 90% en 60% van de EU-productie.
Onderzoek
Wakker Dier publiceerde eind april de resultaten van een enquête onder dierenwelzijnsonderzoekers naar welzijnsproblemen in de vis- en veesector: het grootste dierenleed in de vee- en vissector is de manier hoe vissen worden gedood op vissersboten en op viskwekerijen. Daarna volgden de krappe kale hokken van varkens, de absurd snelle groei van vleeskippen en de legbatterij als ergste welzijnsproblemen. Vissen worden meestal gedood door levend de ingewanden te verwijderen, ze langzaam op het dek te laten verstikken of levend in te vriezen. Paling wordt meestal gedood in een bak met zout. De doodstrijd duurt vaak uren en regels ontbreken in het geheel. Recent onderzoek toont aan dat vissen pijn, angst en stress kunnen ervaren.

Doden van vissen
Vissen zijn vogelvrij; de wet verplicht dat dieren bedwelmd moeten worden voor het doden maar sluit vissen uit. Deze regel is opgesteld toen men er nog vanuit ging dat vissen geen pijn konden voelen. Ondertussen blijkt uit wetenschappelijk onderzoek dat vissen juist een sterk ontwikkeld pijnstelsel hebben en ook stress kunnen hebben zoals andere gewervelden. Vissen worden door de verouderde wetgeving vrijwel nooit verdoofd of bedwelmd voordat ze worden gedood. De meeste vissen worden levend verwerkt door de ingewanden weg te snijden of levend in te vriezen. Uit onderzoek blijkt dat deze dieren vaak nog uren bij bewustzijn zijn. Paling wordt in een bak met zout ontslijmd. Het zout bijt in op de huid en de dieren spartelen ongeveer 20 minuten heftig. De verwondingen door zout zijn te vergelijken met ernstige brandwonden bij de mens. Uit recent onderzoek blijkt dat zelfs na een urenlange doodsstrijd de palingen nog niet dood zijn. Andere vissen, zoals meerval, worden eerst levend ingevroren om ze beter hanteerbaar te maken. Daarna worden ze levend opengesneden en worden hun ingewanden verwijderd. Er zijn verdovingsmogelijkheden zoals bedwelming met een elektrische schok, maar deze zijn duurder. Onder het kabinet Paars 2 wilde staatssecretaris Faber nog regels opstellen voor met name het doden van paling maar door het kabinet Balkenende zijn deze plannen onbarmhartig van tafel geschoven.