Inspectie Werk en Inkomen

Samenwerking bij bijstandsintake en -beoordeling kan beter

De samenwerking tussen de Centra voor Werk en Inkomen (CWI) en de gemeenten bij intake en beoordeling voor de bijstand vertoont gebreken. Wie een bijstandsuitkering aanvraagt, moet vaak niet alleen bij het CWI, maar ook bij de gemeente gegevens aanleveren en een intakegesprek voeren. De één-loketgedachte kan in de praktijk niet volledig worden waargemaakt. Dit is de instanties ten dele aan te rekenen. De huidige regelgeving biedt voldoende mogelijkheden om de taakverdeling optimaal in te richten. Dat oordeelt de Inspectie Werk en Inkomen (IWI) in haar onderzoeksrapport 'Intake en beoordeling bij de bijstand' dat vandaag naar de Eerste en Tweede Kamer is gezonden. Ook is vandaag het rapport 'Afgesproken?' naar de kamers gezonden. Dat rapport gaat over de interpretatie van afspraken tussen CWI's en gemeenten.

Uit het onderzoek 'Intake en beoordeling bij de bijstand' blijkt dat de informatie die het CWI aanlevert, niet aansluit op wat de gemeente nodig heeft voor de beoordeling. Daarom verzamelt de gemeente in bijna alle gevallen aanvullende informatie. Ook trekt de gemeente bepaalde gegevens nog eens na, bijvoorbeeld door huisbezoeken af te leggen of door de aanvrager opnieuw uit te nodigen voor een intakegesprek. Het onderzoek wijst uit dat dit soms onnodig gebeurt. Hierdoor komen klantgerichtheid en een efficiënte uitvoering in het gedrang. Verder is gebleken dat er weinig contact is tussen CWI en de gemeente bij hun werkzaamheden voor uitkeringsverstrekking.

De huidige uitvoeringspraktijk heeft te maken met verschillen in aanpak tussen CWI en gemeente. CWI moet per aanvrager een uitgebreid formulier invullen en voorzien van bijlagen. Dit is zeer tijdrovend. Hierdoor is bij de intake geen tijd om door te vragen en zo voldoende informatie te verzamelen. CWI kan de aanvrager niet dwingen ontbrekende gegevens te leveren; de gemeente kan dat wel en maakt van deze mogelijkheid ook gebruik. Ook heeft de gemeente meer kennis over welke informatie in welke situatie nodig is. Dat is de reden dat de gemeente er vaak voor kiest de aanvrager zelf te spreken.

IWI heeft onderzoek gedaan naar vijf samenwerkingsverbanden tussen een CWI-vestiging en een gemeente. Aanleiding voor het onderzoek waren signalen dat de samenwerking soms moeizaam verloopt. In een gezamenlijke reactie laten VNG en CWI weten dat de praktijk van de uitkeringsintake WWB in het rapport treffend wordt beschreven. Zij geven aan gezamenlijk te werken aan verbeteringen in het werkproces.

Uit het eveneens vandaag verschenen IWI-rapport 'Afgesproken?' blijkt dat gemeenten en CWI-vestigingen de samenwerkingsafspraken die zij met elkaar hebben en de naleving daarvan regelmatig verschillend interpreteren. De afspraken zijn weliswaar vastgelegd in serviceniveauovereenkomsten, maar dit geeft onvoldoende basis om de afspraken ook goed te laten werken. Dat kan alleen als de partijen hun organisatie inrichten op deze afspraken, de resultaten volgen, elkaar daarop aanspreken en zonodig de afspraken bijstellen.

persbericht IWI, 13 mei 2005