Stempeltechniek vereenvoudigt fabricage microstructuren
Door een nieuwe `stempeltechniek' te gebruiken is het mogelijk om
allerlei microstructuren te maken zonder dat daar kostbare
cleanroom-technologie aan te pas komt. De techniek, die Phase
Separation Micromolding heet, maakt gebruik van de fase-overgang van
een vloeibare polymeeroplossing naar vast polymeer. De techniek is
ontwikkeld door onderzoekers van de vakgroep Membraantechnologie van
de Universiteit Twente en de spin-off onderneming Nanomi, en
verschijnt in de juni-editie van het blad `Small', voor micro- en
nanotechnologie.
De techniek van Laura Vogelaar, Rob Lammertink en Matthias Wessling
biedt een aantrekkelijke nieuwe manier om membranen en andere
geavanceerde microstructuren te maken. Zij gebruiken niet de
geavanceerde etstechnieken die zeer schone omstandigheden -zoals in
een cleanroomlaboratorium- vereisen, maar gaan uit van een mal met de
gewenste structuur. Door hierop een polymeeroplossing aan te brengen
en ervoor te zorgen dat dit materiaal vast wordt, profiteren de
onderzoekers van de fase-overgang. Het materiaal krimpt iets, zodat
het gemakkelijk van de mal te `pellen' is. Een exacte replica is het
resultaat.
Op deze manier is het mogelijk tal van microstructuren te maken. Er
wordt dan een patroon in het polymeer aangebracht, of de polymeerfilm
wordt zelfs geperforeerd om een membraan te maken waarvan de gaatjes
uiterst nauwkeurige afmetingen en tussenruimte hebben.
De techniek leent zich voor de meeste polymeren, inclusief biologisch
afbreekbare materialen en geleidende polymeren. Behalve polymeren,
lenen ook bijvoorbeeld metallische en keramische materialen zich voor
de nieuwe techniek. Daarvoor is dan volgens de onderzoekers een extra
processtap nodig.
Het blad `Small' (www.small-journal.com) , een uitgave van Wiley,
publiceert in de juni-editie het artikel van Vogelaar en haar
collega's. De resultaten sieren ook de omslag van deze editie, met
verschillende poreuze en niet-poreuze structuren die met de nieuwe
techniek zijn gefabriceerd. Laura Vogelaar zal in juli haar
proefschrift verdedigen waarin zij toepassingen van de nieuwe
replicatechnologie beschrijft in gebieden zoals directionele celgroei,
superhydrofobe oppervlakken, flexible etsmaskers en microactuatoren
gemaakt van polymeren.
Het onderzoek is ondergebracht bij het instituut IMPACT van de UT.
Betrokken bij het project is daarnaast de spinoff onderneming Nanomi,
gespecialiseerd in onder meer microfiltratie.
Contactpersoon: Wiebe van der Veen, tel (053) 4894244
Laatst gewijzigd op 19-05-2005 10:22:50
© Universiteit Twente Printversie (opent in een nieuw venster)
Universiteit Twente