Nieuws
3 mei 2005 - Exorbitante honorering
commissie-voorzitter PaVEM aanleiding voor vragen
Dagblad De Telegraaf publiceerde vandaag een artikel over de honorering
van de voorzitter van de commissie PaVEM, Paul Rosenmöller. PaVEM is een
speciale commissie, die is ingesteld om de integratie in Nederland te
onderzoeken. De voorzitter ontvangt, volgens de krant, op jaarbasis
ruim ¤ 70.000, - voor één dag werkzaamheden per week.
De VVD vindt het op zijn zachtst gezegd vreemd, dat de voorzitter van een
commissie, ingesteld door het Ministerie van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid (SZW), zulke exorbitante bedragen betaald krijgt, terwijl
de minister onlangs nog dergelijke vergoedingen afkeurde.
Hieronder vindt u de schriftelijke Kamervragen, die VVD-Kamerlid Frans
Weekers vandaag heeft gesteld aan de Minister van SZW en de Minister
President.
Schriftelijke vragen van het lid Weekers (VVD) aan de Minister van
Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Minister President
1. Is het waar dat de voorzitter van de commissie PaVEM een vaste
dagvergoeding krijgt van ¤ 1360,- exclusief BTW en exclusief
onkostenvergoeding, hetgeen neerkomt op een bedrag van ruim ¤ 70.000 per
jaar voor één dag per week?
2. Hoe kijkt u aan tegen een dergelijke beloning in het licht van de
uitspraak van de Minister-President in het debat over normen en waarden
waarin hij zijn eigen salaris als uitgangspunt heeft genomen, maar dan
wel met de 30% opslag die het volgende kabinet moet geven, hetgeen
neerkomt op ¤ 155.000 voor een full-time-functie met aanzienlijke
verantwoordelijkheden?
3. Deelt u de mening dat de honorering van de voorzitter van de commissie
PaVEM in dit licht exorbitant hoog is en niet past in de
beloningsstructuur van het publieke domein nu deze beloning - omgerekend
naar een full-time-equivalent - neerkomt op meer dan het dubbele van wat
de minister volgens het kabinet in de toekomst behoort te verdienen?
4. Hoe weegt u de verantwoordelijkheden van de voorzitter van de
commissie PaVEM, afgezet tegen die van de minister-president, of
bijvoorbeeld de voorzitters van de Raden van Bestuur van grote ZBO's
zoals het UWV of het CWI?
5. Klopt het dat de vergoeding van de voorzitter en de leden van de
commissie PaVEM is gebaseerd op vaste richtlijnen die gelden voor alle
commissies die u instelt?
6. Bent u bereid deze richtlijnen openbaar te maken?
7. Gelden deze richtlijnen rijksbreed of alleen voor uw departement?
8. Kunt u in een overzicht aangeven welke commissies thans volgens deze
richtlijnen worden gehonoreerd en bij welke commissies mogelijk wordt
afgeweken van deze richtlijnen?
9. Deelt u de opvatting dat de beloningsstructuur van het Rijk, en meer
in het bijzonder de in te stellen adviescommissies - kritisch tegen het
licht moet worden gehouden opdat er meer evenwicht komt als het gaat om
beloning en bijpassende verantwoordelijkheden en risico's in het gehele
publieke domein?
3 mei 2005
VVD