parlementaire stukken - Antwoorden op Kamervragen over het wissen van
AIVD-banden
Antwoorden op Kamervragen over het wissen van AIVD-banden
4 mei 2005
Antwoorden op Kamervragen van het lid Externe link Van Heemst (PvdA)
aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het
wissen van AIVD-banden (Ingezonden 15 april 2005)
---
1. Vraag
Kent u het bericht over het wissen van AIVD-banden met gesprekken van
leden van de Hofstadgroep twee dagen voor de moord op Theo van Gogh?
1)
1. Antwoord
Ja.
2. Vraag
Waarom zijn die banden gewist?
3. Vraag
Bestaan voor het wissen van banden richtlijnen? Zo neen, waarom niet?
Zo ja, is in strijd met die richtlijnen gehandeld?
4. Vraag
Is er reden om wel richtlijnen te maken dan wel om de richtlijnen aan
te passen?
5. Vraag
Is bekend of nog te reconstrueren is wat de inhoud van de gesprekken
was?
2, 3, 4, 5 Antwoord
In het NOS-journaal van 13 april jl. werd de suggestie gewekt dat de
AIVD banden met uitwerkingen van met een microfoon opgenomen
gesprekken tussen leden van de Hofstadgroep zou hebben gewist. Dit is
echter niet het geval. Anders dan bij de opbrengst van telefoontaps
hebben door de AIVD geplaatste microfoons ook opbrengst op de momenten
dat geen gesprekken plaatsvinden. De microfoon neemt ook geluiden op
die geen relevantie hebben voor het onderzoek. De audiobewerker binnen
een team van de AIVD selecteert de geluidsfragmenten die wel relevant
zijn voor het onderzoek en maakt hiervan een schriftelijk verslag.
Deze selectie vindt plaats aan de hand van de teamopdracht en de
daaraan gekoppelde onderzoeksvragen. Zie hiervoor ook mijn antwoorden
op kamervragen van lid Vos (TK 2004-2005, Aanhangsel van de
Handelingen, 930). Binnen de AIVD is staand beleid dat van microfoons
alleen de geluidsfragmenten die door de audiobewerker als relevant
zijn aangemerkt en waarvan dus een schriftelijk verslag is gemaakt,
worden bewaard. De beluisterde niet relevante geluidsfragmenten
waarvan geen verslag is gemaakt, worden na een bepaalde periode
overschreven. Deze periode varieert van één week tot een aantal weken,
gerekend vanaf het moment van opname. Er is geen sprake van dat
eenmaal beluisterde geluidsfragmenten die relevante gesprekken
bevatten, zijn gewist.
1) NOS-journaal, 13 april jl.
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties