Provincie Overijssel

Paul Schnabel over de paarse krokodil

Een functionele overheid, minder administratieve lasten voor de burger, minder bureaucratie en regelgeving; dat is de toekomst voor de nieuwe overheid. Maar of de burger daar in alle gevallen blij mee moet zijn is nog maar de vraag. Zo klonk één van de opvattingen van Prof. Dr. Paul Schnabel, directeur van het Sociaal Cultureel Planbureau. Schnabel hield gistermiddag een lezing in het provinciehuis van Overijssel. Hij deed dat op uitnodiging van de Provinciale Staten van Overijssel in het kader van een werkconferentie over "De andere Staten"

Net als de landelijke overheid worstelt ook de provinciale overheid met vragen over haar werkwijze en cultuur. De veranderende rol van de overheid en de vraag wat de samenhang is tussen onderwerpen als burgerparticipatie, takendiscussie, stroomleiding en sturing is voor de Overijsselse Staten nog niet helder. Overijssel heeft nog onvoldoende handen en voeten gegeven aan 'de nieuwe provincie' en bovendien ontbreekt het de Staten nog aan een soort 'besturingsfilosofie' Met die zelfkritische houding gingen de Statenleden de discussie aan, waarvoor Paul Schnabel de nodige munitie aanleverde. 'De andere provincie' moet burgers enerzijds meer ruimte geven en tegelijkertijd de beginselen van de rechtstaat garanderen. De provincie moet selectiever worden in het beleid. Ánders sturen en beter presteren.

Aan het einde van het tweede paarse kabinet werden de eerste verkenningen gehouden over hoe een moderne overheid er in de toekomst uit zou moeten zien. Paul Schnabel schreef destijds het essay "Bedreven en gedreven; een heroriëntatie op de rol van de Rijksoverheid in de samenleving". De nieuwe overheid bedient zich van de vier R's: richting, ruimte, resultaat en rekenschap. Minder regels en meer gebaseerd op wederzijds vertrouwen tussen overheid en burger. Van de aloude controle en toetsing en de ambtenaar als willoos werktuig van de bureaucratie naar een overheid die effectief wil zijn, klantgericht en probleemoplossend. Van een horizontale naar een verticale en collegiale overheid, zo luidt de ontsnappingsclausule. Maar oude gewoontes slijten langzaam en de ouderwetse ambtenaar bepaalt nog deels de beeldvorming, aldus Schnabel "Met nu als nieuwe mascotte: de paarse krokodil uit de reclame"

Wantrouwen

In Zwolle doorliep Schnabel in vogelvlucht de rol van de overheid sinds Thorbecke en de vele verbouwingen die het beroemde 'huis van' sindsdien onderging. Vooral in de laatste decennia kwamen veranderingen razendsnel en soms totaal onvoorspelbaar.

"Eind Paars II ontstond er een regering met een technocratisch karakter. Deskundigen en professionals bepaalden steeds meer de agenda, waarbinnen de speelruimte voor politiek steeds kleiner werd. Er was ook véél geld en alles kon. Dan zie je de politieke discussie en het politieke karakter verdwijnen; Fortuyn voelde dat met zijn revolte haarfijn aan. Dat is nog géén vier jaar geleden, en we leven mede daardoor alweer in een totaal andere tijd"

De burger verzet zich meer en meer tegen de technocratie. Dat vertaalt zich onder andere in een fundamentele sfeer van wantrouwen tegenover de politiek. Schnabel: "In 2001 gaf nog 75 tot 80% van de burgers aan vertrouwen te hebben in de overheid. Dat aantal is nu gedaald tot 35%"

Schnabel kwam niet met panklare recepten voor dit verontrustende verschijnsel. "We hebben dit nog niet eerder meegemaakt. Ik durf niet te voorspellen hoe het verder gaat. Een oude wijsheid luidt: vertrouwen komt te voet en gaat te paard. Een reden te meer, ook voor de provinciale overheid, om nóg beter te luisteren naar de burger. Je kunt als ministerie van VROM héél resultaatgericht bezig zijn en vijftig van de vierhonderd regels schrappen. Dan hou je driehonderdvijftig regels over. Maar of de burger die bezig is zijn huis te verbouwen nou blij moet zijn met regels die nog steeds ingewikkeld blijken? Het eerste doel van bestuurlijke vernieuwing moet toch zijn dat de burger de regels mákkelijker kan hanteren. Vraag het dus eerst aan de burger!" Als ander voorbeeld noemde Schnabel het onderwijs met haar groeiend aantal inspecties en een leger van toezichthouders. "Dat zijn peperdure professionals die het functioneren in de gaten moeten houden. Zo'n verscherpt toezicht kost geld en tijd en het levert ook weerstand op. Het is beter om meer aan het onderwijs over te laten en hen tijd te gunnen om de gewenste kwaliteit te leveren"

Met het nieuwe zorgsysteem op komst (de no-claim en eigen bijdrageregeling) zal er meer irritatie en onbegrip ontstaan bij de burger, zo waarschuwde Schnabel. "De mensen krijgen zogenaamd meer vrijheid, maar zien straks door de bomen het bos niet meer. Op die manier worden zulke onderwerpen politieke risico's. Het is zaak voor de overheid om eerst te kijken hoe nieuwe regels in de praktijk uitpakken voor burgers, vóórdat je zo'n regel invoert"

Tenslotte merkte Paul Schnabel op dat in het huidige huis van Thorbecke goed opgeleide, mondige burgers wonen, die weliswaar steeds minder geneigd zijn lid te worden van een politieke partij maar over het algemeen heel geïnteresseerd zijn in de politiek. "Dat vraagt om een herschikking van de politiek"

Na de inleiding van Schnabel gingen de Statenleden in werkgroepjes aan de slag. Er werd gepassioneerd gediscussieerd over onderwerpen als volksvertegenwoordiging en burgerparticipatie, over kaderstelling door Provinciale Staten en haar controlerende rol en de bijdrage van de staten aan deregulering. Over sommige onderwerpen werden meteen concrete werkafspraken gemaakt.

"Dit is de start van het uitwerkingsproces van 'De andere provincie' " aldus de voorzitter van PS, CdK Geert Jansen. "We moeten dúrven debatteren over deze onderwerpen. Géén vrijblijvende debatten, maar concrete discussies over de relatie bestuur en burger. Als je die discussie overslaat blijf je hangen in de technocratie!"

Statengriffie

© 2005 Provincie Overijssel