Ministerie van Buitenlandse Zaken

Den Haag | |Directie Azië en Oceanië
Afdeling Zuid-Azië
Bezuidenhoutseweg 67
Postbus 20061
2500 EB Den Haag | |

|Datum |8 april 2005                        |Behand|Methorst, Dicky      |
|      |                                    |eld   |                     |
|Kenmer|DAO/0223-05                         |Telefo|+31 (0)70-3485142    |
|k     |                                    |on    |                     |
|Blad  |1/8                                 |Fax   |+31 (0)70-3485323    |
|Bijlag|1                                   |                             |
|e(n)  |                                    |                             |
|Betref|Beantwoording vragen van de leden   |                             |
|t     |Kruijsen, Tjon-A-Ten en Samson  over|                             |
|      |Wederopbouw in Sri Lanka            |                             |
Beantwoording kamervragen over Wederopbouw in Sri Lanka

Graag bied ik u hierbij, mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door de leden Kruijsen, Tjon-A-Ten en Samson over Wederopbouw in Sri Lanka. Deze vragen werden ingezonden op 9 maart 2005 met kenmerk 2040510100.

De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

A.M.A. van Ardenne-van der Hoeven
Antwoorden van mevrouw Van Ardenne-van der Hoeven, minister voor Ontwikkelingssamenwerking, mede namens de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, op vragen van de leden Kruijsen, Tjon-A-Ten en Samsom (allen PvdA) over wederopbouw in Sri Lanka

Vraag 1
Bent u bekend met de problemen van de tsunami-ontheemden, in het bijzonder van het feit dat bij ontbreken van tijdelijke behuizing van daklozen, daklozen in scholen zijn ondergebracht, waardoor kinderen niet naar school komen?

Antwoord
In de weken direct na de ramp was dit inderdaad een probleem. Op dit moment zijn alle daklozen echter ondergebracht in tijdelijke behuizing, voor het merendeel in opvangkampen. Het grootste probleem op onderwijsgebied nu is de noodzaak voor wederopbouw van ruim 100 scholen. Volgens opgave van Unicef gaat 80% van de kinderen in de door de tsunami getroffen gebieden inmiddels weer naar school.

Vraag 2
Bent u bekend met het feit dat de president van Sri Lanka voor elk stuk land persoonlijk moet tekenen om het vrij te geven voor bebouwing en nu weigert vergunningen voor permanente bebouwing te geven? Bent u ervan op de hoogte dat dit ook geldt voor het verlenen van vis(sersboot)vergunningen?

Vraag 3
Bent u bereid om de Sri Lankaanse president en de Sri Lankaanse regering erop te wijzen dat het voor een snelle(re) wederopbouw noodzakelijk is om onder andere het verlenen van diverse vergunningen naar het lokale niveau te delegeren? Bent u voorts bereid versterking van het overheidsapparaat in de vorm van bijvoorbeeld planningscapaciteit en vergunningverleningcapaciteit aan te bieden? Zo ja, op welke termijn? Zo neen, waarom niet?

Antwoord
In overleg met alle donoren die in Sri Lanka actief zijn, zet Nederland zich in voor de toepassing van een aantal principes voor tsunami wederopbouwhulp. Deze principes behelzen ondermeer: conflictsensitiviteit (o.a. evenredige toegang tot hulp voor alle getroffenen), subsidiariteit (leggen van uitvoeringsverantwoordelijkheid op het laagste daartoe geëigende bestuurlijke niveau en aansluiting bij lokale initiatieven), participatie en transparantie. Deze principes zijn overeengekomen met overheid, maatschappelijk middenveld en donoren en maken onderdeel uit van de gezamenlijke planning van de post tsunami hulp. Op basis van deze principes wordt ook de vergunningsverlening (bv. voor bebouwing langs de kust en voor de visserij) aangekaart door donoren (inclusief Nederland). De beperkingen aan bebouwing van de kustzone op grond van milieu-argumenten zijn vastgelegd in wetgeving. Daarnaast bevordert deze aanpak, die in alle partnerlanden wordt toegepast, dat de Sri Lankaanse overheid het overzicht en de verantwoordelijkheid behoudt. Nederland is een actieve partner in de planning en neemt onder andere deel aan gezamenlijke missies voor identificatie van wederopbouwprojecten. Ook is Nederland in gesprek met TAFREN, het door de overheid benoemde coördinerend lichaam voor de wederopbouwhulp, over capaciteitsversterking.

