Speech van minister-president dr. Jan Peter Balkenende, herdenking einde
Tweede Wereldoorlog, Amerikaanse Militaire Begraafplaats in Margraten, 8
mei 2005
Majesteit, mijnheer de president, excellenties, dames en heren,
Vandaag precies 60 jaar geleden, stierven Jack B. Blackett en Max E. Good.
Ze kwamen uit California en Georgia. Ze streden voor vrijheid en vrede in
Europa. Ze hebben hier hun laatste rustplaats gevonden, in Margraten.
Hun twee kruisen staan hier temidden van die van vele andere moedige
Amerikaanse soldaten. Zij hebben het grootst denkbare offer gebracht. Zij
gaven hun leven.
Samen met Britse, Canadese en Poolse soldaten bevrijdden ze een continent
dat vijf lange jaren onder een zwaar juk van bezetting en onderdrukking had
geleefd en geleden. Wij zijn hen meer dankbaarheid verschuldigd dan in
woorden is uit te drukken. Zij gaven ons het meest waardevolle
geschenk.Vrijheid. Ze verdienen groot respect.
De Verenigde Staten hebben ook na het einde van de Tweede Wereldoorlog
Europa niet in de steek gelaten. Het Economic Recovery Program van George
Marshall was een onmisbare steun in de rug bij de wederopbouw van ons
continent.
Mijnheer de president,
Vrijheid is een universele waarde. Wij delen het geloof in vrijheid en
democratie.
Dag in, dag uit dienen we onze vrijheid te koesteren, te beschermen en te
bevorderen. Dag in, dag uit dienen we te beseffen dat vrijheid geen
vanzelfsprekendheid is. Dag in, dag uit dienen we vrijheid in samenhang te
zien met andere waarden. Zoals respect voor de medemens en solidariteit.
Alleen dan krijgt vrijheid betekenis.
Vrijheid heeft verschillende gezichten. Vrijheid is het recht om
verschillend te zijn.
In Europa hebben we gevoeld hoe het is om onderdrukt te worden. Hebben we
haat gezien. Massale vervolging en vernietiging hebben diepe wonden
geslagen. Auschwitz. Dachau. Bergen-Belsen. We kennen de beelden. Ze doen
ons iedere keer opnieuw pijn.
De bevrijders van West-Europa waren èchte bevrijders. Ze zijn geen nieuwe
bezetters geworden. Wij hebben in vrijheid eigen keuzes kunnen maken.
In Europa hebben we de vrijheid gekoesterd. De grondleggers van de Europese
Unie beseften kort na de oorlog dat samenwerking de beste waarborg voor
duurzame vrede is.
En zij hebben gelijk gekregen. De Europese samenwerking heeft ons 60 jaar
van vrede, voorspoed en veiligheid gebracht. We staan in de Europese Unie
op het punt de volgende belangrijke stap te zetten. Het ratificeren van de
Europese Grondwet. Wij doen dat, zoals deze Grondwet het zegt, 'in de
overtuiging dat Europa, na bittere ervaringen herenigd, op de ingeslagen
weg van beschaving, vooruitgang en welvaart wil voortgaan'.
Mijnheer de president,
Bobby Rasmus, een 19-jarige Amerikaanse soldaat die ruim zestig jaar
geleden hier in deze omgeving heeft gevochten, vertelde na de oorlog over
zijn ervaringen. Hij zei:
'The reason you storm the beaches is not patriotism or bravery. It's that
sense of not wanting to fail your buddies.'
'Not wanting to fail your buddies.' Dat sterke gevoel van saamhorigheid
legde de basis voor onze bevrijding.
In oorlogstijd - in tijden van gevaar - zet solidariteit mensen aan tot
grote persoonlijke offers.
Hoe is dat in vredestijd? Hoe is dat met ons?
We zijn vrij. We zijn welvarend. Onze rechten zijn beschermd.
Dat is des te meer reden om ons te bekommeren om anderen in de wereld. Om
te blijven strijden tegen onrecht, honger en onderdrukking.
Het was President Franklin D. Roosevelt die zei dat vrijheid niet compleet
is zonder de 'freedom from want' en de 'freedom from fear'.
Hij zei ook: "The world order which we seek is the cooperation of free
countries, working together in a friendly, civilized society."
Zijn woorden uit 1941 mogen - nee moeten - ook hier klinken, op Margraten,
op 8 mei 2005.
We mogen niemand uitsluiten. We mogen nooit zelfgenoegzaam zijn. We moeten
blijven samenwerken met onze partners in west en oost.
Morgen herdenken we in Moskou het einde van de Tweede Wereldoorlog. Voor de
landen in Midden- en Oost-Europa was de naoorlogse periode een bijzonder
grimmige tijd. Zonder voorbij te gaan aan deze koude jaren, is het goed
samen stil te staan bij het einde van de Nazi-terreur.
We moeten samen waakzaam blijven. Want we worden opnieuw geconfronteerd met
vijanden van vrede die onze rechtsorde willen ontwrichten. De boodschap van
deze terroristen is er een van angst en geweld. Onze boodschap is die van
dialoog en vrede. Terrorisme zal niet zegevieren. Ook die strijd voeren we
samen.
De strijd voor de vrede raakt ons allemaal. Verbindt ons allemaal. Over
oceanen en grenzen heen. Over culturen en historische ervaringen heen.
Een zin uit het Nederlandse volkslied luidt: 'De tirannie verdrijven die
mij mijn hart doorwondt'.
Tirannie doorwondt het hart. Het hart van mensen, van gemeenschappen, van
naties en van de wereld. Laten we een wereld creëren zonder tirannie,
discriminatie en anti-semitisme.
Zovele kruisen, zovele namen, zovele verhalen. We moeten deze verhalen
levend houden en doorgeven aan onze kinderen.
Deze plek wordt veel bezocht door jonge mensen. Dat is hoopvol. Nieuwe
generaties moeten de verhalen kennen. De verhalen van de soldaten van
Margraten. De verhalen van allen die de verschrikkingen van de Tweede
Wereldoorlog aan den lijve hebben ondervonden.
Een van de meest aangrijpende verhalen is dat van Anne Frank. Zij schreef
drie weken voordat zij werd gedeporteerd in haar dagboek:
'Ik voel het leed van miljoenen mensen mee en toch, als ik naar de hemel
kijk, denk ik, dat alles zich weer ten goede zal wenden, dat ook deze
hardheid zal ophouden, dat er weer rust en vrede in de wereldorde zal
komen.'
Laten we het geschenk van vrede koesteren en doorgeven.
Ministerie van Algemene Zaken