Gemeente Maassluis

Startnotitie MER Dijkpolder in inspraak

Vanaf 2 mei ligt de startnotitie voor de m.e.r.-procedure (milieu effect rapportage) van de Dijkpolder ter inzage in het kader van de inspraakverordening. Tijdens de inspraaktermijn van vier weken kan iedereen zijn of haar mening over de startnotitie geven.

De gemeente Maassluis en C. van der Lely NV zijn bezig met de voorbereidingen voor een stedenbouwkundig plan ten behoeve van de ontwikkeling van de nieuwbouwwijk Dijkpolder. In de Dijkpolder, ten zuiden van de A20, zouden ongeveer 2500 woningen en 6 ha. bedrijventerrein ontwikkeld kunnen worden. De m.e.r.-procedure die nu wordt opgestart houdt in dat er diverse onderzoeken gedaan worden naar de milieugevolgen van het bouwen van woningen en bedrijven in de Dijkpolder. De resultaten worden in een Milieu Effect Rapport (MER) weergegeven. In de startnotitie wordt ingegaan op de onderzoeken die minimaal gedaan moeten worden om inzicht te krijgen in de milieueffecten van diverse alternatieven.

Inspraak
De startnotitie MER Dijkpolder ligt van maandag 2 mei tot en met 30 mei 2005 voor belangstellenden ter inzage in het informatiecentrum in de hal van het stadhuis aan de Koningshoek. Normaal gesproken is het informatiecentrum van maandag t/m donderdag van 8.00 tot 17.00 uur en van 19.00 tot 21.00 uur, op vrijdag van 8.00 tot 16.00 uur geopend voor het inzien van stukken. In verband met de meivakantie van de scholen is het stadhuis echter van 2 tot en met 13 mei 's avonds gesloten voor het publiek. Daarom zal de startnotitie ook in de openbare bibliotheek aan de Uiverlaan in te zien zijn gedurende de openingstijden van de bibliotheek.

Tijdens de vier weken durende inspraaktermijn kan men zowel schriftelijk als mondeling een mening geven over de startnotitie. Dat kunnen opmerkingen zijn over de opzet van de startnotitie, of bijvoorbeeld ideeën over milieuonderwerpen die onderzocht zouden moeten worden. De startnotitie is immers bedoeld om onderzoeksideeën te formuleren. Schriftelijk reageren kan door een brief te sturen naar de gemeente Maassluis, afd. OBM, Postbus 55, 3140 AB Maassluis, of door gebruik te maken van de reactieformulieren die in het informatiecentrum in de hal van het stadhuis verkrijgbaar zijn. Voor het geven van een mondelinge reactie kunt u tijdens kantooruren contact opnemen met mevrouw M. de Gast van de gemeente Maassluis, telefoon 010-5931790. De startnotitie is overigens ook te raadplegen via internet: www.maassluis.nl, en een reactie kan ook gegeven worden per e-mail: gemeente@maassluis.nl.

Bijeenkomsten in stadhuis op 24 mei
Om antwoord te geven op alle vragen over bijvoorbeeld de startnotitie, de m.e.r.-procedure en over de plannen voor de woningontwikkeling in de Dijkpolder ten zuiden van de A20 en om belangstellenden de kans te geven hun mening direct aan de gemeente kenbaar te maken, wordt een tweetal bijeenkomsten georganiseerd. Deze bijeenkomsten wordt gehouden op dinsdag 24 mei 2005 in de Burgerzaal/ Raadzaal van het stadhuis aan de Koningshoek.

Informele inloopbijeenkomst
Van 16.00 tot 19.00 uur is er een informele inloopbijeenkomst in de Burgerzaal. Alle belangstellenden zijn dan welkom om vragen te stellen of zich te laten informeren over de plannen in de Dijkpolder en de startnotitie voor de m.e.r.-procedure. Deze bijeenkomst heeft echter geen formele status in het kader van de inspraakprocedure en is puur bedoeld ter informatie. Wel kan men er een reactieformulier invullen.

Formele inspraakbijeenkomst
Vanaf 20.00 uur is er een formele inspraakbijeenkomst in het kader van de inspraakprocedure in de Raadzaal. Er wordt een toelichting gegeven op de startnotitie en de plaats van deze notitie in de hele procedure. Wat tijdens deze bijeenkomst wordt gezegd of opgemerkt, wordt meegenomen in het inspraakverslag en wordt dus ook afgewogen bij het opstellen van de definitieve onderzoeksvragen.

De gemeente stelt op basis van alle ingediende reacties, waaronder de inspraakreacties en het advies van de commissie m.e.r., de gewenste richtlijnen voor de inhoud van het Milieu Effect Rapport. In de richtlijnen wordt aangegeven welke alternatieven en welke milieugevolgen onderzocht moeten worden. Als het MER is opgesteld en voldoet aan de eisen, wordt het opnieuw in de inspraak gebracht voordat er een definitief besluit over wordt genomen.