Vraag 4
Is het u bekend dat de tsunami-ontheemden niet alleen familie en bekenden hebben verloren, maar naast hun huis ook hun papieren hebben verloren, zoals identiteitspapieren, geboortebewijzen, verzekeringspapieren, rijbewijs, eigendomsakten van onder andere grond en onroerend goed, visvergunningen, diploma's en getuigschriften? Beseft u dat de ontheemden zonder identiteitspapieren op elk moment in de gevangenis kunnen belanden en bent u in dit verband bereid om bij de Sri Lankaanse president en de Sri Lankaanse regering erop aan te dringen dat deze mensen nieuwe papieren krijgen aan de hand van de lokale inventarisaties ten aanzien van hun behoeften die nu gemaakt worden? Zo ja, wilt u toelichten hoe u dit gaat doen en op welke termijn? Zo neen, waarom niet?

Antwoord
Deze problemen zijn bekend. Nederland noch andere ambassades hebben in hun reguliere contacten met de Sri Lankaanse autoriteiten dit punt specifiek aan de orde gesteld, omdat de indruk bestaat dat de overheid hier voldoende aandacht aan besteedt en met adequate oplossingen komt.

Vraag 5
Bent u ervan op de hoogte dat Sri Lanka ook nog vele oorlogsontheemden kent en van de specifieke problemen van de moslimgemeenschap aan de oostkust van Sri Lanka waar moslims - twee keer door oorlog en nu voor de derde keer door de tsunami - alles zijn kwijtgeraakt? Bent u bereid de Nederlandse ambassade te Colombo langer te handhaven en naast de aandacht voor de tsunami-ontheemden ook de problematiek van de oorlogsontheemden aan te pakken? Zo ja, wilt u toelichten hoe u dit gaat doen en op welke termijn? Zo neen, waarom niet?

Antwoord
Via de multilaterale instellingen en Internationale NGO's investeert de Nederlandse regering jaarlijks miljoenen euro in de verbetering van de levensomstandigheden van de slachtoffers van het conflict. Zonder iets af te willen doen aan de ernst van de tsunami ramp moet helaas worden geconstateerd dat de gevolgen van het zich reeds tientallen jaren voortslepende interne conflict vele malen ernstiger zijn voor de bevolking in het noorden en oosten van Sri Lanka.

Post-conflict rehabilitatie en vredesopbouw zijn momenteel en in de toekomst de hoofdredenen voor het bestaan van het Nederlandse OS programma in Sri Lanka. Wederopbouwhulp, waaronder hulp aan ontheemden, is onderdeel van het huidige Nederlandse OS programma. Ik ben met u van mening dat hulp aan tsunami-slachtoffers en aan oorlogsontheemden evenwichtig moet worden aangepakt, teneinde geen ongelijke situatie te creëren die aanleiding kan zijn voor eventuele nieuwe conflicten. Ik zal daar op aandringen ook in de discussie die momenteel plaatsvindt over het multidonor trustfund voor wederopbouw.

Overigens suggereert uw vraag dat de Nederlandse ambassade in Colombo gesloten zou worden, dit is niet aan de orde.

Vraag 6
Bent u bereid bij de Sri Lankaanse president en de Sri Lankaanse regering aan te dringen op volledige openheid van zaken over de besteding van de gelden die vanuit het buitenland door de president en de regering zijn ontvangen en hiertoe samen met andere landen een monitoringscommissie in te stellen, zodat naar alle partijen - zowel de lokale getroffenen als de geldschieters - volledige transparantie van de besteding van alle gedoneerde gelden gegeven kan worden? Zo ja, op welke termijn? Zo neen, waarom niet?

Antwoord
Ja, transparantie, verantwoording en monitoring zijn standaardeisen voor elk donoroverleg. Overigens worden door gezamenlijke bilaterale donoren regelmatig verificatiemissies uitgezonden naar de getroffen gebieden om zich op de hoogte te stellen van de situatie ter plekke en van problemen die zich voordoen in de uitvoering.

Vraag 7
Bent u ervan op de hoogte dat de huidige aanwezigheid van de vele internationale non-gouvernementele organisaties (NGO's) té veel druk geeft op lokale initiatieven die soms zelfs worden weggedrukt en dat er sprake is van een concurrentiestrijd en deelt u het standpunt dat de hulp aan de tsunami-slachtoffers dient aan te sluiten op de voortbouw van lokale initiatieven op een net in gang gezet, maar nog broos naoorlogs verzoeningsproces? Bent u in dit verband bereid om in internationaal verband op een op efficiëntie en samenwerking gerichte coördinatie aan te dringen en aan te sturen en daarbij vast te leggen dat hulp altijd moet aansluiten op lokale behoeften en initiatieven? Zo ja, wilt u toelichten hoe u dit gaat doen en op welke termijn? Zo neen, waarom niet?

