Ministerie van Economische Zaken
Berichtnaam: Beantwoording vragen van de leden Van Dam(PVDA), Aptroot (VVD) en Vendrik (Groenlinks) over de distributie van televisie door KPN via Digitenne en haar vaste netwerk
Datum: 25-4-2005
Ministerie van Economische Zaken
Persbericht
25 april 2005
De minister van Economische Zaken, mr. L.J. Brinkhorst heeft deze vragen als
volgt beantwoord.
1. Bent u er van op de hoogte dat KPN heeft aangekondigd dat zij vanaf eind
2005 een groot deel van haar vaste netwerk van ADSL2+ zal voorzien, waarmee dit
bedrijf ook televisie kan gaan distribueren?
Ja
2. Herinnert u zich dat u onder andere in het algemeen overleg van 2 juni 2004
hebt gemeld dat een belangrijke overweging was om in te stemmen met een vergroting
van het belang van KPN in Digitenne, dat KPN geen televisieprogramma´s via haar
andere infrastructuur distribueert?
In het overleg van 2 juni 2004 heb ik aangegeven dat mijn beleid voor een belangrijk
deel is gebaseerd op het advies van de NMa d.d. 25 februari 2004 en de brief d.d.
24 mei 2004 waarmee de NMa reageerde op de kritiek van marktpartijen. In het advies
van 25 februari speelde de verwachting dat ADSL de eerstkomende drie jaar niet
geschikt zou zijn voor omroepdiensten een belangrijke rol. Aanzienlijke investeringen
van de zijde van KPN zouden noodzakelijk zijn om ADSL hiervoor geschikt te maken
en KPN gaf aan niet van plan te zijn deze investeringen te gaan doen. Dit is in
de brief van 24 mei 2004 geëxpliciteerd. In de brief van 24 mei 2004 nuanceert
de NMa tevens het belang van ADSL voor het al dan niet verkrijgen van een economische
machtspositie door KPN. In die brief stelt de NMa `dat zelfs indien zou worden
uitgegaan van een scenario waarin KPN daadwerkelijk via ADSL RTV-pakketten zou
aanbieden, er geen reden is om aan te nemen dat in de nabije toekomst, i.e. een
periode van drie jaar, een economische machtspositie in de zin van artikel 1,
onder i, van de Mededingingswet kan ontstaan of worden versterkt als gevolg van
het verwerven van een groter belang door KPN en Digitenne.´
3. Herinnert u zich dat voor de Tweede Kamer een belangrijke voorwaarde was
om in te stemmen met een vergroting van het belang van KPN in Digitenne, dat KPN
geen televisieprogramma´s via haar andere infrastructuur distribueert?
Ik ben mij er van bewust dat met name het lid van Dam deze koppeling in het overleg
d.d. 3 november 2004 heeft gelegd.
4. Worden er voorbereidingen getroffen om het belang van KPN in Digitenne te
verminderen indien KPN inderdaad televisie gaat distribueren via adsl2+, om zodoende
aan de voorwaarden van de Tweede Kamer te voldoen?
Nee.
In mijn antwoord op vraag 2 heb ik reeds aangegeven dat onafhankelijk van het
al dan niet geschikt zijn van ADSL voor doorgifte van RTV-pakketten er volgens
de NMa geen reden is om aan te nemen dat er een economische machtspositie ontstaat
in de zin van de Mededingingswet. Ik zie op dit moment dan ook geen reden tot
ingrijpen. Voor de goede orde wijs ik erop dat mijn bevoegdheid tot ingrijpen
voortvloeit uit artikel 3.7, tweede lid, onderdeel f, van de Telecommunicatiewet
. Krachtens de Telecommunicatiewet kan ik alleen ingrijpen indien er een economische
machtspositie zal ontstaan of wordt versterkt. Uit het advies van de NMa blijkt
dat dit niet het geval is, zodat ik thans niet in kan grijpen.
Ik teken daarbij aan dat ik, zoals gemeld in mijn brief van 4 mei 2004 (Kamerstuk
24 095, nr. 162), de NMa ultimo 2006 wederom advies zal vragen over de mededingingsaspecten
van de zeggenschapsverhoudingen in Digitenne. Mocht uit deze evaluatie blijken
dat KPN alsnog een economische machtspositie heeft opgebouwd op een markt van
omroepdistributie dan zal ik bezien of ik gebruik zal maken van mijn in de Telecommunicatiewet
neergelegde bevoegdheid om de aan Digitenne verstrekte vergunning in te trekken
dan wel te wijzigen.
Meer informatie
Voor meer informatie over dit onderwerp kunt u terecht bij Postbus 51, telefoon
0800 - 6463951, e-mail: ezinfo@postbus51.nl.
Voor journalisten: mevr. J. Thompson-Sepmeijer, persvoorlichter, telefoon (070)
379 6174, e-mail: C.J.Thompson-Sepmeijer@minez.nl