Gemeente Winterswijk
8 april 2005
Burgemeester stuurt brief aan minister Verdonk over problematiek
uitgeprocedeerde asielzoekers
Winterswijk - Burgemeester Thijs van Beem stuurt een brief aan
minister Verdonk rond de problematiek van uitgeprocedeerde
asielzoekers. Aanleiding voor deze brief is het verzoek om noodopvang
van de familie Abdul Karim. De gemeente heeft geen gehoor gegeven aan
dit verzoek. Daarop hebben zij tot afgelopen woensdag in een tent op
het terrein naast het raadhuis 'gekampeerd'. Dit gezin is op straat
gezet door de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) nadat hun
tweede asielaanvraag is afgewezen. Volgens rijksbeleid hebben zij nu
geen recht meer op opvang. In verband met de terugkeernota van
Minister Verdonk heeft de gemeente in het voorjaar 2004 besloten het
rijksbeleid te volgen en met ingang van 1 januari 2005 te stoppen met
de subsidiering van de noodopvang voor uitgeprocedeerde dakloze
asielzoekers. Dit omdat het bieden van noodopvang - in gevallen waar
in geen recht op opvang vanuit het rijk bestaat - het rijksbeleid
doorkruist.
In de brief uit de burgemeester zijn bezorgdheid over de problematiek
van uitgeprocedeerde asielzoekers. In de brief schrijft de
burgemeester "In uw contacten met gemeenten heeft u gesteld dat het
streven erop gericht is om uitgeprocedeerde asielzoekers in beginsel
niet op straat te zetten". Verder geeft hij aan dat het voorbeeld van
het Afghaanse gezin laat zien "dat zelfs voor een zeer korte periode
van enkele weken geen opvang van rijkswege wordt geboden". Hij
verwijst hierbij naar de opstelling van de Vereniging van Nederlandse
Gemeenten die met name heeft gepleit voor opvang gedurende de eerste
herhaalde asielaanvraag. Dit omdat het goed mogelijk is dat zich
nieuwe feiten voorgedaan hebben die in de eerste procedure nog niet
beschikbaar waren. Ook vraagt hij in de brief aandacht voor de
problematiek die voortkomt uit het niet meer bieden van aanvullende
opvang aan uitgeprocedeerde asielzoekers die onder de nieuwe
Vreemdelingenwet vallen en die ondanks inspanningen niet binnen de 28
dagen termijn het vertrek kunnen regelen. Hij eindigt de brief met een
dringend verzoek aan de minister "om voor zowel de eerste herhaalde
asielaanvragers als de uitgeprocedeerde asielzoekers, die vallen onder
de nieuwe wet en die wel willen maar niet kunnen vertrekken, van
rijkswege opvang te bieden."
Gemeentelijk beleid
De gemeenteraad van Winterswijk heeft, om een bijdrage te leveren in
de opvang van asielzoekers, een aantal jaren geleden besloten om
medewerking te verlenen aan een permanent asielzoekerscentrum (AZC).
Uitgangspunt daarbij was dat de opvang in gewone woningen moest
gebeuren. Dit heeft geleid tot de huidige COA Woonwijk Winterswijk die
geïntegreerd is in de woonwijk De Rikker. Omdat de gemeente een AZC
binnen haar grenzen heeft betekent dit dat de gemeente ook
geconfronteerd wordt met asielzoekers die op enig moment niet langer
recht hebben op opvang. In de regel zitten er zo'n 400 asielzoekers in
de opvang waarvan naar schatting 85% geen verblijfsvergunning krijgt
en dus de opvang op enig moment zal moeten verlaten. Sommigen hebben
dan nog een vervolgprocedure lopen, die geen recht meer geeft op
opvang van rijkswege. Op basis van de ingestelde vervolgprocedures is
men echter wel legaal in Nederland. De gemeente is per 1 januari 2005
gestopt met de subsidiering van de noodopvang voor uitgeprocedeerde
dakloze asielzoekers. Deze opvang was in regionaal verband
georganiseerd en werd uitgevoerd door de Stichting Noodopvang
Achterhoek. Van meet af aan (april 2002) heeft de gemeente voor ogen
gehad dat het om een tijdelijke voorziening moest gaan en onder
uitdrukkelijk protest richting de rijksoverheid. De regionale
noodopvang is gestart per 1 mei 2003 aanvankelijk voor de duur van één
jaar. Vervolgens heeft de gemeente ingestemd met verlenging van de
subsidie tot 1 januari 2005.
Rijksbeleid
In 2004 is het terugkeerbeleid van de Minister van Vreemdelingenzaken
en Integratie van kracht geworden. Hoewel het de gemeente duidelijk
was dat niet alle knelpunten daarmee opgelost zijn, is besloten de
subsidie aan de Stichting Noodopvang per 1 januari 2005 te beëindigen.
Opvang en terugkeer van (uitgeprocedeerde) asielzoekers is de
verantwoordelijkheid van het rijk. De rijksoverheid bepaalt in welke
gevallen wel recht op opvang bestaat en in welke gevallen niet. De
Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) beslist op de aanvragen en
het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) is verantwoordelijk voor
de opvang. De gemeente heeft daar geen zeggenschap over.