DE NEDERLANDSE WOONBOND

Minister Dekker moet huursubsidieontvangers ontzien

Tweede Kamer formuleert harde eis
Minister Dekker moet huursubsidieontvangers ontzien

Een ruime meerderheid van de Tweede Kamer wil dat minister Dekker (VROM) huursubsidieontvangers ontziet bij het vaststellen van de normhuur voor het tijdvak 2005-2006. De Kamer wil dat het deel dat huursubsidieontvangers zelf bijdragen aan de huur (normhuur) omlaag gaat met 0,6 procent en niet wordt verhoogd met 1,8 procent, zoals Dekker heeft voorgesteld. De Nederlandse Woonbond is bijzonder content met de aanvaarding van deze motie en gaat er voorshands vanuit dat Dekker hem uitvoert. Woonbonddirecteur Maria van Veen: 'Huursubsidieontvangers krijgen per 1 juli toch al een stevige klap te verwerken doordat de korting op de huursubsidie omhoog gaat van 12 euro naar 14,28 euro. Het is maar goed dat de Tweede Kamer richting Dekker de harde eis formuleert dat de normhuur moet worden verlaagd.'

CDA, ChristenUnie, D66, GroenLinks, Lazrak, LPF, PvdA, SGP en SP vinden het allen onverantwoord om de woonlasten van huishoudens met een minimuminkomen nog verder te verhogen. Daarnaast wijst de Kamer Dekker erop dat zij haar in 2004 ook al heeft aangegeven dat de lagere inkomens bij het aanpassen van de normhuur moeten worden ontzien. Dekker verweerde zich door erop te wijzen dat de wens van de Kamer 55 miljoen euro kost en dat zij dat geld niet heeft. Tweede-Kamerlid Van Bochove (CDA) stelde daarop dat de huursubsidie per definitie een 'openeinderegeling' is. 'Soms zit het mee, soms zit het tegen', zei hij. Daarnaast wees hij erop dat de huursubsidie-uitgaven van het rijk als gevolg van de lage inflatie een behoorlijke meevaller heeft opgeleverd. 'Een bedrag dat boven de honderdmiljoen euro uitkomt.' Als minister Dekker dat geld niet kon of wilde gebruiken, was het volgens Van Bochove ook nog mogelijk om het geld in te zetten, dat beschikbaar komt door het niet doorgaan van een aantal maatregelen op het terrein van de fraudebestrijding.

Een pijnpunt voor de Woonbond is wel dat een motie van Tweede-Kamerlid Depla (PvdA) het niet haalde die beoogt de huurverhoging per 1 juli te beperken voor huurders met een woning waarvan de huurprijs meer dan 75 procent bedraagt van de maximumhuur. Die huurverhoging zou niet meer dan het inflatiepercentage mogen zijn (1,2 procent). Voor woningen die relatief goedkoop zijn ten opzichte van de kwaliteit zou de huurverhoging maximaal 2,7 procent mogen bedragen. De Woonbond heeft de afgelopen weken zijn uiterste best gedaan de Tweede Kamer achter deze motie te krijgen, maar dat mocht helaas niet baten. Het gevolg daarvan is dat huurders in de particuliere huursector (twintig procent van alle huurders) weer maximale huurverhogingen opgelegd krijgen. Particuliere verhuurders worden namelijk niet zoals woningcorporaties beperkt door een wettelijke begrenzing van de gemiddelde huurverhoging.

U05.336
Amsterdam, 28 april 2005