Ministerie van Economische Zaken

Berichtnaam: Antwoord op kamervragen van lid Duyvendak over dienstauto's
Datum: 11-4-2005


Ministerie van Economische Zaken

Persbericht

11 april 2005

De Staatssecretaris van Economische Zaken, ir. C. E.G. van Gennip heeft deze
vragen als volgt beantwoord.

Het kamerlid Duyvendak (GroenLinks) heeft d.d. 10 maart aan de Minister van Verkeer
en Waterstaat en de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening
en Milieubeheer vragen gesteld over de centrale inkoop van het wagenpark van de
rijksoverheid. Hierbij zend ik u mede namens de Minister van V&W en de Staatssecretaris
van VROM de antwoorden op deze vragen.

1. Klopt het dat de Minister van Verkeer en Waterstaat in het kader van het
Project Inkoop Taakstelling verantwoordelijk is voor de centrale inkoop van het
rijkswagenpark?

Nee, de Staatssecretaris van Economische Zaken is verantwoordelijk voor het beleid
en de hoofdlijnen van de uitvoering van het Programma Inkoop Taakstelling, waaronder
de gezamenlijke aanschaf van dienstauto´s valt.

2. Welk programma van eisen hanteert de rijksoverheid bij het aanbesteden van
het wagenpark? Welke milieueisen zitten hierbij?

In het aanbestedingsdocument voor de aanschaf van voertuigen staan de volgende
milieueisen vermeld:

1) alle aangeboden voertuigen moeten voldoen aan de Euro 4 norm;
2) alle dieselvoertuigen moeten zijn voorzien van een roetfilter;
3) de aangeboden kleine en middengrote personenauto´s moeten een A,B
of C energielabel hebben en de grote personenauto´s, de auto´s voor de bewindslieden,
(p)SG´s, (p)DG (alle auto´s met chauffeur) mogen een D energielabel hebben. Een
E-label is niet toegestaan;

4) alle aangeboden voertuigen moeten zijn voorzien van een signalering
voor wat betreft het brandstofverbruik.

Daarnaast is er een apart segment gecreëerd waarin innovatieve voertuigen kunnen
worden aangeboden en geselecteerd.

Ook de te selecteren externe wagenparkbeheerders met wie een raamcontract zal
worden gesloten, worden beoordeeld op de wijze waarop zij een bijdrage leveren
aan het minder belasten van het milieu door het wagenpark van het Rijk.
3. Deelt u de mening dat de (rijks)overheid in haar aanbestedingsbeleid een
positieve invloed kan hebben op de versnelde marktintroductie van schone, zuinige
en stille voertuigen en daarmee een bijdrage kan leveren aan de vermindering van
de problemen rond de luchtkwaliteit? Zo neen, waarom niet?
Ja, wij delen de mening dat de Rijksoverheid die positieve invloed kan hebben.
4. Deelt u de mening dat de (rijks-)overheid een voorbeeldfunctie heeft als
het gaat om de aanschaf van schone, zuinige en stille voertuigen? Zo neen, waarom
niet? Zo ja, bent u bereid om de centrale aanbesteding van het rijkswagenpark
aan te grijpen om schone, zuinige en stille voertuigen, zoals elektrische-, hybride-
en waterstofvoertuigen, aan te schaffen?

Ja, wij delen de mening dat de (rijks)overheid een voorbeeldfunctie kan hebben
als het gaat om de aanschaf van zuinige en stille voertuigen.
Daarom is in deze aanbesteding een speciaal segment opgenomen voor minder milieubelastende
innovatieve voertuigen. Het gaat hierbij om voertuigen die met de nieuwste reeds
bewezen technieken zijn uitgerust en marktrijp zijn.

5. Bent u bereid om dit te realiseren door in het programma van eisen op te
nemen dat zoveel mogelijk elektrische of hybride voertuigen worden aangeschaft,
dat bij de keuze voor diesel standaard een roetfilter wordt vereist, dat ze worden
voorzien van de stille banden, en dat ze binnen het A-, B- of eventueel C-label
vallen en/of een zo laag mogelijke CO2-emissie hebben? Zo neen, waarom niet?
In de aanbesteding is, zoals hiervoor al vermeld, een apart milieusegment opgenomen
waarvoor de leveranciers innovatieve (zoals elektrische, hybride, ethanol, aardgas)
voertuigen kunnen aanbieden. Hiervoor zullen dan ook raamcontracten worden gesloten.


Voor wat betreft de roetfilter kan ik u meedelen dat elk te leveren dieselvoertuig
voorzien zal moeten zijn van een roetfilter. Deze eis is als zodanig opgenomen
in het aanbestedingsdocument.

Voor A-, B- of C-label verwijs ik u naar mijn antwoord op vraag 2.
Stille banden die tegelijkertijd aan de veiligheidseisen voldoen kunnen worden
aangeschaft. Voorschriften dienaangaande leveren na afronding van de aanbesteding
geen problemen op voor invoering.

6. Hoe garandeert u bij de thans gekozen structuur van het aanbestedings- en
inkoopproces, waarbij de uiteindelijke beslissing over de aan te schaffen voertuigen
toch nog per departement plaatsvindt, dat het uiteindelijke wagenpark in zijn
totaliteit aan bepaalde milieueisen voldoet? Is het niet wenselijk om ook de aankoopbeslissingen
centraal te nemen? Zo neen, waarom niet?

Iedere verantwoordelijke functionaris op een departement is gehouden aan de gestelde
milieueisen. De departementen schaffen voertuigen aan binnen de contracten die
op basis van deze aanbesteding afgesloten zijn. Daarom acht ik het niet nodig
om het gecoördineerde inkoopmodel, dat thans voor alle productgroepen geldt, aan
te passen. Door nader op te stellen streefcijfers voor het innovatieve segment
kan aantoonbaar worden gemaakt hoe vergroening van het wagenpark van het Rijk
de komende jaren gestalte krijgt.

7. Bent u bereid deze vragen te beantwoorden voor het algemene overleg over
luchtkwaliteit op 16 maart a.s. en tot die tijd geen onomkeerbare stappen in de
aanbesteding te nemen?

Omdat de aanbesteding ruimte biedt voor innovatieve voertuigen en aan bestaande
technologie al milieueisen stelt, zien wij geen aanleiding de aanbesteding langer
uit te stellen.


Voor meer informatie over dit onderwerp kunt u terecht bij Postbus 51, telefoon
0800 - 6463951, e-mail: ezinfo@postbus51.nl

Voor journalisten: Gerard Westerhof, persvoorlichter, telefoon (070) 379 7079,
e-mail: G.P.M.Westerhof@minez.nl