Regie woningcorporaties: gemeenten pleiten voor stok achter de deur
De vaste commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke ordening en
Milieubeheer hield op 14 april een hoorzitting/rondetafelgesprek over
het onderzoek Besluit Beheer Sociale Huursector (BBSH). Onderwerp van
gesprek was het onlangs uitgebrachte RIGO-rapport. De commissie
besprak de reacties hierop met vertegenwoordigers vanuit de praktijk,
waaronder corporaties en gemeentebestuurders.
Rol corporaties
In deze eerste hoorzitting stond de aard van het probleem centraal,
het werkveld van de corporaties en de vraag wat er wel en niet werkt
in de sturing. Duidelijk kwam naar voren dat 'corporatie-partijen' een
faciliterende rol van de overheid prefereren, boven de meer sturende
rol die gemeenten voor zich weggelegd zien (aanwijzingsbevoegdheid).
Tevens werd de discussie gevoerd over het ruime vermogen dat
beschikbaar is om 'onrendabel' te investeren in maatschappelijke
zaken, ook hier bleven de meningen over verdeeld.
Regiefunctie gemeenten
Namens de VNG lichtte de heer Bleker, wethouder Enschede en voorzitter
van de VNG-commisie Wonen en Bouwen, het gemeentelijk standpunt helder
toe. Vanuit de woonvisie via concrete prestatieafspraken tot
overeenstemming komen, gaat niet altijd soepel, zo stelde hij. 'Geen
stok achter de deur hebben' en niet goed kunnen inschatten 'hoe ver de
financiële polsstok van de corporatie reikt' blijven moeizame punten
die om een oplossing vragen. 'Als wij regie willen voeren op het
gebied van wonen en zorg - nu de WMO er aan komt - dan moeten wij
kunnen sturen!', aldus Bleker.
In de hoorzittingen van 20 en 21 april wordt gediscussieërd over
mogelijke oplossingen.