Waterschap Roer & Overmaas
10-05-2005
Start onderhoudsseizoen 2005
Half mei start het onderhoudsseizoen voor het Waterschap Roer en
Overmaas. De hogere temperaturen zorgen voor een explosieve groei van
water- en oeverplanten. De maaiwerkzaamheden starten in de stedelijke
gebieden en verplaatsen zich later naar het landelijke gebied. Voor
het onderhoud huurt het waterschap gespecialiseerde bedrijven in.
Het in goede banen leiden van het waterbeheer is voor een groot deel
een kwestie van gedegen onderhoud. Beken en rivieren moeten voldoende
water kunnen aan- en afvoeren. Wanneer struiken, gras, bomen en
waterplanten dit belemmeren kan wateroverlast ontstaan. Aan de andere
kant willen we de natuur zoveel mogelijk een kans geven zich te
ontwikkelen. Het onderhouden van beken betekent dus niet alles
wegmaaien en klaar! Nee, voor elke beek bestaat een onderhoudsplan.
Daarin staat aangegeven hoe vaak, op welke wijze en wanneer er gemaaid
moet worden.
Selectief maaibeheer
Het afstemmen van de manier en frequentie van onderhoud op de functie
en omgeving van de beek noemen we selectief onderhoud. Kenmerkend is
dat er veel onderhoud handmatig plaatsvindt. Met een zogenaamde rug-
of bosmaaier wordt de ongewenste vegetatie (veelal brandnetels en
distels) weggehaald. Een ander kenmerk van selectief maaibeheer is het
eerst maaien van de linkeroever en pas weken later de rechteroever. Op
de meeste plaatsen wordt het maaisel afgevoerd, zodat mestvorming
wordt voorkomen.
Later beginnen
Om de planten en dieren die in en om de beek leven een kans te geven
starten de maaiwerkzaamheden pas laat. In stedelijk gebied rond 17
mei, in landelijk gebied na 15 juni. Onderhoud aan de waterbodems
wordt zoveel mogelijk uitgesteld tot eind van de zomer zodat
insectenlarven en amfibieëneitjes al hun ontwikkelingsfasen kunnen
doorlopen.
Deze manier van onderhoud plegen pakt positief uit voor veel
(bijzondere) plantensoorten. Onderzoek leert ons dat de aantallen
insecten (o.a. libellen, vlinders), amfibieën en rietvogels in Limburg
zijn toegenomen.