Nieuwsberichten
19-05-2005
Reactie Wethouder Nouwen op emailbericht
inhoud brief onder weglating van adresgegevens i.v.m. privacy
Geachte N.N.,
Op 3 mei jl. ontving ik uw emailbericht met daarin de oproep het via
het verder anoniem gebleven adres welwillendeomwoneneden@planet.nl
aangevraagde gesprek inzake de bouwplannen voor de Zuidpolder-oost een
kans te geven. U voegt daar de terechte opmerking aan toe dat een
wethouder er immers is voor de inwoners. Juist in het kader van deze
laatste opmerking stel ik het op prijs u wat uitvoeriger te
antwoorden, hoewel het onderstaande tijdens de WRO-procedure reeds
herhaaldelijk aan de orde is geweest. Daarbij speelt ook een rol dat
uw reactie tot dusverre de enige is, zodat ik voldoende tijd heb om
breed op een en ander in te gaan.
Het is namelijk juist in het kader van de zorg voor de inwoners dat
het globaal eindplan Zuidpolder-oost met de huidige invulling aan de
raad is voorgelegd en inmiddels bij het provinciebestuur ter
goedkeuring is gedeponeerd.
Naast de zorg om gedurende de streekplanperiode voldoende huisvesting
te verzekeren voor met name startende woningzoekenden is op grond van
tal van demografische studies komen vast te staan, dat er een zeer
grote vergrijzingsgolf op ons afkomt. Onze gemeente neemt in dit
opzicht in de regio zelfs een "top-positie" in. Voortschrijdend
inzicht heeft tevens geleid tot het besef dat deze vergrijzing op het
snijvlak van Wonen-Zorg-Welzijn tot vooruitziend beleid noopt ten
aanzien van te bouwen accommodaties voor deze doelgroep..
In dit kader neemt onze gemeente deel aan de provinciale WWZ-pilot.
Naast de noodzaak van voorzieningen en aanpassingen op kleine schaal
in bestaande woningen en wijken, is ook komen vast te staan dat zowel
in Edam als in Volendam een wat grootschaliger voorziening
noodzakelijk zal zijn, die mede als "thuis- en uitvalsbasis" voor de
te verlenen zorg in de verschillende wijken dienst zal kunnen doen.
Om ons even tot Edam te beperken: het zoeken van een locatie voor een
dergelijke voorziening, waarbij gecombineerd intra- en extramurale
zorg in qua exploitatie haalbare aantallen gerealiseerd kan worden, is
geen sinecure. Uiteraard is bij deze opgave zorgvuldig te werk gegaan.
In dit afwegingsproces zijn o.a. de volgende uitgangspunten in het oog
gehouden:
a. Zoals reeds vermeld vraagt de komende vergrijzing ook in de kom
Edam om een voorziening waar in combinatie een flink aantal intra- en
extramurale (woon)eenheden gerealiseerd kan worden.
b. Aangezien bij een dergelijk complex - mede in verband met de
onafwendbare demografische "ontgroening" (= minder helpende handen) -
een efficiënte zorgverlening een eerste vereiste is, dient een zekere
kritische "massa" aanwezig te zijn. In dat benodigde aantal kan dan
gevarieerd worden qua intensiteit van de gewenste zorg en ook qua
wooncategorie. Want naast efficiency is ook het financiële draagvlak
voor de bijbehorende al dan niet AWBZ-gerelateerde voorzieningen een
ijkpunt. Het spreekt vanzelf dat de bestaande locatie bij de Meermin
zich niet verhoudt tot zulk een bouwprogramma.
c. Uiteraard wordt voor elk plan in deze gemeente gepoogd een zo
gunstig mogelijke woonomgeving te creëren en zeker gezien het gestelde
onder punt b. spreekt het voor zich dat de locatie voor het
Woonzorgcomplex in dit opzicht aan zekere eisen dient te voldoen. Ook
wat betreft dit aspect schiet de locatie bij de Meermin tekort.
d. Bij de keuze van de locatie zijn diverse alternatieven beschouwd.
