Ingezonden persbericht


Leidschendam, 15 april 2005

STATEMENT CBL OVER WEIDEGANG VOOR MELKVEE

Supermarkten staan positief tegenover weidegang voor melkkoeien. Vanuit het oogpunt van voedselproductie is weidegang een middel om het welzijn van koeien te bevorderen danwel te handhaven. In Nederlandse supermarkten is 85 tot 90% van de melk en melkproducten afkomstig van koeien die weidegang hebben gehad. In geval van biologische melk en melkproducten hebben 100% van de koeien weidegang gehad. Consumenten verwachten dat koeien in de zomer weidegang hebben en het overgrote deel van de melkveehouderijbedrijven voldoen aan deze maatschappelijke verwachting. Met de koe als ambassadrice heeft de melkveehouderijsector een sterke troef in handen om haar licence to produce te behouden. Het is dus aan de melkveehouderijsector zelf om invulling te geven aan deze maatschappelijke wens.

Er zijn vele argumenten in de discussie over weidegang. Bedrijfsvoering, milieuproblematiek, ruimtelijke ordening, natuur- en landschap, diergezondheid, dierenwelzijn zijn hier voorbeelden van. Overigens exporteert de melkveehouderij en zuivelsector het merendeel van de producten. Het CBL is geen voorstander van verplichte weidegang voor melkvee. Verplicht stellen van weidegang raakt te direct in alle aspecten van de bedrijfsvoering op het melkveehouderijbedrijf met mogelijk hoge kosten of investeringen als gevolg. De supermarkt wil niet op de stoel van de agrarisch ondernemer gaan zitten. Ieder heeft zijn eigen verantwoordelijkheid in de keten, van boer tot consument. Als de consument melk of melkproducten wil van koeien die gegarandeerd weidegang hebben gehad, is er volop keuze aan biologische zuivelproducten in vrijwel alle supermarkten. Als leveranciers van zuivelproducten naast biologisch de garantie willen bieden dat deze producten afkomstig zijn van koeien die een bepaalde hoeveelheid uren weidegang per jaar hebben gehad, kunnen zij dit overeenkomen met hun afnemers om er vervolgens via de commerciële- en marketingkanalen vervolg aan te geven richting de consument. Het zou onjuist zijn om weidegang als drukmiddel, onderhandelingsinstrument of zelfs dreigement in te zetten. Door pro-actief beleid te voeren wordt de melkveehouderijsector geen speelbal van externe krachten zoals politiek of belangenbehartiging. De melkveehouderijsector kan en moet zijn licence to produce zelf veiligstellen.