21/04/2005
Maatregelen ter voorkoming niet-toegelaten Bt10 in maïsproducten
Bestemd voor: alle belanghebbenden
Onderstaande informatie en maatregelen zijn het resultaat van
besprekingen gevoerd tussen de Commissie en de lidstaten afgelopen 12
en 15 april 2005.
Stand van zaken m.b.t. invoer van niet toegelaten Bt10 (inadvertent
release)
De volgende algemene informatie is bekend:
* Sinds 2001 is Bt10 (als verontreiniging van Bt11, wel toegelaten)
naar de Gemeenschap uitgevoerd.
* Bt10 is alleen als verwerkt maïsproduct (maïsgluten en
bierborstel) ingevoerd en treft zo alleen de diervoerderindustrie.
Garanties zijn gegeven door de Amerikaanse autoriteiten en de
Europese voedselindustrie dat Bt10 niet aanwezig is of verwerkt is
in levensmiddelen.
* Bt10 is alleen vanuit de VS Europa ingevoerd. Mogelijke teelt in
Spanje of Frankrijk van Bt11, waarin Bt10 mogelijk aanwezig was,
betrof alleen veldonderzoek en is niet tot diervoeder verwerkt.
* Het betreft ca. 0,025% van de totale hoeveelheid maïsgluten en
bierborstel import (4 miljoen ton).
* Syngenta heeft gegarandeerd dat Bt10 niet opnieuw ingezaaid zal
worden dit jaar (plantseizoen 2005 begint rond maart/april), de
oogst van 2003 is reeds nagenoeg verwerkt.
Diverse lidstaten hebben vragen omtrent de veiligheid van Bt10:
Bt10 is door de FDA als veilig beoordeeld, echter de FDA voert alleen
een studie uit waarbij de geproduceerde eiwitten vergeleken worden.
EFSA wil daarom een veiligheidsstudie uitvoeren waarbij ook naar het
beoogd gebruik gekeken zal worden en waarbij onderzoek naar het DNA
ook deel uitmaakt. Bt10 bevat een gen dat codeert voor een
antibioticaresistentie. Dergelijk gen in een ggo is in Europa niet
toegestaan.
De Commissie benadrukt dat veiligheid (uitsluitend gebruik van
toegelaten ggos) en correcte etikettering de belangrijkste pijlers
zijn van het Europese gentech beleid, zoals geformuleerd in de
Verordeningen (EG) 1829/2003 en (EG) 1830/2003. De import van niet
toegelaten ggos is geen optie, ondanks het feit dat Bt10 veilig is
bevonden aldus de Amerikanen.
Analysemethode/detectiemethode:
De lidstaten zijn van mening dat het belangrijk is dat aangetoond kan
worden of Bt10 wel of niet aanwezig is in een partij maïsgluten en
bierborstel. Ten tijde van de vergaderingen van het Permanent Comité
voor de Voedselketen en Diergezondheid (PCVD) op 12 en 15 april jl.
was er nog geen gevalideerde detectiemethode beschikbaar. De
verwachting is dat deze uiterlijk eind april 2005 (week 16 of 17)
beschikbaar is (zie ook http://gmo-crl.jrc.it/ ).
Commissie beschikking:
De hieronder nader toegelichte maatregelen zijn van kracht, opdat Bt10
niet op de Europese markt komt en de invoer van maïsgluten en
bierborstel uit de VS geen onnodige verstoring ondervindt.
Alle partijen maïsgluten en bierborstel met respectievelijk GN-code:
23099020 en 23033000 uit de Verenigde Staten moeten bij invoer in
Europa vergezeld gaan van een (origineel) analytisch testverslag van
een gevalideerde testmethode, uitgevoerd door een geaccrediteerd
laboratorium, waaruit blijkt dat de partij geen Bt10 bevat.
Indien dit analyserapport ontbreekt, moet de partij onderzocht worden
op afwezigheid van Bt10 en zolang het analyserapport niet beschikbaar
is, mag de zending niet in de handel worden gebracht. De kosten voor
de analyse en gescheiden opslagen moeten door de invoerder gedragen
worden.
De Commissiebeschikking voorziet verder in maatregelen die de
lidstaten moeten nemen opdat geverifieerd wordt dat Bt10 niet aanwezig
is in producten die reeds op de Europese markt zijn.
Een evaluatie van de maatregelen zal niet later dan 31 oktober 2005
worden uitgevoerd.
Van de 23 aanwezige lidstaten hebben 22 ingestemd met het voorstel
(299 stemmen voor van de 321 stemmen in totaal). Eén lidstaat onthield
zich van stemmen daar het graag een breder toepassingsgebied had
gezien.
Als bijlage vindt u de Commissie beschikking in de Nederlandse taal.
Of zie website van de Commissie.
Ontwikkelingen sinds de besprekingen:
De eerste boot is inmiddels in de Rotterdamse haven aangekomen. De
exporteur had reeds monsters laten nemen en deze zijn door Genescan
geanalyseerd in de Verenigde Staten. De methode die gebruikt is, is de
methode die het JRC nu valideert. Er is geen Bt10 in de partij
maïsglutenvoermeel aangetroffen en in overleg met de VWA en het
ministerie van LNV is overeengekomen dat de partij niet langer apart
bewaard moet worden en verwerkt kan worden.
De VWA heeft laten weten de door haar genomen monsters nog wel te
laten onderzoeken, op het moment dat zij beschikt over een
gevalideerde methode. Dit wijkt overigens niet af van de procedure die
na inwerkingtreding van de nieuwe wetgeving zal worden gevolgd
Beschikking 2005/317/EG d.d. 18 april 2005 (PDF, 45 kB)
Productschap Diervoeder