Om uiteenlopende redenen genoten zij geen van alle de voorkeur. Bij de
centrale antennemast bestaat nog steeds de mogelijkheid om eventueel
de gemeentelijke huisvesting centraal te regelen. Bovendien is hier de
belangrijke verbindingsweg naar de N244/247 gepland. Ten noorden van
Edam begint een gebied dat in landelijke en provinciale plannen
wellicht tot nationaal landschap zal worden verheven. De rond het
Middengebied liggende groenzones en het ecologisch park zijn destijds
aangelegd in het kader van de compensatie van de Provinciale
Ecologische Hoofdstructuur, een planologisch beleid dat zijn
voortzetting vindt in de parkachtige zone in de kop van de Dijkwijk..
Vanuit een oogpunt van consequent planologisch beleid kwamen bedoelde
zones derhalve niet in aanmerking. Andere meer binnen de kom van Edam
gelegen locaties voldeden qua oppervlakte niet.
e. In de Dijkwijk zijn, naast het zorgcomplex, ca. 1050 wooneenheden
gepland. Het inbedden van het WWZ-complex binnen het voor de overige
woningen bestemde bouwvlak had zonder enige twijfel tot een
aanmerkelijk verlies aan capaciteit geleid. Laagbouw had immers
sowieso meer ruimtebeslag betekend, terwijl een meer gelaagde
bouwwijze als thans voorgesteld in een verantwoorde ruimtelijke
inbedding een flinke afstand tot de overige wooneenheden zou hebben
gevergd, hetgeen ook weer geringere capaciteit tot gevolg zou hebben.
Al deze punten afwegend is het gemeentebestuur tot de overtuiging
gekomen dat de locatie Keetzijde een alleszins aanvaardbare
mogelijkheid biedt om een zorgprogramma als hiervoor omschreven op een
planologisch verantwoorde wijze te realiseren.
Om aan de in het WRO-traject van inspraak- en zienswijzen gemaakte
bezwaren en opmerkingen tegemoet te komen, is later nog bepaald dat
tot aan de rand van de Keetzijde een afstand van 61 meter in acht zal
worden genomen, hetgeen tot aan de bebouwing aan het Oorgat resulteert
in ca. 100 meter. Daarnaast kan door een wat andere schakering binnen
het complex de geplande parkzone evengoed in essentie gehandhaafd
blijven. Tevens is de maximale hoogte beperkt van 25 naar 20 meter
(met 10%-vrijstelling), waarbij een geleidelijke ophoging vanaf de
Keetzijde en vanuit de richting Molenbuurt wordt nagestreefd.
Beide voornoemde wijzigingen hebben het gemeentebestuur gesterkt in de
overtuiging dat, na afweging van alle belangen, het voorgestelde een
optimaal resultaat zal geven. In het kader van de hele
bestemmingsplanprocedure zijn dit soort overwegingen, mogelijke
alternatieven en wat dies meer zij herhaaldelijk aan de orde geweest.
Dit is ook gebeurd in diverse gesprekken die bij verschillende
gelegenheden met betrokken en/of geïnteresseerde burgers gevoerd zijn.
Daarbij zijn geen alternatieven tot ons gekomen, waarbij de onder
a t/m e genoemde uitgangspunten van het gemeentelijk beleid in
voldoende mate gewaarborgd blijven. Behoudens beide genoemde
aanpassingen is het globaal eindplan derhalve in de huidige opzet aan
de gemeenteraad voorgelegd en met grote meerderheid goedgekeurd.
Dat neemt niet weg dat ook wij de wijsheid niet in pacht hebben.
Indien u - ; vanuit uw professie wellicht - toch nog een beter
alternatief kunt bieden dat aan voornoemde uitgangspunten in voldoende
mate recht doet, dan houden wij ons daarvoor aanbevolen.
In dat geval kunt u altijd contact met ons opnemen.
Hopend u hiermede voldoende geïnformeerd te hebben, verblijf ik,
namens het College van B&W van Edam-Volendam,
Th.M. Nouwen, wethouder r.o.
Gemeente Edam-Volendam