Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag

ons kenmerk: DP. 2005/463
datum: 02-05-2005
onderwerp: Antwoorden Kamervragen mevrouw Schreijer-Pierik

Bijlagen:

Geachte Voorzitter,

Hierbij doe ik u de antwoorden op de vragen toekomen van het lid Schreijer-Pierik (CDA) over zomerfeesten op agrarische grond. (Ingezonden 15 april 2005)


1
Hebt u kennisgenomen van de uitspraak van de Raad van State over het kunnen verbieden van zomerfeesten op agrarische grond, wat veel onrust in Twente veroorzaakt?

Ja.


2
Welke gevolgen zal deze uitspraak naar uw oordeel hebben voor de instandhouding van de traditie van zomerfeesten, als belangrijk sociaal en cultureel evenement op het platteland in de afgelopen tachtig jaar?

Ik vind inderdaad dat zomerfeesten belangrijke sociale en culturele evenementen zijn op het platteland, en daarmee ook goed zijn voor de leefbaarheid. Ik kan echter geen algemene uitspraak doen over de gevolgen van de uitspraak van de Raad van State. De Raad van State heeft geoordeeld dat het houden van zomerfeesten op grond met een agrarische bestemming in bepaalde situaties een gebruik van de grond is in strijd met het bestemmingsplan. Bij het schuttersfeest in Diepenheim was dit het geval. Of zomerfeesten in andere gemeenten eveneens niet zijn toegestaan hangt af van de concrete omstandigheden. Het is aan de betrokken gemeenten om passende voorzieningen te treffen ingeval zij vrezen voor nadelige gevolgen voor hun zomerfeesten.


3
Hoe schat u de gevolgen van deze uitspraak in voor de andere zomerfeesten elders in het land, die deels al dit weekend zullen beginnen?

Ik kan niet beoordelen welke gevolgen de uitspraak heeft voor de andere zomerfeesten. Deze hangen immers af van de concrete omstandigheden waaronder de verschillende feesten worden gehouden en van het feit of bezwaar is gemaakt. Deze gegevens zijn mij niet bekend.

De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,

dr. C.P. Veerman

Artikel in Tubantia, 14 april jl.