Gemeente Deventer

Week 13, 1 april 2005

MILIEUEFFECTRAPPORT BEDRIJVENPARK A1

De gemeente Deventer heeft voor het bedrijvenpark A1 een nieuw milieu-effectrapport (MER) gemaakt. Reacties van onder meer de commissie MilieuEffectRapportage, instanties en bewoners op een eerder opgesteld Milieueffectrapport (MER) en het voorontwerpbestemmingsplan tijdens de inspraakperiode (zomer 2003) waren daartoe de aanleiding. Eerst heeft de gemeente een aangepast stedenbouwkundig plan gemaakt, dat het college van burgemeester en wethouders in de zomer van 2004 heeft vastgesteld. Vervolgens zijn alle voor het voorgaande MER en voor het voorontwerpbestemmingsplan gemaakte (milieu)rapporten geactualiseerd. Aan de hand van het aangepaste stedenbouwkundige plan is er een nieuw MER opgesteld. In het nieuwe MER is het aangepaste stedenbouwkundige plan het voorkeurs-alternatief. Dit plan vormt tevens de basis voor het ontwerpbestemmingsplan. Naar verwachting volgt nog vóór de zomervakantie de inspraak voor zowel het nieuwe MER als het ontwerpbestemmingsplan.

Bij het aanpassen van het stedenbouwkundig plan is de systematiek van de âlagenbenaderingâ gebruikt. Daarbij wordt eerst gekeken naar de aspecten bodem, water, landschap, natuur en cultuurhistorie. Vervolgens worden het afwikkelen van het verkeer en het uitgeefbare terrein onder de loep genomen. Op deze wijze ontstaat als vanzelf een duurzaam plan. Door de gehanteerde systematiek voor de planontwikkeling blijven de negatieve effecten voor het milieu beperkt. Op sommige punten (met name ten aanzien van natuur) is er zelfs sprake van positieve effecten.

Betere verkeersafwikkeling

In het aangepaste stedenbouwkundig plan is de inrichting van de bufferzone, de ecologische verbindingszones en de waterhuishouding ingevuld. Het bedrijventerrein wordt aan de oostkant ontsloten door een spoortunnel. Aan de westzijde komt een weliswaar volledige, maar beperkt vormgegeven T-aansluiting op de Deventerweg. Hierdoor ligt het zwaartepunt van de verkeersafwikkeling op de oostelijke ontsluiting, aansluitend op de Siemelinksweg.

De gemeente heeft, samen met bewoners van de Deventerweg, de provincie Gelderland en de voormalige gemeente Gorssel, een plan opgesteld om een deel van de Deventerweg naar het oosten te verplaatsen. De nieuwe weg krijgt geluidsarm asfalt. Ook wordt een wal aangelegd tussen de hoofdrijbaan en de ventweg. Hierdoor ontstaat voor de bewoners langs dit deel van de N 348 een acceptabele situatie.

MMA

De gemeente is bij het maken van een MER verplicht ook een Meest Milieuvriendelijk Alternatief (MMA) te beschrijven. Dit MMA is ontwikkeld door aan het Voorkeursalternatief een aantal maatregelen toe te voegen die de negatieve effecten beperken. B en W stellen voor één MMA maatregel over te nemen: de aanleg van een faunadoorsteek tussen de Dortherbeek en de Olthofkavel. Daarnaast stellen B en W voor twee maatregelen nader op hun consequenties te onderzoeken, het aanbrengen van een faunapassage onder het spoor en het in het bestemmingsplan opnemen van een hoger minimum bebouwingspercentage voor de grotere kavels. In het ontwerpbestemmingsplan geeft de gemeente aan hoe deze maatregel(en) (eventueel) in het plan worden verwerkt. Ook is aangeven welke maatregelen uit het MMA niet worden overgenomen en waarom.

Behandeling door de raad en inspraak

De raadscommissie Ruimtelijke Fysieke Ontwikkeling bespreekt de nieuwe MER op 4 april. Vervolgens is het aan de raad (naar verwachting in zijn vergadering op 25 april) het aanvaardbaarheidsoordeel uit te spreken over het MER 2005. Daarmee maakt hij duidelijk dat in zijn ogen de MER 2005 een voldoende beeld geeft van de milieueffecten van het plan. De raad doet daarmee nog geen uitspraak over het plan zelf. Dat gebeurt bij het vaststellen van het bestemmingsplan. Het college streeft er naar het ontwerpbestemmingsplan begin mei vast te stellen, waarna medio mei de inspraakprocedure voor zowel MER als ontwerpbestemmingsplan plaats heeft.

Publicatiedatum: 1-4-2005

© 2004 Gemeente Deventer Laatste wijziging vrijdag 1 april 2005