Hilversum, 19 april 2005
CMO en NMR moeten islamzendtijd delen
De voor de islamitische stroming gereserveerde zendtijd van 195 uur radio en 65 uur televisie per jaar, gaat voor de helft naar het Contactorgaan Moslims en Overheid (CMO) en voor de andere helft naar de Nederlandse Moslimraad (NMR). Doordat beide organisaties er uiteindelijk niet in zijn geslaagd één gezamenlijke stichting op te richten, is bij hoge uitzondering afgeweken van het uitgangspunt dat slechts aan een organisatie per kerkelijke of geestelijke hoofdstroming zendtijd wordt toegewezen en heeft het Commissariaat besloten dat de zendtijd moet worden gedeeld.
Na aanvankelijke publiekelijke toezeggingen van NMR en CMO, ondermeer ten overstaan van het Commissariaat en vorige week nog bij de vaste Tweede-Kamercommissie voor cultuur, akkoord te gaan met de door het Commissariaat voorgestelde oprichting van een gezamenlijke stichting ter verzorging van de islamitische zendtijd, bleek afgelopen vrijdag dat er toch geen sprake was van voldoende wilsovereenstemming om de acte bij de notaris te ondertekenen. Doel van de stichting zou moeten zijn aan soennieten, sji'ieten, alevieten en ahmadiyya's de gelegenheid te geven zendtijd te gebruiken voor het verzorgen van op hun overtuiging gebaseerde programma's. Hierbij ging het vooral om een facilitaire samenwerking en gezamenlijke bedrijfsvoering en huisvesting, en niet om een programmatische samenwerking tussen CMO en NMR.
Voorzitter van het Commissariaat Jan van Cuilenburg: "Het valt uit het oogpunt van doelmatigheid zeer te betreuren dat het uiteindelijk toch niet is gelukt om de beoogde samenwerking te realiseren en de stromingen binnen de Islam de gelegenheid te geven hun geloofsovertuiging in gezamenlijke zendtijd om te zetten. En dat terwijl al het mogelijke, langdurig en zorgvuldig, is gedaan om tot onderlinge overeenstemming te komen".
Het toedelen van de zendtijd aan één van de twee organisaties is voor het Commissariaat geen optie omdat dan geen recht zou worden gedaan aan de pluriformiteit van de islamitische gemeenschap in Nederland. Om de programmering binnen de beschikbare zendtijd een afspiegeling te laten zijn, zowel getalsmatig als in de breedte, van de Nederlands moslimgemeenschap is voor dit besluit gekozen.
Het Commissariaat zal de Publieke Omroep verzoeken de financiële positie van de Nederlandse Moslimomroep (NMO) in de nieuwe situatie op grond van de relevante bepalingen in de Mediawet nader te beoordelen.
Noot voor de redactie,
Commissariaat voor de Media