Inspectie voor de Gezondheidszorg


Donderdag 7 april 2005

KWALITEIT VAN METHADONPOSTEN VERSCHILT ENORM

Instellingen voor verslavingszorg verschillen enorm in de kwaliteit van de behandeling van heroïneverslaafden met methadon. Zeker bij de kleine instellingen is methadonverstrekking onder de maat. Zo is de huisvesting vaak slecht en ontbreken behandelingsplannen. Dit blijkt uit een onderzoek door de Inspectie voor de Gezondheidszorg onder alle 17 instellingen voor verslavingszorg in Nederland die methadon verstrekken.

In Nederland zijn ongeveer 12.000 heroïneverslaafden afhankelijk van methadon. Methadon is al 30 jaar het meest gebruikte vervangende middel in de hulpverlening aan drugsgebruikers. Als een verslaafde methadon krijgt voorgeschreven, is dit meestal van blijvende aard. Daarom is het van belang dat de methadonverstrekking aan deze patiënten verantwoord gebeurt.

In een aantal instellingen neemt het management beslissingen over de maximale dosering en de wijze en frequentie van verstrekken van methadon. Hierbij spelen achterhaalde behandelopvattingen en financiële overwegingen een rol. De inspectie vindt dit onverantwoord. Methadonverstrekking is een medische handeling. Hiervoor is niet het management, maar de arts verantwoordelijk. De dosering van methadon moet individueel worden bepaald op basis van medische-inhoudelijke argumenten.

Een belangrijke reden voor de onverantwoorde kwaliteitsverschillen tussen methadonposten is dat er geen landelijke richtlijnen bestaan. Zo is er geen overeenstemming over de leeftijdsgrens wanneer methadon mag worden voorgeschreven. De ene instelling hanteert een minimumleeftijd van 16 jaar, de ander van 20 jaar en weer een andere instelling past geen enkele leeftijdsgrens toe. Dossiers zijn onvolledig, behandelingsplannen worden niet geëvalueerd en op veel posten is geen structureel patiëntenoverleg.

Sommige instellingen leveren al verantwoorde zorg, andere instellingen kunnen daarvan leren. De methadonposten moeten veilig en hygiënisch zijn, waarbij rekening wordt gehouden met de privacy van de patiënt. Het behandelteam moet in overleg met de patiënt behandelingsplannen opstellen en regelmatig bespreken. Als niet snel verbeteringen plaatsvinden, kan de inspectie met het uitvoeren van een bevel een methadonpost sluiten. Uiterlijk eind dit jaar moeten de beroepsgroepen en GGZ-Nederland landelijke richtlijnen ontwikkeld hebben voor de behandeling van heroïneverslaafden met methadon.

Klik hier om het rapport 'Behandeling met methadon: het kan en moet beter' te downloaden.