CBS

Consumptie in februari lager

In de eerste twee maanden van 2005 hielden huishoudens de hand op de knip. Het volume van de binnenlandse consumptie door huishoudens was in februari 1,0 procent kleiner dan in februari 2004. Aan duurzame goederen is veel minder besteed dan een jaar eerder. In januari van dit jaar kwam de binnenlandse consumptie 0,7 procent lager uit. Dit blijkt uit cijfers van het CBS. De cijfers zijn gecorrigeerd voor prijsveranderingen en verschillen in de samenstelling van de koopdagen.

Minder duurzame goederen gekocht

Huishoudens hebben in februari veel minder aan duurzame goederen besteed dan een jaar eerder. Ze kochten bijvoorbeeld veel minder nieuwe personenauto's. De consumptie van duurzame goederen is gevoelig voor de economische situatie. Op de bestedingen aan voedings- en genotmiddelen is de stand van de economie veel minder van invloed. In februari 2005 was de consumptie van voedings- en genotmiddelen, voor prijsveranderingen en verschillen in de samenstelling van de koopdagen gecorrigeerd, vrijwel gelijk aan die van een jaar eerder. Dat geldt ook voor de bestedingen aan diensten.

Kwakkelende consumptie

De volumeontwikkeling van de consumptie door huishoudens droeg de laatste paar jaar niet of nauwelijks bij aan de economische groei in ons land. Na een daling van de binnenlandse consumptie in 2003 trad in 2004 een licht herstel op. Dit herstel hing echter voor een groot deel samen met hogere bestedingen aan zorgdiensten als gevolg van wettelijke maatregelen. In de eerste twee maanden van 2005 was de consumptie door huishoudens weer lager dan een jaar eerder.

Technische toelichting

Dit persbericht beschrijft de ontwikkeling van de Consumptie door huishoudens. De binnenlandse consumptieve bestedingen zijn verdeeld in vier hoofdcategorieën: voedings- en genotmiddelen (in 2004 aandeel 14 procent), duurzame goederen (20 procent), overige goederen (14 procent) en diensten (52 procent). Het gaat bij de binnenlandse consumptie om de uitgaven op Nederlands grondgebied: dus ook de uitgaven van buitenlandse ingezetenen in Nederland. De uitgaven van Nederlandse ingezetenen in het buitenland zijn niet in dit cijfer opgenomen. Het in de tabel opgenomen begrip 'nationale consumptie' bevat in tegenstelling tot de term 'binnenlandse consumptie' wel de bestedingen van Nederlandse ingezetenen in het buitenland, maar niet de uitgaven van buitenlandse ingezetenen in Nederland.

De groeicijfers in dit persbericht zijn steeds gebaseerd op een vergelijking met de overeenkomstige periode een jaar eerder. De volumemutaties geven de voor prijsveranderingen gecorrigeerde ontwikkeling van de bestedingen weer. Voor het berekenen van de prijsontwikkeling is gebruik gemaakt van het basismateriaal van de consumentenprijsindex (CPI) van het CBS. De macro-economische maandconsumptiecijfers in dit persbericht sluiten aan bij de concepten, definities en uitkomsten van de Nationale rekeningen en de reguliere Kwartaalrekeningen van het CBS.

De gegevens zijn nog voorlopig, bijgestelde cijfers over eerdere perioden zijn in de tabellen cursief weergegeven. Verschillen in de samenstelling van de koopdagen tussen de perioden die vergeleken worden, kunnen vooral bij de maandcijfers van de consumptie voor sterke schommelingen zorgen. Zo wordt op een vrijdag of zaterdag meer uitgegeven dan op een zondag, maandag of dinsdag. In de reeks koopdaggecorrigeerde volumemutaties wordt met deze effecten rekening gehouden. De koopdagcorrecties zijn bepaald met behulp van seizoencorrectietechnieken.

Met ingang van 2005 hebben er verschuivingen plaatsgevonden tussen de consumptie door huishoudens en de consumptie door de overheid. De belangrijkste wijziging betreft de Wet kinderopvang. De aftrekpost voor de kosten van kinderopvang is verdwenen uit de inkomstenbelasting. In plaats daarvan vergoedt de overheid vanaf 2005 via de belastingdienst een deel van de kosten van kinderopvang. Dit leidt tot een registratiewijziging in het systeem van de Nationale rekeningen, waarbij de overheidsconsumptie omhoog gaat. Tot 2005 werden alle kosten voor kinderopvang toegerekend aan de consumptie door huishoudens. Als gevolg van deze verschuiving bedraagt het remmende effect op de ontwikkeling van de consumptie door huishoudens in 2005 naar verwachting ongeveer een kwart procentpunt.

PB05-049

22 april 2005

9.30 uur

Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht