Valse aangiften aangepakt
De politie in Utrecht heeft er schoon genoeg van kostbare tijd kwijt
te zijn met het opmaken van aangiften van straatroof die niet heeft
plaatsgevonden. Daarom begint ze binnenkort een proefproces: de
politie wil de tijd en kosten van het rechercheonderzoek dat is
besteed aan een valse aangifte van diefstal verhalen op de valse
aangever. Een goed initiatief, vindt het Verbond.
Uit eigen onderzoek blijkt dat ongeveer tien procent van de aangiften
van straatroof (veelal laptops en mobieltjes) vals is, zegt Karin
Kleissen, woordvoerder van de Utrechtse politie. We komen daar
bijvoorbeeld achter door het nummer van een als gestolen opgegeven
mobiel te bellen om te kijken wie er op dat moment gebruikmaakt van de
telefoon. Soms blijkt dan dat degene die aangifte heeft gedaan, zelf
opneemt. Per jaar vinden er in Utrecht ongeveer 1.000 straatroven
plaats.
Willen verzekeraars overgaan tot een uitkering, dan vragen zij van de
verzekerde bijna altijd om een politieaangifte van de diefstal. Naar
nu duidelijk blijkt, biedt zon aangifte niet altijd de verlangde
zekerheid dat het feit werkelijk heeft plaatsgevonden. Woordvoerder
Kleissen: Als wij constateren dat een aangifte vals is, hebben we
altijd contact met verzekeraars. Dit komt de fraudebestrijding ten
goede. Het mes snijdt dus aan twee kanten.
Als het aantal valse aangiften van straatroof in Utrecht een beetje
representatief is voor de rest van het land, dan is het op straat
veiliger dan uit de officiële cijfers zou blijken.
Verzekerd!, april 2005
Verbond van Verzekeraars