Provincie Groningen

Waddenmodel genomineerd voor Europese prijs van 12 mei 2005

Het Waddenmodel Noord Groningen is uit 200 Europese projecten geselecteerd als kandidaat voor de Carl Bertelsmann prijs 2005. De prijs bestaat uit een bedrag van EUR 150.000,-. Het Waddenmodel is een succesvolle aanpak van jeugdwerkloosheid in Noord Groningen.

In het model worden voortijdig schoolverlaters goed geregistreerd en krijgen zij persoonlijke begeleiding om weer terug naar school te gaan of werk te vinden. Van de gemiddeld 700 jongeren per jaar wordt gemiddeld de helft herplaatst naar scholing en werk. Meer dan 80% van deze 350 jongeren gaat terug naar school en probeert alsnog een diploma te halen. Uit landelijke cijfers blijkt dat zij zo meer kans hebben om werk te vinden. Het Waddenmodel is in de race voor de prijs met zeven andere Europese projecten. In september 2005 wordt de uitslag bekend gemaakt.

Het motto van het Waddenmodel is: alle jongeren met een diploma op zak aan het werk. Het gaat dan minimaal om een diploma op het niveau 2 van het MBO of een HAVO/VWO-diploma (startkwalificatie). Door intensievere samenwerking en informatie-uitwisseling tussen het Regionaal Meld- en Coördinatiepunt Voortijdig Schoolverlaten (RMC), het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI), de leerplichtambtenaar en de consulent van de sociale dienst komt elke schoolverlater zonder diploma of jongere zonder werk in beeld. Ze krijgen allemaal een eigen begeleider en worden gevolgd tot het doel - een diploma en werk - bereikt is. Het waddenmodel is dus een zgn. sluitende aanpak.

Noord-Groningen
Het Waddenmodel wordt uitgevoerd door de acht gemeenten in het gemeentelijk samenwerkingsverband Regioraad Noord Groningen (Delfzijl, Appingedam, Loppersum, Ten Boer, Bedum, Winsum, Eemsmond en De Marne) samen met de CWI's Delfzijl en Winsum en het RMC Noord Groningen. Het model is in opdracht van de provincie Groningen ontwikkeld en het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid betaalt mee aan het project. De projectleiding is in handen van het Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling (CMO) Groningen en het Breuer Institute.

Bertelsmann Stichting
De Bertelsmann Stichting is een private Duitse stichting, die praktische projecten initieert op het gebied van politiek, zorg en welzijn, onderwijs en arbeidsmarkt. De stichting looft ieder jaar de Carl Bertelsmann prijs uit, dit jaar voor een succesvol en aansprekend project dat jongeren helpt bij de overgang van onderwijs naar de arbeidsmarkt en op deze wijze jeugdwerkloosheid voorkomt. Afgelopen maandag 9 mei 2005 waren drie medewerkers van de stichting in Noord Groningen om uitleg te krijgen over het project. Zij vonden het daarbij met name belangrijk om te praten met jongeren en werkgevers die in de praktijk met het Waddenmodel te maken hebben gehad.

Verspreiding over de provincie
Gedeputeerde Ineke Mulder van de provincie Groningen ontving de gasten. Zij benadrukte het belang van het Waddenmodel voor de regio en de provincie. De provincie Groningen ondersteunt de verspreiding van de sluitende aanpak van jongeren naar scholing en werk. In Menterwolde, Pekela en Veendam is het model succesvol aangepast aan de plaatselijke situatie. In Stadskanaal, Vlagtwedde, Hoogezand-Sappemeer, Haren en Slochteren ontwikkelen de gemeenten met de provincie ook een model dat in hun gebied past.

Inzet gemeenten
Gedeputeerde Mulder prees de inzet van de gemeenten en het CWI in Noord Groningen. Zij hebben ambitie en durf getoond om met dit model aan de slag te gaan. Zij hebben enorm geïnvesteerd in de uitbreiding van leerplichtcapaciteit en RMC trajectbegeleiding. De jeugdwerkloosheid in Noord Groningen is beperkt gebleven tot 3% tegen een landelijke stijging van 11% en een stijging van 12% in onze provincie. Dit betekent uiteindelijk een besparing op de uitkeringen, en een investering in de toekomst: meer jongeren met een goede opleiding, die een betere positie op de arbeidsmarkt hebben.

