B&W kiest tweesporenbeleid: Ontwikkelingszones voor uitbreiding
Zwolle
Het college van B&W stelt de raad voor om bij de ontwikkeling van nieuwe
woonmilieus en kleinschalige bedrijvigheid een tweesporenbeleid te volgen:
het tegelijkertijd ontwikkelen van zowel nieuwe in- als
uitbreidingslocaties. In het Structuurplan 2020, dat nu in wording is, zijn
hiervoor zones aangewezen. Ook wordt voorgesteld om in het structuurplan
een realistisch hoogbouwperspectief uit te werken. De twee B&W-voorstellen
worden op 19 april 2005 besproken in de commissie Ruimte.
1
Eén van de ingrediënten voor de vorming van het structuurplan is de
uitkomst van het Stadsdebat 2003, om de bestaande stad te willen koesteren
en het buitengebied zoveel mogelijk te sparen. Dit leidde ertoe in drie
verschillende scenario's de ruimtelijke ontwikkeling tot 2020 te verkennen
in de scenario's Zwolle IN, AAN en UIT: wat gebeurt er als maximaal wordt
ingezet op ofwel inbreiding, ofwel uitbreiding of bijbouwen in de regio.
Uit toetsing van de scenario's blijkt, dat uitsluitend inbreiding in de
bestaande stad onhaalbaar is; ook uitbreiding is wenselijk en nodig.
Slimme mix en bandbreedtes
Met een slimme mix van woonmilieus (uiteenlopende woningtypen: stedelijk,
groenstedelijk en dorps) voor 6000 woningen en van 60 hectare kleinschalig
bedrijvigheid kiest het college voor in- én uitbreiding (ook in de regio).
Hierbij zijn als taakstelling bandbreedtes vastgesteld: voor inbreiding
2500 tot 1500 woningen in een evenwichtige mix van appartementen en
stadswoningen. Uitbreiding in Zwolle kan minimaal 1500 en maximaal 3500
woningen bedragen. Het uitbreidingsaantal hangt af van de mate waarin met
succes kan worden ingebreid.
Bij uitbreiding gaat het om groenstedelijke woonmilieus, maar ook om
milieus met een dorps karakter. De bandbreedte voor uitbreiding in de
regio, met name in Kampen bedraagt 2000 tot 1000 woningen.
Ook is er een taakstelling voor 60 ha kleinschalige bedrijvigheid als
opvolger van de Marslanden. Hiervan bedraagt de inbreiding 10 tot 20 ha,
in eerste instantie door herstructurering van delen van Voorst A,
Marslanden en de Vrolijkheid. Daarnaast is 30 tot 45 ha uitbreiding
noodzakelijk.
Ontwikkelingszones
B&W heeft ontwikkelingszones voor in- en uitbreiding aangegeven (zie
kaart). De zones zijn bestemd voor zowel woningbouw als kleinschalige
bedrijvigheid.
Als inbreidingszones in de stad kunnen genoemd worden: ring om de
Binnenstad (met o.a. Isala Wezenlanden, Turfmarkt en omgeving
belastingkantoor), Spoorzone (met o.a. BAM-terrein), A28 zone, Voorst A,
Holtenbroek West, Westenholte Noord en Schellerdriehoek.
De vier grote ontwikkelingszones voor uitbreiding zijn:
Hessenpoort-Vechtdal, aansluitend hierop Veldhoek-Herfte-Wythmen,
Stadsbroek en 's Heerenbroek-Zalkerdijk. De uitbreidingsruimte voor de
bedrijvigheid bevindt zich in en aan de zuidzijde van Hessenpoort 2. Deze
ruimte ontstaat deels door 20 ha terrein te reserveren, zoals reeds
voorzien in het voorontwerp-bestemmingsplan, en door 25 ha nieuw terrein
hieraan toe te voegen.
Hoogbouw
Uit het Hogerhuisdebat in november '04 kwam naar voren, dat hoogbouw
wenselijk is, mits gesitueerd op geschikte plekken in aansprekende
architectuur en met een goede inrichting op maaiveldniveau. Dit vormde de
'input' voor twee hoogbouwscenario's: geconcentreerde ordening van 30 tot
90 meter; en verspreide ordening van 30 tot 60 meter hoog.
Het spreidingsscenario blijkt het meest realistisch en kansrijk, want dit
sluit het beste aan op de gewenste schaal en maat van de stad Zwolle. Het
college stelt de raad dan ook voor om dit scenario nader uit te werken tot
een hoogbouwperspectief. In dit perspectief mag tot maximaal 30 meter hoog
worden gebouwd binnen het gebied rond de Peperbus; daarbuiten mag in
wisselende hoogten tot 60 meter, bij voorkeur tot maximaal 55 meter worden
gebouwd. Wel zijn één of meerdere 90 meter hoge torens voorstelbaar ter
plaatse van de Voorsterpoort, zodra er sprake is van de komst van een
nieuwe voorstadhalte aan de Kamperlijn.
---
Gemeente Zwolle