Vorderingen van Wilkinson in kort geding tegen Gillette afgewezen
âs-Gravenhage 8 april 2005 â De voorzieningenrechter van de rechtbank
âs-Gravenhage heeft gisteren de vorderingen van Wilkinson-Sword B.V.
in een kort geding tegen Gillette Groep Nederland B.V. afgewezen.
Wilkinson vorderde dat de voorzieningenrechter Gillette zou bevelen
zich te onthouden van bepaalde reclame-uitingen over de werking van
het M3Power scheersysteem, alle verpakkingen van het product met deze
reclame-uitingen die in de winkels liggen terug te roepen en
rectificaties van de reclame-uitingen te plaatsen.
Wilkinson voerde aan dat de beweringen van Gillette over de werking
van de M3Power onjuist zijn en dat er daarom sprake is van misleidende
reclame, die onder meer jegens Wilkinson onrechtmatig is. Wilkinson
stelde verder dat zij door deze onjuiste beweringen door Gillette
schade lijdt omdat de consument op basis van de valse informatie
bewogen wordt om de producten van Gillette te kopen in plaats van die
van Wilkinson.
Gelet op de aard van de betreffende reclame-uitingen moest Gillette in
het kort geding aannemelijk maken dat haar beweringen over de werking
van de M3Power juist zijn. Gillette voerde aan dat zij haar
advertenties inmiddels anders formuleert, maar erkende dat de
beweringen die zij in het verleden heeft gedaan over de werking van de
M3Power onjuist waren. Dit betekent dat Gillette in advertenties en
reclame-uitingen in het verleden misleidende mededelingen heeft gedaan
en dat op de huidige verpakkingen van de M3Power deze misleidende
mededeling nog steeds staat. De rechter achtte dit echter onvoldoende
reden om Gillette te bevelen de verpakkingen terug te roepen of
rectificaties te plaatsen.
De vraag of de huidige bewering van Gillette over de werking van de
M3Power op dit moment voldoende aannemelijk is, werd door de rechter
bevestigend beantwoord.
LJ Nummer
AT3328
Bron: Rechtbank 's-Gravenhage
Datum actualiteit: 8 april 2005 Naar boven
Gerechtelijke organisatie