Besluit over vut in metalektro met pijn in het hart genomen
Met pijn in het hart heeft het bestuur van het pensioenfonds voor de
metalektro (PME), waarvan FNV Bondgenoten deel uitmaakt, besloten dat
werknemers niet meer voor hun zestigste kunnen stoppen met werken via
de regeling voor vervroegde uittreding, de TOP. De maatregel gaat met
onmiddellijke ingang in.
Door de kabinetsmaatregelen rond vut en prepensioen namen veel
58-plussers in de sector de afgelopen maanden het zekere voor het
onzekere door gebruik te maken van de mogelijkheid om vervroegd uit te
treden.
Het gevolg was dat het pensioenfonds PME een grotere aanslag moest
plegen op de solidair gefinancierde reserve die speciaal voor deze
groep in het leven was geroepen.
De TOP-regeling kwam in 2003 in de plaats van de SUM, de vutregeling
voor de bedrijfstak, en bood werknemers die voor 1953 geboren zijn,
nog de mogelijkheid op het 61ste jaar met een uitkering van 80 procent
te stoppen met werken. Eerder stoppen kan ook, maar dan wel met een
lagere uitkering.
Alle werknemers betalen nu een solidariteitspremie van 7 procent voor
de TOP. Door de uitputting van de reserves zou de premie, zonder de
genomen maatregel, omhoog moeten of de jaarlijkse indexatie van de
pensioenen had aangetast moeten worden.
FNV