Ministerie van Buitenlandse Zaken

Postbus 20061 Postbus 20701
2500 EB 's-Gravenhage 2500 ES 's-Gravenhage
Telefoon 070-3486486 Telefoon 070-3188188

Aan:
de Voorzitter van de
Tweede Kamer der
Staten-Generaal
Binnenhof 4
's-Gravenhage

Uw brief Uw kenmerk Ons nummer Datum DVB/CV-162/05 20 mei 2005

Hierbij bieden wij u aan de antwoorden op de schriftelijke vragen van het lid Koenders over schijnexecuties en verkrachtingen door Amerikaanse Special Forces in Afghanistan. Deze vragen werden ingezonden op 4 april jl. onder nummer 2040511900.

De Minister van Buitenlandse Zaken De Minister van Defensie

Dr. B.R. Bot H.G.J. Kamp

Antwoorden van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, en de heer Kamp, minister van Defensie, over schijnexecuties en verkrachtingen door Amerikaanse Special Forces in Afghanistan.

Vraag 1
Bent u op de hoogte van beschuldigingen tegen leden van Amerikaanse Special Forces dat deze in twee dorpen ten zuidoosten van Kaboel Afghaanse burgers hebben geïntimideerd en in elkaar hebben geslagen? Bent u op de hoogte van soortgelijke berichten over schijnexecuties en verkrachtingen?(1)

Vraag 2
Bent u op de hoogte van het feit dat in Afghanistan zelfs in 2004 nog kennelijk sprake was van activiteiten door Amerikaanse Special Forces, die direct ingaan tegen de Geneefse Conventies en die beschreven zijn in de Washington Post?(2)

Vraag 4
Kende u deze berichten al vóór het Kamerdebat d.d. 10 maart 2005(4) over de uitzending van Nederlandse Special Forces naar Afghanistan en heeft u hierover navraag gedaan bij de Amerikaanse autoriteiten? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord
Het Amerikaanse ministerie van Defensie heeft naar aanleiding van een verzoek van enkele organisaties, waaronder de American Civil Liberties Union, een groot aantal documenten vrijgegeven over beschuldigingen van wangedrag van Amerikaanse militairen in Irak en Afghanistan. Uit deze documenten blijkt dat de beschuldigingen door de Amerikaanse militaire autoriteiten zijn onderzocht, en dat indien daartoe aanleiding werd gezien, maatregelen tegen de betrokken militairen werden genomen. Het onderzoek dat is ingesteld naar aanleiding van beschuldigingen over mishandelingen in de Afghaanse dorpen Gurjay en Surkhagen in de provincie Zabul ten zuidwesten van Kabul, op resp. 14 en 18 mei 2004, had tot voorlopig resultaat dat er voldoende reden was de beschuldigingen over mishandelingen ongegrond te verklaren. De Nederlandse regering heeft kennis genomen van de op 18 februari jl. gepubliceerde documenten en ziet op basis daarvan geen aanleiding het resultaat van het onderhavige onderzoek ter discussie te stellen. Zie ook de antwoorden op de vragen 6 en 7.

Vraag 3
Is het waar dat in de dorpen Gurjay en Surkhay soms minder dan negen soldaten en Special Forces verantwoordelijk zijn voor 50 tot 90 gevangenen en dat dit een agressieve benadering uitlokt? Hoe beoordeelt u deze situatie?(3)

Antwoord
Uit de in het antwoord op de vragen 1, 2 en 4 genoemde documenten blijkt dat aan de beschreven acties meer militairen hebben deelgenomen dan het in deze vraag genoemde aantal.

De Amerikaanse militaire doctrine voor operaties als de onderhavige beschouwt het verkrijgen van de steun van de bevolking als een voorwaarde voor het behalen van succes. Voor het verkrijgen van de steun van de bevolking is het essentieel dat de buitenlandse troepen de plaatselijke bevolking met respect behandelen, rekening houden met culturele gevoeligheden, zich houden aan wettelijke normen, en de mensenrechten respecteren. De grootste kans op succes wordt volgens deze doctrine verkregen met een zo gering mogelijk geweldgebruik. De Nederlandse regering kan deze uitgangspunten onderschrijven.

Vraag 5
Welke afspraken en garanties heeft u van de Amerikaanse autoriteiten gekregen, dat door Nederlandse Special Forces gearresteerde of geïdentificeerde burgers en strijders niet in een mensonterende en niet in overeenstemming met de Geneefse Conventies zijnde situatie terechtkomen?

Antwoord
Zoals onder meer gemeld in de brief van 22 april jl. (TK 27 925, nr. 172) zullen de Nederlandse militairen die worden uitgezonden in het kader van de operatie Enduring Freedom zich houden aan het internationale humanitaire recht, waarbij inbegrepen de Conventies van Genève. De Kamer is over de handelwijze van de Nederlandse militairen tijdens deze inzet op 10 maart jl. op hoofdlijnen vertrouwelijk geïnformeerd. Zoals gemeld tijdens het openbare algemeen overleg van 10 maart jl. (TK 27 925, nr. 167) en het plenaire VAO van 17 maart jl. (Handelingen TK 61-3937 t/m 61-3942), zal de regering bij de VS blijven aandringen op het toepassen van de Geneefse Conventies. Ook zal deze kwestie bij de bondgenoten aanhangig worden gemaakt. Over de laatste contacten terzake met de VS is de Kamer geïnformeerd per brief d.d. 10 mei jl. (TK 27925, nr. 175).

Vraag 6
Bent u op de hoogte van soortgelijke artikelen als die in de Guardian, dat Amerikaanse troepen in Afghanistan door middel van «trophy photo's» opnieuw betrokken blijken te zijn, bij Abu-Graib-achtige misdaden, inclusief verkrachting, seksuele vernedering en schijnexecuties?(5)

Antwoord
De regering is op de hoogte van het artikel in de Guardian en soortgelijke artikelen.

Vraag 7
Hoe beoordeelt u de positie van de American Civil Liberties Union dat in de Verenigde Staten geen geloofwaardig onderzoek plaatsvindt naar dergelijke aanklachten van misbruik? Wilt u aandringen op een dergelijk onderzoek, zeker nu de Nederlandse regering direct met de Verenigde Staten in de operatie Enduring Freedom samenwerkt?

Antwoord
Zoals ook blijkt uit de in voorgaande antwoorden aangehaalde stukken, is de regering over deze en soortgelijke aanklachten aan het adres van de Verenigde Staten bij voortduring op openhartige en constructieve wijze in gesprek met vertegenwoordigers van de Verenigde Staten. Hoewel in die gesprekken ook zorg wordt overgebracht van de zijde van de Nederlandse regering, heeft de regering geen reden om te twijfelen aan de geloofwaardigheid van de onderzoeken die door de Amerikaanse autoriteiten worden ingesteld naar deze en soortgelijke aanklachten.


1 Washington Post, 18 februari jl., «Army Files Cite Abuse of Afghans».
2 Zie noot 1.

3 Zie noot 1.

4 Kamerstuk 27 925, nr.167.

5 Guardian, 18 februari jl., «Papers Reveal Bagran Abuse».