Nico gaat examen doen
Vervolgens bezocht de delegatie Nico bij het Alfa College aan de Vechtstraat in Groningen. Nico, 18 jaar oud, volgt daar het laatste jaar van het VMBO. In uitstekend Engels vertelde Nico zijn verhaal. Twee keer blijven zitten, 15 jaar oud. Vervolgens naar een speciaal auto techniek programma. Hij kwam erachter dat dat niets voor hem was en zat thuis. Janke Buter, leerplichtambtenaar van de gemeente De Marne en Winsum, kreeg een melding op haar bureau dat hij de school opnieuw verlaten had en voerde meerdere gesprekken met hem. Vervolgens verwees zij hem naar een van de twee RMC trajectbegeleiders in Noord Groningen (Petra Struijs en Roel Delies), specialisten op het terrein van onderwijs, arbeidsmarkt en motiveren van schoolverlaters.

Nico ging naar een avondopleiding VMBO, maar had daar te veel zelfdiscipline voor nodig. Toen toch naar een dagschool voor jong volwassenen van het Alfa College. Dit jaar doet hij examen en hij geeft zichzelf een goede kans om te slagen. Hij wil daarna direct door naar het MBO SPW opleiding. Hij wil met jongeren werken, omdat "hij zelf weet hoe het is om het soms lastig te hebben".

Waarom redt hij het nu wel en toen niet?: "Mijn houding, ik was toen meer bezig met anderen dan met mijn toekomst en ik wist absoluut niet wat ik wilde worden". Volgens Nico zou het erg moeilijk geworden zijn als Janke en Petra hem niet geholpen zouden hebben. Het liefst zou hij direct naast school werken, maar de laatste jaren is dat moeilijk, omdat werkgevers minder van deze werkplekken hebben of beschikbaar stellen. Zijn doel is om vier jaar naar school te gaan, stage te lopen en eventueel door te stromen naar het HBO.

Angela wordt monteur
De volgende stop van de delegatie was in Rodeschool, waar Angela (18 jaar) stage loopt bij garagebedrijf Bol. Zij volgt een opleiding om monteur te worden. Zij heeft het VMBO richting zorg en welzijn afgerond, maar wilde niet doorleren, omdat zij de verzorgende beroepen toch niet leuk vond. Ze was al een poosje her en der aan het werk en werd opgeroepen door de leerplichtambtenaar van Eemsmond Martha Wouters. Ook zij had een aantal gesprekken, voordat de trajectbegeleider aan het werk ging met haar. Via Ability (reintegratiebedrijf) werd Angela voor een korte stage geplaatst bij dhr. Bol in Roodeschool. Na een half jaar wilde ze graag blijven. Dat kon als ze ook een opleiding ging volgen. De gemeente hielp haar daarbij. Ze vindt het werk leuk. Wordt er niet gek aangekeken tegen een meisje dat aan auto's sleutelt? "Ja" zegt Angela "sommigen vinden het vreemd, maar dat kan mij niet schelen. Ik vind het leuk". Ze is met nog een meisje in een groep van 25 jongens op school en dat gaat prima. Als de leerplichtambtenaar haar niet had gebeld, dan "dan had ik nog steeds her en der gewerkt in een fabriek als inpakster of bij een bakker of een winkel".
Een vrouwelijke monteur in het bedrijf

Volgens de heer Bol doet Angela het goed, maar moet hard studeren. Hij wil haar een kans geven en vindt het ook goed voor zijn bedrijf en zijn klanten dat er een vrouwelijke monteur aanwezig is. De laatste jaren is het vak sterk veranderd en daar vergissen veel leerlingen zich in. Het is niet alleen sleutelen, want bij de huidige auto's is veel kennis van electronica nodig, en dan valt voor velen niet mee. Op dit moment valt het niet mee in de autobranche werk te vinden. Angela wil daarom ook carrosserie erbij gaan doen, zodat ze meer kans heeft op de arbeidsmarkt.

EUR 150.000,-
Mocht het Waddenmodel de prijs in de wacht slepen, dan bepalen de gemeenten wat er met het geld gebeurt. Mogelijk wordt het geld gebruikt als extra ondersteuning om werkgevers te vinden die werkplekken ter beschikking stellen en/of om gerichte aandacht te kunnen besteden aan jongeren met een handicap.