Antwoord
Er is inderdaad een groot aantal NGO's actief in het door de tsunami getroffen gebied, m.n. in het oosten van Sri Lanka, wat problemen oplevert voor de coördinatie van de hulp.

De wijze van opereren van NGO's en de coördinatie van NGO-initiatieven is in principe een taak van het maatschappelijk middenveld. Nederland ondersteunt een lokaal initiatief voor NGO-coördinatie door het maatschappelijk middenveld, onder leiding van het Consortium for Humanitarian Aid (CHA). Voor zover mij bekend heeft het maatschappelijk middenveld in Sri Lanka een gedragscode opgesteld voor de hulpverlening, waarin de onder vraag drie genoemde principes (waaronder participatie van lokale bevolking) zijn opgenomen. Deze gedragscode is echter niet door alle in Sri Lanka werkzame NGO's onderschreven. Tevens tracht de Sri Lankaanse overheid overzicht te houden van de NGO-initiatieven, hoewel NGO's zich in het algemeen niet door de overheid willen laten coördineren.

Daarnaast ondersteunt Nederland lokale capaciteit voor bemiddeling van Nederlandse privé-initiatieven, via de Netherlands Alumni Association Lanka (NAAL), om aansluiting bij de lokale context en behoeften zoveel mogelijk te bevorderen.

Ik deel uw mening dat hulp aan tsunami-slachtoffers dient aan te sluiten bij de lokale vraag en initiatieven, vooral met het oog op het nog jonge verzoeningsproces.

Vraag 8
Hoe kijkt u aan tegen het dilemma van enerzijds de druk die staat op de NGO's om snel resultaten te laten zien aan getroffenen en geldschieters en anderzijds de rem die nu zit op de wederopbouw, omdat de Sri Lankaanse regering eerst de tijd wil nemen om met gedegen en integrale plannen te komen voor de wederopbouw waarbij men ook een kwaliteitsslag wil maken waardoor getroffenen, geldschieters en NGO's dus even geduld moeten hebben?

Antwoord
Duurzame en verantwoorde wederopbouw vergt een goede voorbereiding en planning, hetgeen tijd kost. NGO's en hun geldschieters moeten hiervoor enig begrip tonen.

Vraag 9
Ziet u mogelijkheden om ook in internationaal verband, in het bijzonder in EU-verband, bovenstaande verzoeken kracht bij te zetten? Zorgt u er dan voor dat Nederland hierbij een trekkersrol op zich neemt? Zo ja, op welke termijn? Zo neen, waarom niet?

Antwoord
In de Nederlandse visie spelen de nationale overheden een leidende rol in de coördinatie van wederopbouwinspanningen, daarbij ondersteund door de internationale en multilaterale instellingen. In de getroffen regio verkeert vooral de Wereldbank in de positie voor een sterke ondersteunende en coördinerende rol. De EU heeft deze capaciteit niet. De EU zoekt nadrukkelijk aansluiting bij multilaterale instellingen zoals de Wereldbank, die daartoe het best geëquipeerd is. Met een actieve opstelling zowel richting de Wereldbank als in EU-verband, zet Nederland zich in om bovenstaande verzoeken kracht bij te zetten.

Vraag 10
Gaat u zich inzetten om Nederlandse kennis op het terrein van onder meer landwinning, inpoldering, waterwerken voor het tegengaan van overstromingen en onderhoud van kanalen, door te geven aan de Sri Lankanen, omdat zij na de tsunami veel land aan de zee hebben moeten prijsgeven en jaarlijks met overstromingen te maken hebben? Zo ja, wilt u toelichten hoe u dit gaat doen en op welke termijn? Zo neen, waarom niet?

Antwoord
Op dit terrein is voor Sri Lanka een aantal interessante programma's voor het bedrijfsleven beschikbaar waar een aantal Nederlandse bedrijven enthousiast en goed gebruik van maakt. Op een aantal van de door u genoemde terreinen is het Nederlandse bedrijfsleven dan ook al actief in Sri Lanka, met ORET-, PESP- en PSOM-financiering. Tevens is een overleg gaande met VNO/NCW, waarin mogelijkheden voor het inzetten van expertise vanuit het Nederlandse bedrijfsleven worden geïnventariseerd.


---- --