Persberichten - Invoering biometrische kenmerken in Nederlandse
reisdocumenten in twee fasen
Invoering biometrische kenmerken in Nederlandse reisdocumenten in twee fasen
19 april 2005
Vingerscan (foto ANP) De gelaatsscan zal als eerste biometrische
kenmerk in de Nederlandse reisdocumenten (paspoort en Nederlandse
identiteitskaart) worden ingevoerd, daarna volgt de vingerscan. Dat
schrijft minister Pechtold (BVK) in een brief aan de Tweede Kamer.
---
De gelaatsscan wordt als eerste kenmerk ingevoerd om te voldoen aan de
verordening van de Europese Unie die de invoering van de gelaatscan en
de vingerafdrukken verplicht stelt. De gelaatsscan moet uiterlijk op
28 augustus 2006 door de lidstaten van de Europese Unie in het
reisdocument zijn opgenomen. De Nederlandse reisdocumenten krijgen een
chip waarin het gelaat van de houder van het reisdocument is
opgeslagen. De foto die de burger bij het aanvragen van een
reisdocument moet indienen wordt gescand en daarvan wordt een digitaal
plaatje opgeslagen in de chip in het reisdocument.
De vingerafdrukken worden op een later moment ingevoerd. Met de
voorbereiding daarvan wordt begonnen zodra de Europese Commissie
daarvoor de technische specificaties volledig heeft vastgesteld. Vanaf
dat moment hebben de EU-lidstaten maximaal 36 maanden om de
vingerafdrukken in te voeren.
De Nederlandse reisdocumenten houden ook na de invoering van
biometrische kenmerken een geldigheidsduur van 5 jaar.
Minister Pechtold gaat daarnaast on line verificatie van de
reisdocumenten mogelijk maken. Voor on line verificatie is het
noodzakelijk dat de administraties van de identiteitsdocumenten met
biometrische kenmerken centraal zijn georganiseerd. Voor de
vreemdelingendocumenten is dat al het geval, voor de reisdocumenten
echter nog niet. Deze administratie bevindt zich nu bij de instanties
die reisdocumenten uitgeven (zoals gemeenten, ambassades en
beroepsconsulaten, de Kabinetten van de Gouverneurs in de Nederlandse
Antillen en Aruba, de gezaghebbers van de eilandgebieden in de
Nederlandse Antillen en de daartoe aangewezen brigades van de
Koninklijke Marechaussee).
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties