LBActualiteiten
Wekelijkse informatie van de LNV-Vertegenwoordiging
Buitenland
Jaargang 15, 31 maart, nummer 11
Colofon
Uitgave van:
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Directie Internationale Zaken
Postbus 20401
2500 EK Den Haag
Telefoon: 070 378 41 87
Telefax: 070 378 61 31
Verantwoordelijk voor inhoud:
Hoofd Bureau LNV-vertegenwoordiging Buitenland
Dr. M.H. de Jong
Eindredactie, opmaak, reproductie:
Directie Informatiebeleid en Facilitaire Zaken
Overname uit LBActualiteiten is met bronvermelding toegestaan
Inhoud
Nationale landbouwpolitieke aangelegenheden 5
Frankrijk, Italië, Verenigd Koninkrijk, Japan, Mexico, Verenigde Staten
Economische en handelsaangelegenheden 12
België, Spanje, Verenigd Koninkrijk, Verenigde Staten, Zuid-Korea
Agro-industrie 16
België
Akker- en tuinbouw 18
Spanje
Veehouderij en zuivel 19
Spanje,Verenigde Staten
Visserij en aquacultuur 20
Spanje, Verenigde Staten
Wetenschap, onderwijs, voorlichting en onderzoek 22
Verenigde Staten
Voedings- en kwaliteitsaangelegenheden 23
Spanje, Japan, Verenigde Staten
Veterinaire aangelegenheden 25
Portugal en Spanje, Canada, Japan, Noord-Korea, Verenigde Staten
Natuur, bos, landschaps- en faunabeheer 27
Spanje
Biotechnologie 28
Spanje
---
4
Nationale landbouwpolitieke
aangelegenheden
Frankrijk: jaarvergadering FNSEA
Tijdens de 59ste jaarvergadering van de FNSEA, de grootste boerenbond, stond
een nieuwe juridische status voor het landbouwbedrijf centraal. Twee onderwer-
pen kregen extra aandacht: de erkenning van de agrarische onderneming als
materieel en immaterieel kapitaal (melkquota; bedrijfstoeslagen) en de mogelijk-
heid van overdracht van een pachtbedrijf aan derden (dus buiten de erfoverdracht
om). Er waren enkele toonaangevende politici aanwezig: premier Raffarin,
Hollande, partijvoorzitter van de PS, Sarkozy, voorzitter van regeringspartij UMP
(en oud-minister van Economie en Financiën), Bayrou, voorzitter van de liberale
partij UDF en Bocquet, voorzitter van de communistische fractie in het parlement.
Het `oriëntatierapport', waarin de nieuwe concepten werden toegelicht en als
garantie werden gepresenteerd voor de duurzaamheid van het landbouwbedrijf,
kreeg met voor- en tegenstanders te maken. De tegenstanders zijn onder meer
bang dat, met de introductie van overdracht van het pachtbedrijf aan derden, de
pachtstatus ter discussie zal worden gesteld. Ten slotte werd het rapport toch aan-
genomen, ondanks vijftien congresleden die tegen stemden en 40 congresleden
die zich van stemming onthielden.
Andere onderwerpen die tijdens de jaarvergadering werden behandeld, waren:
versterking van de rol van de `interprofessions' (sectororganisaties), het opzetten
van `verkoopcentrales' door de landbouwsector, de definitie van goede Landbouw-
praktijken en de manier waarop de boeren deze kunnen naleven, vernieuwing van
het `coöperatiewezen' op basis van de voorstellen van het rapport-Guillaume (oud-
minister van Landbouw) en de oogstverzekeringen.
Premier Raffarin maakte indruk met zijn opmerking dat de boeren een nieuwe
impuls nodig hebben en dat de Oriëntatiewet zal voorzien in de financiering van
tien dagen vakantie per jaar voor elke boer. De `vakantiesubsidie' moet de plaats-
vervanger van de vakantiehoudende boer financieren. De kosten voor de overheid
liggen tussen de ¤ 50 à 100 mln. Raffarin gaf vervolgens de lijnen aan waarlangs de
Oriëntatiewet wordt uitgewerkt:
`modernisering' van de juridische status van de agrarische onderneming: stimu-
lering van vennootschapsvormen; meetellen van de `associés' bij subsidieverle-
ning; overdracht van pachtbedrijven; verlaging van fiscale kosten bij bedrijfs-
overdracht; verhoging van gesubsidieerde investeringen en van subsidies bij
landbouwcalamiteiten in het nieuwe kader voor oogstverzekeringen.
versterking van de economische organisatie binnen de landbouw, waaronder
versterking van non food-afzetmogelijkheden door onder meer de introductie
van een (gedeeltelijke) fiscale ontheffing voor biobrandstoffen; stimulering van
energiewinning uit hout en biomassa door aanpassing van fiscale maatregelen;
nieuwe tenders voor biotransportbrandstoffen voor 2007-2010; vereenvoudiging
van de wetgeving voor kwaliteitsmerken; steun aan de `interprofessions' voor
het instellen van vereveningsfondsen ten behoeve van de landbouwsectoren in
crisisperioden; een nieuw agentschap voor de evaluatie van bestrijdingsmiddelen.
versterking van de landbouw door het ondersteunen van het behoud van de
agrarische activiteit in geheel Frankrijk; een sterkere inmenging van boerenor-
ganisaties bij certificering; stimulering van de biologische landbouw door fiscale
maatregelen; vereenvoudiging van administratieve procedures.
---
De bijdrage van de andere politici stond geheel in het teken van `voorlichting' over
het referendum voor de Europese Grondwet, 29 mei. Volgens een opiniepeiling
zou ruim 69% van de Franse boeren negatief stemmen. De regering maakt zich in
toenemende mate zorgen over de in het algemeen heersende negatieve stem-
ming. De landbouwwereld vertegenwoordigt een electoraat van circa 15%.
Hollande, Sarkozy en Bayrou hielden dan ook een vurig pleidooi vóór, Bocquet
hield een pleidooi tegen de Grondwet.
Volgens partijvoorzitter Hollande (PS) zal men, als men het Gemeenschappelijk
Landbouwbeleid t/m 2013 wil kunnen financieren, het principe van de 1%-bijdrage
van het BBP aan de EU-begroting moeten loslaten. Lemétayer voegde hieraan toe
dat anders de boeren zullen moeten opdraaien voor de financiering van de tweede
pijler. Hollande leverde verder forse kritiek op de uitvoeringsmaatregelen van het
nieuwe GLB, op de complexiteit en de controles. Deze zijn in zijn ogen "onverteer-
baar". Hij wees er verder op dat de maatschappij moet worden uitgelegd dat boeren
geen subsidies, maar compensaties ontvangen voor geleverde diensten en dat men
in een wereld waar nog veel honger heerst, boeren niet kan belemmeren te produ-
ceren. Bayrou wees met name op het gevaar van de gevolgen voor de EU bij een
negatieve stemming, tijdens de WTO-onderhandelingen. Sarkozy herinnerde eraan
dat "investeren in de landbouw gelijk staat aan investeren in de Franse economie"
en dat de boeren hun inkomens uit eerlijke prijzen moeten kunnen halen. Als men
wil dat de landbouw minder kost, dan blijft Europese inbedding hét grondbeginsel.
Italië: sancties bij overtreden regels dierlijk afval
Italië heeft bij wet sancties vastgelegd op overtredingen van de Europese
Verordening inzake dierlijke bijproducten. Een aantal ervan is van belang in ver-
band met de handel tussen Nederland en Italië. De boetes lopen in principe van
een minimum van ¤ 1.000 tot een maximum van ¤ 70.000, afhankelijk van onder
meer de aard van de overtreding.
Overtreding van de regels met betrekking tot het in de handel brengen van ver-
werkte dierlijke eiwitten voor bv. de productie van diervoeder, kan gestraft worden
met een boete van tussen de ¤ 2.000 en ¤ 28.000. De boetes op overtredingen bij
het in de handel brengen van deze eiwitten in petfood lopen uiteen van ¤ 3.000 tot
¤ 28.000 en de boetes op overtredingen bij het in de handel brengen van deze
eiwitten in vlees uit andere lidstaten lopen op van ¤ 6.000 tot ¤ 45.000.
Verenigd Koninkrijk: openbaarmaking GLB-subsidies Engeland
De Britse (serieuze) pers zindert van het nieuws over en de commentaren op de
openbaarmaking van de betalingen die in het kader van het Gemeenschappelijk
Landbouwbeleid worden gedaan aan de iets dan meer 100.000 rechthebbenden in
Engeland. De Rural Payments Agency (het Engelse betaalorgaan) heeft deze betalin-
gen over 2003 en 2004 openbaar gemaakt. Gegevens over betalingen in Schotland,
Wales en Noord-Ierland zijn (nog) niet openbaar. Alle soorten betalingen zijn
gepubliceerd, evenwel ongespecificeerd: dus naast inkomenssteun ook betalingen
op basis van andere regelingen, zoals interventiesteun, het landbouw-natuurbeleid
en exportrestituties. Het ging in 2004 om een totaalbedrag van £ 1,7 mld. (ongeveer
¤ 2,5 mld.). De gegevens zijn verstrekt in antwoord op verzoeken van diverse NGO's
en kranten in het kader van de nieuwe Wet Openbaarheid van Bestuur, die sedert
begin dit jaar van kracht is.
De algemene indruk, dat de meeste GLB-subsidies naar grote bedrijven en de inko-
menssteun naar de grote boeren en landeigenaren gaan, wordt allerwege beves-
tigd. De grootste belanghebbende bij de GLB-subsidies blijkt Tate and Lyle te zijn,
niet alleen de grootste rietsuikerverwerker ter wereld (naast City-Airport aan de
Theems) maar ook een bedrijf met grote belangen in de Britse bietsuiker: in totaal
heeft dit bedrijf in 2004 £ 127 mln. (¤ 180 mln.) aan GLB-subsidies ontvangen.
De NGO's, Oxfam voorop, laten in hun reacties duidelijk merken waar het hen om
6
gegaan is: het vergaren van publieke steun om tot verdere hervorming van het
GLB en niet in de laatste plaats van de suikermarktordening te komen. Opvallend is
dat in de notoir anti-Brussel, anti-regering en anti-establishment tabloids als Daily
Mail en The Sun (nog) met geen woord over de kwestie wordt gerept.
Enkele gegevens (afgeronde subsidiebedragen over 2002-2003 en 2003-2004 tenzij
anders vermeld en in Britse ponden, koers op dit moment ¤ 1,45):
Top tien van individuele personen
Sir Richard Sutton Settled Estates £ 2,2 mln. (heeft ook bezittingen in Schotland
en Ierland) met een geschat vermogen van £ 120 mln.;
Thurlow Estates (the Vestey family) £ 1,5 mln. (deze tak van de Vestey familie is
groot geworden in de vleeshandel; een andere tak bezit Stowell Park Estate Ltd,
alwaar in 2003-2004 bijna £ 465.000 pond aan GLB-subsidies werd ontvangen;
Warter Priory Estates (Alan Turner, Tim Weldon) £ 1,5 mln. (zakenlieden);
Compton Beauchamp Estates (Lillemor and Nils Penser) £ 1,2 mln. (Zweeds echt-
paar, ook actief in de paardenracerij);
Blenheim Farm Partnership (Duke of Marlborough, Churchill-familie) £ 1 mln.;
Loveden Estates (Alan Turner, Malcom Healey)) £ 1 mln. (zakenlieden);
Blankney Estates (the Parker family) £ 986.000 (slechts voor één jaar);
Longford Farm (Earl of Radnor) £ 900.000;
Earl of Plymouth Estates (Earl of Plymouth) £ 900.000;
Goodwood Estates (Duke of Richmond) £ 900.000 (inclusief een prestigieuze
paardenrenbaan), waarvan het geschatte vermogen £ 45 mln. bedraagt.
Aristocratie buiten de top tien
Koningin Elisabeth II £ 546.000 (2003-2004) (Sandringham in Norfolk en Windsor
Castle; Schotse bezittingen, zoals Balmoral, niet meegerekend);
Prince of Wales (Charles) £ 225.000 (2003-2004) (Duchy of Cornwall en
Highgrove in Gloucestershire, zijn buitenverblijf);
Grosvenor Estates (Duke of Westminster, de grootste particuliere landeigenaar
in Europa) £ 800.000, wiens vermogen wordt geschat op £ 5 mld., waarmee hij in
het VK na de staalmagnaat Mittal (van Indiase afkomst), Abramovitsch (de
Russische tycoon en tevens eigenaar van voetbalvereniging Chelsea) een van de
rijkste mensen in het VK is;
The Duke of Northumberland £ 450.000 (2003-2004);
The Duke of Bedford £ 366.000 (2003-2004);
Lord Illiffe £ 356.000 (2003-2004);
Marquess of Cholmondeley £ 306.000 (2003-2004).
Bedrijven
Tate and Lyle (drie rechthebbenden tesamen genomen) ruim £ 232 mln., waarbij
begrotingsjaar 2003-2004 ruim 20 mln. meer opleverde dan begrotingsjaar 2002-
2003;
Meadow Foods Ltd £ 45 mln.;
Czarnikow Sugar Ltd £ 34 mln.;
Granox Ltd £ 32 mln.;
Nestlé UK £ 30 mln.;
Lisborn Proteins £ 25 mln.;
Beesons Ltd £ 19 mln.;
Farmcare Ltd (de grote boerderij-operatie van supermarktketen Co-op) £ 2,6
mln. (2003-2004). Dit bedrijf is het grootste commerciële boerenbedrijf in het VK
en bestaat uit zestien bedrijven met activiteiten op de terreinen akkerbouw, vol-
legrondsgroenten en fruit met een jaarlijkse omzet van £ 21 mln. Het zuivelbe-
drijf werd vorig jaar wegens de geringe rentabiliteit afgestoten;
Diverse Business Links in het land tussen £ 1,5 en 3 mln. (2003-2004). Dit zijn
organisaties die in principe niets met landbouw te maken hebben, maar opge-
richt zijn om regionaal sociaal-economisch beleid te stimuleren, waaronder ook
agrarische activiteiten.
De cijfers zijn gepubliceerd ondanks de bezwaren van vele boeren en landeigena-
---
ren en van de Conservatieven. Meer dan 500 boeren hebben via een standaard-
brief, voorbereid door de CLA (de organisatie van grote landeigenaren) en de
National Farmers' Union bezwaar gemaakt tegen publicatie en een beroep gedaan
op de Data Protection Act in verband met de privacy. Minister Beckett en Lord
Whitty, bewindslieden van het ministerie van Milieu, Voedsel en Plattelandszaken,
hebben de bezwaren echter terzijde geschoven. Ook het ministerie van Financiën
was zeer kien op publicatie van de gegevens. Volgens Lord Whitty, de rechterhand
van minister Beckett op landbouwgebied, laat publicatie zien dat de regering er
niet alleen op uit is serieus om te gaan met openbaarheid van bestuur, maar dat zij
ook uiterste transparantie wil betrachten als het gaat om de besteding van belas-
tinggeld. Een woordvoerder van minister Beckett liet weten dat de noodzaak van
een substantiële hervorming van het suikerbeleid door de publicatie weer eens
overduidelijk is aangetoond.
Phil Bloomer, hoofd van de afdeling binnen Oxfam die zich bezig houdt met de
bevordering van fair trade, zei dat de publicatie laat zien dat de "grootste boeren
de grootste winnaars zijn in een systeem dat verder iedereen in de steek laat". Jack
Thurstow, in een vroeger leven werkzaam voor toenmalig minister van Landbouw
Nick Brown en nu senior beleidsadviseur bij denktank Foreign Policy Centre, die
ook om openbaarmaking had gevraagd, is blij met het publiekelijk aan de kaak
stellen van de "mythe, dat landbouwsubsidies bestonden om kleinere boerenbe-
drijven en gezinsbedrijven te beschermen". Hij hoopt dat deze cijfers een "con-
structief openbaar debat" stimuleren over de doelstellingen van het GLB en de
hoogte van subsidiebedragen.
Volgens Mark Hudson, voorzitter van de CLA, zou de regering trots moeten zijn op
de voordelen die de Britse burgers worden geboden door de activiteiten van boe-
ren en landeigenaren. Hij doelde daarbij op voordelen op het gebied van land-
schap, levensmiddelen van hoge kwaliteit en het stimuleren van werkgelegenheid
en ondernemingszin op het platteland. Hij noemde publicatie van deze gegevens,
volledig buiten de context van het inkomsten- en uitgavenplaatje van een onder-
neming, "zonder betekenis". Zijn belangrijkste economische adviseur en voorma-
lig hoogleraar landbouweconomie aan de Universiteit van Reading, Allan
Buckwell, zei dat deze cijfers helemaal niet zijn gerelateerd aan de kosten die
gemoeid zijn met het afleveren van de diensten ten bate van de samenleving. De
betalingen worden niet gedaan aan diegenen die toch al het rijkst zijn, maar aan
diegenen die het land beheren en dat gebeurt naar rato van de hoeveelheid land
die wordt beheerd, naar de kwaliteit van het beheer en naar het respecteren van
de uiteenlopende omstandigheden door de landbeheerder. De voorzitter van de
NFU, Tim Bennett, reageerde met de opmerking dat 0,14% van de totale publieke
middelen in Engeland wordt gebruikt voor het beheer van 75% van het land in
Engeland. "Alsof dat geen waar krijgen voor je geld betekent". Hij zei verder dat de
lijst met rijke mensen in Engeland die ook GLB-subsidies ontvangen op geen enke-
le manier de realiteit van de inkomenssituatie van de meeste boeren in Engeland
weerspiegelt. In de jaren waarop de openbaarmaking betrekking heeft lag het
gemiddelde netto-inkomen van Engelse boeren op £ 13.000 (nog geen ¤ 20.000)
per jaar. Volgens Bennett voegen deze oude cijfers helemaal niets toe aan het
debat over de plaats van de landbouw in Engeland. Hij kondigde aan dat zijn orga-
nisatie binnenkort een onderzoek publiceert waaruit blijkt dat 74% van het
Engelse publiek er voorstander van is dat boeren belastinggeld ontvangen als
tegenprestatie voor het beheer van het platteland.
Een woordvoerder van Tate and Lyle wees erop, dat zijn bedrijf op grond van het
EU-suikerbeleid geen keuze heeft van wie het zijn grondstoffen koopt en wat hij
moet betalen voor suiker in ACP-landen. Die landen krijgen echter, aldus het
bedrijf, wel een voordelige toegang tot onze markten en zijn daardoor £ 250 tot
300 mln. (¤ 370 tot 440 mln.) beter af dan elders. Volgens het bedrijf zijn de marges
beperkt tot eenderde deel van die van de bietsuikerproducenten in het VK.
"Onze enige optie is export naar de wereldmarkt en de GLB-subsidies stellen ons in
8
staat dat te doen".
De regering heeft met deze publicatie de discussie over GLB-subsidies op scherp
gezet. Het politieke doel is helder: GLB-subsidies moeten zoveel mogelijk in diskre-
diet worden gebracht. Het is echter de vraag of op langere termijn dit politieke
doel met deze actie wordt gediend. Het VK zal binnen de EU slechts stapsgewijs
resultaten kunnen bereiken op weg naar verdere vermindering van het niveau van
bescherming van de landbouw. En deze manier van openbaarmaking stuurt de dis-
cussie vooral in een richting van rijken, die met hun grote handen geld van belas-
tingbetalers uit de staatskas graaien, geld dat zij eigenlijk, gezien hun inkomens-
positie, niet nodig hebben. Dat het hier slechts om een kleine minderheid van de
Engelse boerenstand gaat en dat de meeste boeren alle zeilen moeten bijzetten
om een gesmeerde boterham op tafel te krijgen, wordt volledig uit het oog verlo-
ren. Ook wordt volledig voorbijgegaan aan het feit dat sinds 1 januari 2005 de op
primaire agrarische activiteiten gerichte GLB-subsidies (het overgrote deel van het
bedrag waarover hier wordt gesproken) in het VK geheel ontkoppeld zijn van de
productie en dat deze binnen een periode van acht jaar geen enkele band meer
zullen hebben met productieomstandigheden uit het verleden. Deze wijze van
implementatie heeft minister Beckett gerechtvaardigd met de opmerking dat de
verstrekte overheidsmiddelen in feite een beloning moeten gaan vormen voor het
beheer van het landschap en voor de bescherming en versterking van de biodiver-
siteit, naast het op marktgerichte wijze produceren van levensmiddelen van hoge
kwaliteit. Een nieuw publiek debat over de GLB-subsidies zou afbreuk kunnen
doen aan deze motivering.
Japan: landbouwhervormingen
ma opgesteld over de ontwikkeling van de landbouw in de komende tien jaar,
onder meer met het oog op de ontwikkelingen in de WTO en de snelle vergrijzing
op het platteland. Het ministerie denkt dat met het plan de zelfvoorziening in tien
jaar tijd kan worden verhoogd van 40% nu naar 45% (op caloriebasis), en in waar-
de uitgedrukt van 70% naar 76%.
Hoewel alle belangrijke details later moeten worden ingevuld, is al wel duidelijk
dat in het programma geen ruimte meer bestaat voor het traditionele prijsbeleid
dat Japan decennia heeft gevoerd, met daarin een hoofdrol voor ondersteuning
van de rijstproductie. Volgens de plannen zal Japan de boeren in de toekomst gaan
ondersteunen via een systeem van inkomenssubsidies zoals de EU dat kent. Een
centrale rol is weggelegd voor `kernboeren': boeren die door schaalvoordelen con-
currerend kunnen produceren. Hoe zo'n boer eruit ziet, blijft onbenoemd, het zou
volgens betrokken ambtenaren kunnen neerkomen op een boer die meer dan 4
ha. land beheert bij een gemiddeld areaal nu van 1,6 ha. Evenmin wordt duidelijk
hoe kernboeren gevonden worden. Wel zegt het plan dat er over tien jaar tussen
de 330.000 tot 370.000 van zullen zijn, op een totaal van tegen die tijd 2,3 miljoen
boeren. Nu zijn er ongeveer nog 2,9 miljoen. Een heikel en onaangeroerd element
is voorts wat er gebeuren gaat met boeren die niet tot deze selecte groep van
kernboeren gaan behoren. In de politieke context van Japan is het duidelijk dat ze
niet geheel aan hun lot zullen worden overgelaten. Voor een deel kunnen ze zich
verenigen in collectieve agrarische eenheden die ook voor inkomenssubsidie in
aanmerking komen.
Een tweede pijler van het programma is de betrokkenheid bij de landbouw van
(verwerkende) bedrijven. Tot nu toe was deze betrokkenheid een taboe en bleef
deze beperkt tot enkele experimenten in speciale dereguleringszones. Agrarisch
grondbezit blijft ook in de toekomst uitgesloten; volgens het ministerie moeten
bedrijven wel langlopende pachtcontracten kunnen aangaan. Het nakomen van de
verplichtingen op grond van het Kyoto-protocol is daarbij een extra stimulans.
Hoewel Japan meent zich in de WTO goed ingedekt te hebben met de bepaling dat
---
`gevoelige producten' kunnen worden uitgezonderd van rigoureuze hervormin-
gen, beseft men dat de speelruimte beperkt is. Ook in diverse onderhandelingen
over vrijhandelsakkoorden lopen handelspartners voortdurend te hoop tegen de
afgesloten landbouwmarkten. Van groter gewicht in de beleidsoverwegingen zijn
de vergrijzing op het platteland en de her en der optredende leegloop. Het is cruci-
aal dat Japan daar snel een antwoord op formuleert. De om de gunst van het elec-
toraat vechtende politici hoeven zich echter niet in de eerste plaats zorgen te
maken over de situatie in de landbouw in 2015. Het valt daarom te verwachten dat
er later dit jaar een beleidsplan uitkomt dat pijnlijke keuzes achterwege laat.
Mexico: suikerperikelen
Mexico is één van de grootste suikerproducenten van de wereld, met een
opbrengst van meer dan 5,2 miljoen ton in 2004. Voor de eerste keer in tien jaar
moest in 2003, na een tegenvallende productie, suiker worden ingevoerd. Voor
2004, toen weer import nodig was, werd een invoerquotum vastgesteld van bijna
123.500 ton. De voedselindustrie verwelkomde de beslissing om suikerinvoer toe
te staan. De mogelijkheden om over te gaan op andere zoetstoffen wordt namelijk
beperkt door een belasting van 20% op fris(suiker)dranken met maïssiroop met
een hoog fructosegehalte (HFCS). Lokale maïsproducenten hadden gehoopt dat de
regering frisdrankproducenten zou aanmoedigen om lokaal vervaardigde HFCS te
gebruiken door een verlaging van de belasting op het gebruik daarvan.
De belasting op frisdranken, gezoet met HFCS, eerder al oorzaak van een handels-
dispuut met de Verenigde Staten, wakkert ook een dispuut aan binnen Mexico. De
heffing is in 2002 ingesteld als vergelding voor een oud verbod van de VS op suiker-
import uit Mexico. De Verenigde Staten hebben het geschil aan de orde gesteld bij
de Wereldhandelsorganisatie: de heffing zou illegaal zijn. Volgens de vice-president
van de Mexicaanse suikerindustrieassociatie is de belasting echter rechtmatig. De
VS hebben Mexico in het verleden overspoeld met HFCS, terwijl tegelijkertijd de VS
de import van Mexicaanse suiker tot een absoluut minimum beperkten.
Tegenstanders van de belastingheffing claimen dat dit de nationale suikermarkt
uit balans heeft gebracht en hogere suikerprijzen tot gevolg heeft gehad.
Mexicaanse producenten van maïssiroop hebben ongeveer 90% van hun afzet ver-
loren en willen dat de belastingheffing wordt afgeschaft of ten minste verlaagd.
De lokale frisdrankenindustrie, alhoewel rechtstreeks benadeeld, neemt een ambi-
valente houding in, vooral omdat de meeste van deze bedrijven tevens suikerpro-
ducent zijn. President Fox is tegen de belastingheffing en wilde deze afschaffen.
Hij kreeg hiervoor echter geen meerderheid in het Congres.
De Mexicaanse suikerprijzen zijn sinds 2001 met meer dan 40% gestegen, maar de
productie is nog niet toegenomen. De officiële import is onvoldoende om in de
vraag te voorzien. Het tekort wordt nu door zeer vindingrijke smokkelaars aange-
vuld. De hoge suikerprijzen hebben geleid tot fabriekssluitingen en ontslagen in
de zoetwaren- en chocoladeindustrie. Zo betekenen de hoge suikerprijzen dat de
Mexicaanse chocoladeproducenten niet kunnen concurreren op de internationale
markt. De minister van Landbouw heeft een langetermijnvisie: een lagere consu-
mentenprijs zou door hogere productiviteit, zoals meer efficiency door modernise-
ring van het productieproces, teweeggebracht moeten worden.
Verenigde Staten: teleurstelling over katoenuitspraak
De Verenigde Staten zijn teleurgesteld over de uitspraak van de
Wereldhandelsorganisatie (instantie voor beroepszaken, de Appellate Body (AB))
inzake katoen en overwegen vervolgstappen. De AB, die op 3 maart de uitspraak
deed, stond bij vrijwel alle kritieke punten aan de kant van aanklager Brazilië. Het
panel oordeelde dat verschillende Amerikaanse steunprogramma's voor katoen
een neerwaartse druk uitoefenen op de wereldprijzen voor katoen, ten nadele van
Braziliaanse katoenboeren. Ook zouden de Verenigde Staten van 1999 tot en met
10
2002 de afgesproken limiet voor katoensubsidies overschreden hebben en daar-
mee afstand hebben gedaan van bescherming, gebruik makend van de zogenaam-
de `peace clause'.
Het AB bevestigde daarnaast de uitspraak van een eerder WTO-panel dat verschil-
lende soorten betalingen steun verlenen aan een specifiek product: katoen. De
Verenigde Staten hadden beargumenteerd dat deze steun niet specifiek was,
omdat deze losgekoppeld is van productie (de betalingen zijn gebaseerd op histo-
rische teelt) en dat ook subsidie werd verleend aan telers van andere gewassen
dan katoen en zelfs als het land geheel niet werd verbouwd.
Op dit moment buigen de regering-Bush, het Congres en verschillende handelsor-
ganisaties zich over de uitspraak, die overigens uit bijna 300 pagina's bestaat en
over de mogelijke gevolgen daarvan. Het is in ieder geval duidelijk dat grondige
coördinatie en consultatie zullen plaatsvinden tussen de verschillende
Amerikaanse belanghebbenden.
Volgens de regels van de WTO moet de beslissing van het AB binnen 30 dagen
worden overgenomen door het Dispute Settlement Body van de WTO. Daarna krij-
gen de Verenigde Staten 30 dagen de tijd om bekend te maken op welke wijze de
bevindingen van het AB zullen worden geïmplementeerd. Brazilië en de Verenigde
Staten kunnen vervolgens afspraken maken over de datum waarop de wijziging
van kracht wordt. Indien de partijen niet tot overeenstemming komen, zal een
arbiter een termijn vaststellen. Als onderdeel van de uitspraak krijgen de
Verenigde Staten en Brazilië vervolgens vijftien maanden de tijd om tot een schik-
king te komen. Indien Brazilië ook daarna niet tevreden is, kan het naar een vol-
gend WTO-panel stappen voor het vaststellen van terugbetaling. De termijn voor
twee programma's loopt echter zeer binnenkort af. In het besluit staat dat de
Amerikaanse overheid zowel bij de Amerikaanse `export credit guarantees' als het
`Step 2 payment program' ongeoorloofde subsidies verstrekt. Dit houdt in dat de
Verenigde Staten verplicht zijn, door middel van internationale handelsafspraken,
de toekenning van deze subsidies met onmiddellijke ingang stop te zetten.
Vanwege de uitspraak van een eerder WTO-panel over deze zaak, betekent dit con-
creet dat de Verenigde Staten tot 1 juli 2005 de tijd krijgen om aan deze eis te vol-
doen. Het wordt ten zeerste betwijfeld of de regering-Bush zich aan deze termijn
zal houden. De eventuele terugbetaling voor het `Step 2'-programma mag gelijk
zijn aan de uitgaven van het programma, momenteel rond $ 230 mln. Het bedrag
van het `export credit'-programma is lastiger te berekenen. Katoenexporten op
basis van het programma hadden een waarde van $ 470 mln. in 2004, maar de VS
zullen beargumenteren dat het subsidiedeel aanmerkelijk lager ligt.
De verwachting is dat de WTO-beslissing een aanmerkelijk effect zal hebben op de
Doha-ronde én op het ontwerp van het toekomstige landbouwbeleid van de VS.
Gespeculeerd wordt dat de gevolgen verder zullen reiken dan alleen katoen en dat
ook subsidieprogramma's voor andere gewassen op het spel komen te staan, niet
alleen in de VS maar mogelijk ook in de Europese Unie.
---
Economische en
handelsaangelegenheden
België: daling koop bioproducten
De aankoop van biologische versproducten blijft dalen, maar minder sterk dan
voorheen. Dat blijkt uit onderzoek van het Vlaams Centrum voor Agro- en
Visserijmarketing (VLAM). De Belgen kochten in 2004 voor ¤ 197 mln. aan verse
bioproducten, een daling met 7,8% tegenover een jaar daarvoor. In 2003 daalde de
omzet van biologische versproducten nog met bijna een kwart. Vooral biologisch
gevogelte en vlees worden minder gekocht.
Na de dioxinecrisis in 1999 liep het storm voor biologische producten. De biohype
duurde tot 2002, waarna de aankoop van biologische voeding terugviel. In 2003
bedroeg de omzet van biologische versproducten ¤ 214 mln., 24,9% minder dan
een jaar eerder. Vooral biologisch vlees kende een zware terugval. Meer en meer
consumenten vielen terug op traditionele vleesproducten. Vorig jaar brokkelde het
succes van bio af naar ¤ 197 mln., een gemiddelde van ¤ 19 per Belg. Het markt-
aandeel van bio in de totale gezinsbestedingen aan verse producten daalde van
2,2% in 2002 tot 1,5% vorig jaar. Biofruit was vorig jaar een sterke stijger: zowel het
aantal kopers als de omzet nam toe. Het verbruik van biologische groenten, brood,
zuivel en eieren bleef stabiel. Groenten zijn nog altijd het meest populair met een
marktaandeel van 21%, gevolgd door vlees (15%), fruit en zuivel (beiden 13,4%).
Iets meer dan de helft van de verse bioproducten, 56%, werd vorig jaar in de
warenhuizen verkocht. Dat is 6% meer dan in 2003. Het stijgende marktaandeel
van de warenhuizen voor biovoeding gaat ten koste van de speciaalzaken. Hun
marktaandeel kromp van 30 naar 23%.
Spanje: landbouwverzekeringen
Het ministerie van Landbouw heeft voor dit jaar ongeveer ¤ 224 mln. gereserveerd
voor premies voor landbouwverzekeringen van boeren en tuinders. De autonome
gewesten dragen hier nog een extra bedrag aan bij. Hierdoor wordt ongeveer de
helft van de verzekeringspremie door de overheid betaald. De steun wordt aange-
vuld met belastingmaatregelen die kunnen variëren van vrijstelling van BTW en
onroerendgoedbelasting tot verlaging van de inkomstenbelasting. Ten aanzien
van de door de laatste koudegolven geleden schade heeft de regering tot nu toe
alleen nog gezegd dat schade vergoed zal worden. Het definitieve aantal schade-
uitkeringen en de hoogte ervan hangen af van de gegevens van de autonome
gewesten. Naar verwachting zullen deze over een maand zijn ingediend.
Spanje: stijgende verkoop tractoren
Mede dankzij de subsidie die voor de aanschaf van nieuwe tractoren wordt gege-
ven stijgt de verkoop langzaam. Zo werden in 2004 bijna 19.881 meer tractoren
verkocht dan in 2003, een stijging van 4,3%. Marktleiders zijn John Deere (32%),
New Holland (19%)en Agco (11%). Maar ook overige landbouwmachines worden
beter verkocht: grondbewerkers (+ 13%), verwerkingsmachines (+ 7,6%) en
zaai/plantmachines (+ 4,4%).
12
Verenigd Koninkrijk: evaluatie gedragscode supermarkten en
leveranciers
Het lang verwachte rapport van de Office of Fair Trading (OFT), de instantie die
zich bezighoudt met het toezicht op de uitvoering van het mededingingsbeleid in
het Verenigd Koninkrijk, over de werking van de gedragscode voor de relaties tus-
sen supermarkten en leveranciers bevat weinig conclusies. De conclusie dat er
geen sprake is van wijdverbreide inbreuken op de gedragscode is gebaseerd op de
even belangrijke, dat er geen bewijzen van inbreuken zijn omdat leveranciers geen
gebruik maken van de klachtenprocedure, uit angst om hun contracten te verlie-
zen. Dit is in tegenspraak met feiten over het gedrag van supermarkten in hun con-
tacten met leveranciers. Opvallend is dat de OFT zijn bevindingen tot 31 mei 2005
openstelt voor publieke discussie en daarmee in feite leveranciers alsnog uitnodigt
met klachten op de proppen te komen.
De OFT trekt op basis van 500 supermarkt/leverancierrelaties de conclusie dat de
supermarkten zich over het algemeen aan de code houden. Een echte inbreuk is dat
betaald wordt om bij een supermarktketen op de plank te komen. Daarover zijn 44
klachten bij Safeway genoteerd, met bedragen variërend van £ 10.000 (¤ 14.500) tot
£ 2,5 mln. (¤ 3,6 mln.). Safeway is echter overgenomen door Morrison's en nadien
zijn dit soort praktijken niet meer geconstateerd. Twee vergelijkbare klachten zijn
ten aanzien van Sainsbury's genoteerd, maar dit lijken `bedrijfsongevallen' te zijn.
Omdat geen van de leveranciers formeel heeft geklaagd over deze betalingen, vindt
de OFT formele actie op dit punt nu niet op zijn plaats. De OFT zal geen voorstellen
doen om de code aan te passen, onder meer omdat aanpassing van het mechanisme
van conflictoplossing niet zal bijdragen aan het oplossen van het voornaamste pro-
bleem, namelijk niet durven klagen uit angst om het contract te verliezen.
De OFT wil de komende tijd bewijzen en meningen ontvangen over een aantal
zaken die verschillende ngo's eind vorig jaar aan de orde hebben gesteld. De ngo's
vroegen om onderzoek naar de gevolgen van het steeds verder oprukken van de
grote supermarktketens in de wereld van de buurtwinkels; naar de groei in de ver-
kopen van niet-voedingsmiddelen en de effecten van het beneden de kostprijs ver-
kopen en het stunten met prijzen. De OFT zelf heeft duidelijk gesignaleerd dat zich
sinds 2000 structurele veranderingen binnen de levensmiddelendetailhandel heb-
ben voorgedaan. De kracht van (enkele) supermarktketens is verder toegenomen
en de onderhandelingspositie van de leveranciers is verslechterd.
De supermarktketens hebben over het algemeen positief gereageerd op het rap-
port. Naar hun mening wordt bevestigd wat zij altijd al hebben beweerd, namelijk
dat de supermarkten leven volgens de regels van de gedragscode. Tesco behandelt
inmiddels klachten over de werking van de code op anonieme basis en heeft nu
aangekondigd dat een senior personeelslid zich zal gaan bezighouden met de
implementatie van de code en met de relaties van de inkopers met ongeveer 3.000
leveranciers. Concurrent Asda zei ook verheugd te zijn met de uitkomsten van het
onderzoek en dat de resultaten van de uitkomsten van eigen (anoniem) onderzoek
hiermee zijn bevestigd. Ook volgens Sainsbury's bevestigen de onderzoeksresulta-
ten de uitkomsten van eigen periodiek overleg met leveranciers.
Volgens de Association of Convenience Stores is het naïef en paternalistisch om
leveranciers te adviseren om boven hun angsten uit te stijgen en te klagen wan-
neer er sprake is van een inbreuk op de code. De resultaten van het onderzoek
maken volgens deze organisatie pijnlijk duidelijk dat de buitengewone inkoop-
kracht van de supermarkten de code onwerkbaar maakt. De landbouwwoordvoer-
der van de Liberaal-Democraten in het Lagerhuis, Andrew George, zei niet verrast
te zijn door de resultaten van het onderzoek en het al helemaal niet verrassend te
vinden dat leveranciers niet met hun klachten naar buiten komen. "De supermark-
ten hebben hen in een ijzeren greep", aldus de Liberaal-Democraat, die bekend is
vanwege zijn pleidooien in het parlement voor aanscherping van de code en voor
het aanstellen van een aparte ombudsman op dit terrein binnen het OFT. Friends
13
of the Earth bepleit eveneens de aanstelling van een ombudsman, maar dan een
volledig onafhankelijke. De National Farmers' Union zei een groot voorstander te
zijn van concurrentie, maar het tevens zeer noodzakelijk te vinden dat het klimaat
van angst wordt aangepakt. Dat zou kunnen via het door de NFU ontwikkelde
`Buyer's Charter', dat beoogt vertrouwen en doorzichtigheid in de gehele keten te
bevorderen. NFU-voorzitter Tim Bennett wijst erop dat het rapport de beperkingen
van de bestaande gedragscode erkent en dat is conform de mening van de NFU.
Verenigde Staten: voorspellingen agrarische handelsbalans
Het overschot van de agrarische export is altijd een lichtpunt geweest in de
Amerikaanse handelsbalans. Maar als gevolg van de stijgende agrarische invoer is
dit overschot de afgelopen 40 jaar steeds kleiner geworden. Als deze trend doorzet,
is er een goede kans dat in 2006 de agrarische invoer de export zal evenaren of
mogelijk zelfs overtreffen. Volgens de laatste voorspelling van het Amerikaanse
ministerie van Landbouw (USDA), gepubliceerd op 24 februari, zal de waarde van
de agrarische export in 2005 oplopen tot $ 59 mld., dit is $ 3 mld. meer dan aan-
vankelijk geraamd. De stijging is met name het gevolg van de toegenomen export
van varkensvlees, katoen en producten van oliezaden. De export van vlees, pluim-
veevlees en zuivelproducten ligt $ 700 mln. hoger dan aanvankelijk geschat.
Ongeveer de helft daarvan is het gevolg van de toegenomen vraag naar varkens-
vlees. De verwachting is dat de export van varkensvlees de 800.000 ton zal bereiken
in 2005. Volgens voorspellingen zal de katoenexport met 100.000 ton stijgen naar
een waarde van $ 300 mln. en die van oliezaden met 1,6 miljoen ton, een waarde
van $ 1,2 mld. Vanwege grote concurrentie met Argentinië voorspelt het USDA dat
de export van maïs, ondanks een grote oogst dit jaar, met 4 miljoen ton zal afnemen.
Meer dan eenderde van alle Amerikaanse agrarische export gaat naar Azië, ter
waarde van $ 20,7 mld. Waarschijnlijk zal China voor $ 4,6 mld. aan agrarische pro-
ducten kopen. Het belangrijkste agrarische exportland voor de VS is nog steeds
Canada met een geschatte exportwaarde van $ 10,2 mld., gevolgd door Mexico
($ 8,5 mld.) dat mogelijk Japan ($ 7,7 mld.) van de tweede plaats zal verdringen in
2005. Naar verwachting zal ter waarde van $ 7 mld. naar de EU worden geëxpor-
teerd. De opstellers van de exportverwachtingen zijn er overigens vanuit gegaan
dat een aantal belangrijke markten voor de export van Amerikaans rundvlees
gesloten blijft gedurende 2005, waaronder de Japanse markt.
De agrarische invoer zal stijgen tot een recordbedrag van $ 58 mld. Deze toename
wordt, volgens het USDA, met name veroorzaakt door de grote vraag naar etni-
sche voedingsmiddelen en het waardeverlies van de Amerikaanse dollar.
Tuinbouwproducten zijn verantwoordelijk voor 50 tot 60% van de stijging in
invoer, maar ook de invoer van levend vee, rundvlees en snacks draagt daaraan bij.
Als gevolg van het heropenen van de grens voor levend vee uit Canada voorspelt
het USDA dat in 2005 2,5 miljoen stuks rundvee in de Verenigde Staten worden
geïmporteerd, met een waarde van $ 2 mld. Het rapport, genaamd `Outlook for
U.S. Agricultural Trade' is beschikbaar via http://www.fas.usda.gov/cmp/out-
look/2005/feb-25/AES45Feb05.pdf.
Verenigde Staten: herberekening verhoogde invoertarieven
garnalen
De International Trade Administration (ITA) van het ministerie van Handel heeft
begin februari de geamendeerde definitieve antidumpingtarieven voor de invoer
van garnalen uit Brazilië, Ecuador, India, China, Vietnam en Thailand bekend
gemaakt. Deze geamendeerde tarieven zijn het gevolg van herberekeningen van
de ITA, die kennelijk bij de oorspronkelijke vaststelling van de antidumpingtarie-
ven een aantal verkeerde calculaties heeft gemaakt, zogenaamde `ministerial
errors'. Voor een aantal bedrijven uit eerder genoemde landen, bijvoorbeeld
Brazilië, pakt deze herberekening positief uit en wordt het extra invoertarief aan-
14
merkelijk verlaagd. Voor een aantal andere bedrijven, onder meer uit Vietnam,
pakt de herberekening negatief uit.
Inmiddels heeft het ministerie de overheidsautoriteiten van India en Thailand aan-
geboden om experts te sturen, zodat deze zich persoonlijk op de hoogte kunnen
stellen van de gevolgen van de tsunami op de garnalenindustrie. Die informatie
zal worden gebruikt om te beoordelen of er redenen zijn de tarieven aan te passen.
Overigens heeft de Amerikaanse overheid in het belastingjaar 2004 (van 1 oktober
2003 tot 30 september 2004) $ 284 mln. uitbetaald aan `getroffen' sectoren door
middel van het Byrd-amendement. In totaal is sinds het van kracht worden van
deze maatregel in 2000 meer dan $ 1 mld. uitbetaald aan Amerikaanse bedrijven,
die met succes antidumpings- en countervailingtariefpetities hebben ingediend bij
de internationale handelscommissie.
Verenigde Staten: onderzoek relatie landbouwsubsidies en
plattelandsontwikkeling
De economische voorlichtingsdienst (ERS) van het ministerie van Landbouw gaat
in een artikel in het maandblad Amberwaves in op de mogelijke samenhang tus-
sen landbouwsubsidies en de vitaliteit van plattelandsgebieden. De veronderstel-
ling is dat de steunbetalingen bijdragen aan de lokale economie, doordat boeren-
huishoudens financieel gezonder zijn en lokaal goederen en diensten aanschaffen.
De ERS-onderzoekers hebben echter niet kunnen vaststellen dat deze landbouw-
subsidies, die inmiddels al tientallen jaren worden betaald, een bijdrage leveren
aan het behoud van plattelandsgemeenschappen. Veel gebieden, die consistent
hoge betalingen hebben ontvangen uit steunprogramma's, blijken steeds meer
bevolking te verliezen, zelfs gedurende perioden dat andere plattelandsgebieden
een toename in de bevolking zagen.
Uit recent onderzoek van de ERS naar de verschillen tussen bevolkingsveranderin-
gen in gebieden die relatief veel steunbetalingen hebben ontvangen en andere
plattelandsgebieden, is gebleken dat deze verschillen geassocieerd worden met
een aantal niet-agrarische factoren. Met name natuurlijke voorzieningen, zoals een
gematigd klimaat, een combinatie van bossen en open gebieden en waterrijke
gebieden, blijken in sterke mate verband te houden met een stijging van het aantal
inwoners en het aantal arbeidsplaatsen. Het blijkt dat deze natuurlijke `rijkdommen'
relatief zeldzaam zijn in agrarische gebieden met substantiële betalingen uit land-
bouwprogramma's. Ook andere factoren, zoals de grote afstand van steden en de
beperkingen van een kleine nederzetting, beperken de mogelijkheden van deze
agrarische gebieden om nieuwe bewoners te trekken en daarmee nieuwe indus-
trieën. De ERS concludeert dat de huidige landbouwsteunprogramma's onvol-
doende ingaan op de oorzaken van de ontvolking van het Amerikaanse platteland.
Het ERS artikel is beschikbaar via http://www.ers.usda.gov/AmberWaves/.
Zuid-Korea: invloed handelsbetrekkingen Zuid-Korea en Chili
Het vrijhandelsakkoord tussen Zuid-Korea en Chili is nu ongeveer een jaar van
kracht. Verwacht werd dat het akkoord grote invloed zou hebben op de Koreaanse
landbouw, die niet zou kunnen concurreren met bepaalde Chileense produkten.
Uiteindelijk blijkt dit mee te vallen. Uiteraard is de import van Chileense wijn
omhoog geschoten: met zo'n 150% tot US $ 9 mln., maar daar heeft de Koreaanse
landbouw niet zo'n last van. Voor Nederland is belangrijk dat ook de import van
Chileens varkensvlees geleidelijk toeneemt, onder invloed van een afgesproken,
afnemend tarief. In 2004 was Chili de grootste varkensexporteur naar Zuid-Korea.
Los van de concurrentiepositie met Chili hebben duizenden fruittelers in Zuid-
Korea hun productie trouwens al opgegeven en steun aangevraagd bij de overheid.
15
Agro-industrie
België: introductie Brahma
Biergigant InBev introduceert zijn Braziliaanse bier Brahma de komende weken in
vijftien landen. Het spits wordt 1 april afgebeten in België. Het wordt, na Stella
Artois en Beck's, het derde wereldmerk van de Belgisch-Braziliaanse biergroep.
Gedurende zes maanden hebben 500 mensen aan de industriële en commerciële
voorbereiding gewerkt. Brahma heeft een lage bitterheid en geen nasmaak. Dit
laatste is een van de argumenten waarmee de brouwer ook een vrouwelijk publiek
hoopt aan te trekken. InBev richt zich met het bier vooral op de categorie 21- tot
35-jarigen. De lancering gebeurt in onder meer de Verenigde Staten, Canada,
Rusland en diverse landen van West-Europa. Nooit eerder was er een lancering van
die omvang in de biersector. De Brahma die in België wordt verdeeld, wordt
gebrouwen in het Nederlandse Dommelen. Wereldwijd hoopt InBev tegen 2007
zo'n 1,5 miljoen hl. Brahma te verkopen, goed voor ¤ 30 mln.
België: zelfstandige voedingswinkels
De zelfstandige voedingswinkels uit de kleinhandelsgroep Delhaize zijn samen
groter geworden dan de winkels die op zelfstandige basis samenwerken met
Carrefour. De winkels van AD Delhaize spannen de kroon in omzet en winstge-
vendheid. Dit blijkt uit een studie van onderzoeksbureau Marketing Map.
Sinds de vorige studie uit 2002 zijn volgens Marketing Map duidelijke tendensen
waar te nemen. De eerste is dat het aantal buurtwinkels toeneemt. Vooral GB
Contact en Proxy Delhaize zagen hun aantal winkels groeien. Ook winkels van
Shop'n Go (Delhaize) en GB Express (Carrefour) schoten als paddestoelen uit de
grond. Spar is met zijn 387 winkels het meest verspreide uithangbord in België.
Dan volgen de franchisenemers van GB (Carrefour) met 351 locaties, direct
gevolgd door de zelfstandige partners van Delhaize. Louis Delhaize telt er 292.
Andere namen uit de top tien van Marketing Map zijn Prima (167), Supra (81), Alvo
(72), Intermaché (62), Samgo-Integros (44) en Champion (22).
Onder de paraplu van Delhaize zitten drie ketens van zelfstandige voedingswin-
kels: AD-Delhaize, Proxy Delhaize en Shop'n Go. De drie waren vorig jaar goed
voor een omzet (inclusief BTW) van 1,78 mld. euro. De franchisenemers van GB
(Super GB Partner, GB Contact en GB Express) kwamen uit op 1,70 mld. euro. In
2002 waren deze GB-partners de grootste in omzet, maar die koppositie raakten ze
in 2003 kwijt. AD Delhaize was met een omzet van ¤ 1,42 mld. vorig jaar de groot-
ste, voor Super GB Partner met ¤ 1,21 mld. Gemeten naar omzet per vierkante
meter is GB Express ¤ 9.626 per vierkante meter groter dan Louis Delhaize (¤ 6.506),
AD Delhaize (¤ 6.170) en Intermarché (¤ 5.587).
Marketing Map heeft ook naar de rentabiliteit gekeken. Gemiddeld haalden de
zelfstandige voedingswinkels een bedrijfsmarge van 1,50%, tegenover een marge
van 1,16% drie jaar geleden. De marge van 1,50% is overigens lager dan het
gemiddelde voor de hele kleinhandelssector, die op 1,90% uitkomt. Terwijl Colruyt
met een rendement van 6,1% de beste is van de grote winkelgroepen, is AD
Delhaize dat in de groep van zelfstandige voedingswinkels. AD Delhaize haalt een
exploitatiemarge van 2,4%. GB Express volgt met 2,3%. De rest van de top tien
16
bestaat uit Louis Delhaize (2,1), Spar Superette (2,1), Proxy Delhaize (2,0), Prima
(1,8), Supra (1,7) en Spar Lambrechts (1,6).
België: winst voor Duvel Moortgat
De beursgenoteerde brouwer Duvel Moortgat heeft in 2004 een nettowinst
geboekt van ¤ 7,99 mln. Dat is een stijging met 20,3%, hetgeen in lijn ligt met de
verwachtingen. De omzet groeide met 8,4% tot ¤ 71,4 mln. De bieren van Duvel
Moorgat zitten in de lift. De verkoop van de luxepils Vedett is het afgelopen jaar
zelfs verdubbeld. Alleen de verkoop van Bel-pils is in 2004 gestabiliseerd. De omzet
van Duvel steeg wereldwijd met 9%. Onder meer de abdijbieren van Maredsous
gingen met 15,7% vooruit. De verkoop van Duvel en Maredsous wordt verder uit-
gebreid op alle prioritaire markten van Duvel Moortgat. Behalve België zijn dat
Frankrijk, Nederland, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten. De acties
rond Vedett worden vooral op de Belgische markt geconcentreerd.
De omzet van vruchtensappenfabrikant Freya is het afgelopen jaar gegroeid met
7,3%. In augustus 2004 verkocht Duvel Moortgat die activiteiten aan Konings, de
makers van Trudo uit Zonhoven. Konings verwierf zo de merknaam en de clientèle
van Freya's Deli Fruit. De productie bleef tot 31 december vorig jaar bij Freya.
Behalve in België met 6,5% meer omzet, gingen ook de andere prioritaire markten
erop vooruit: Frankrijk (+ 10,3%), Nederland (+ 2,7%), het VK (+ 9,3%) en de VS
(+ 40%). Voor 2005 verwacht Duvel Moortgat 5% meer omzet en 5 à 7% meer
nettowinst. De brouwer plant dit jaar voor ¤ 8 mln. aan investeringen. De raad van
bestuur stelt een brutodividend voor van ¤ 0,58, tegenover ¤ 0,53 vorig jaar.
België: Colruyt blijft goedkoop
Het prijsverschil tussen de goedkoopste en de duurste supermarkt kan tot 30%
oplopen. Dat blijkt uit een vergelijking die consumentenorganisatie Test-Aankoop
heeft gedaan bij bijna 700 supermarkten. Hieruit blijkt dat Colruyt de goedkoopste
keten blijft, gevolgd door Carrefour en Makro. Onderzoekers van Test-Aankoop
hebben tussen 5 en 20 oktober 2004 700 supermarkten van verschillende ketens
bezocht. Daar noteerden ze meer dan 100.000 prijzen in drie categorieën. Ze koch-
ten 141 merkproducten, 73 witte producten of de goedkoopste producten die
beschikbaar waren en 62 producten van de huismerken van de ketens. De discount-
ketens Aldi en Lidl zijn niet opgenomen, omdat ze geen merkproducten verkopen.
Voor een gemiddelde consument, die 70% merkproducten koopt en 30% huispro-
ducten, blijft Colruyt het goedkoopste. Delhaize daalt in de rangorde. In 2003 was
Delhaize 18 à 29% duurder dan Colruyt. Dat verschil is vorig jaar opgelopen tot 24
à 36%. Ook de keten Match zakt. Als de prijzen per categorie vergeleken worden,
valt de score echter iets anders uit. Bij merkproducten blijft Makro de goedkoopste
keten, net als vorig jaar, op de voet gevolgd door Colruyt, dat 3% duurder is dan
Makro. Ook de allergoedkoopste winkel is een Makro-filiaal. Daarna komen ketens
als Delhaize, Carrefour, Super GB en AD Delhaize, die 9 tot 15% duurder zijn dan het
goedkoopste Makro-filiaal. Delhaize scoort gemiddeld 13% slechter dan Makro.
Delhaize wordt in dit segment nog duurder in vergelijking met het onderzoek van
vorig jaar. De goedkoopste producten van Delhaize zijn 55% duurder dan bij
Colruyt. De hekkensluiters zijn Louis Delhaize, Delhaize City, De Spiegeleer en
Ronse, waar deze producten meer dan 100% duurder zijn. Bij de huismerken wordt
de ranglijst aangevoerd door Makro met het merk Aro. Op de tweede plaats staat
het kleine Leader Price, dat maar twee verkooppunten in België heeft. De
Carrefour-producten zijn gemiddeld 18% duurder dan de Aro-producten. In de GB-
winkels betaal je zo'n 39% meer. Onderaan de lijst staan Spar en Match. Aldi en Lidl
zijn ook in deze lijst niet opgenomen omdat ze geen huismerken hebben.
17
Akker- en tuinbouw
Spanje: teveel suiker in 2004
In 2004 is in Spanje 1.057.000 ton suiker geproduceerd. Dat is opnieuw 1 miljoen
ton meer dan het quotum, maar nog steeds minder dan de nationale behoefte van
1.200.000 ton.
18
Veehouderij en zuivel
Spanje: imkers protesteren tegen invoer
Ongeveer 3.000 imkers hebben 16 maart een grote demonstratie in Madrid gehou-
den. Zij eisten schadevergoeding voor de dood van veel bijenvolken door koude
en droogte, maar vooral voor de schade door invoer uit China. De prijs van
Chinese honing bedraagt nog geen 1,20 ¤/kg, terwijl de Spaanse kostprijs rond de
¤ 2 ligt.
Verenigde Staten: dieridentificatiesysteem
De veterinaire en fytosanitaire dienst (APHIS) van het ministerie van Landbouw
(USDA) heeft een nieuwe website gelanceerd die geheel gericht is op informatie-
verstrekking over het dieridentificatie- en registratiesysteem (NAIS). NAIS heeft als
doel om binnen 48 uur informatie te verschaffen over de identiteit van alle dieren
en locaties die mogelijk in contact zijn gekomen met een besmettelijke dierziekte.
Tijdens de laatste bijeenkomst van Amerikaanse veehouders in San Antonio, Texas,
begin februari stond het onderwerp tevens zeer hoog op de agenda. Er bestond
veel belangstelling onder de veehouders voor de projecten die op dit moment in
de Verenigde Staten plaatsvinden. Daarnaast werden vragen gesteld over informa-
tievoorziening aan kleinere veehouders, het traceren van individuele dieren in uit-
gestrekte voedsel- en leefgebieden en wanneer een nationaal dieridentificatiesys-
teem ingevoerd zal worden. Sprekers tijdens de bijeenkomst gaven aan dat alleen
al de pilots minimaal twee tot drie jaar in beslag zullen nemen. Minister Johanns
had tijdens zijn recente getuigenis voor de landbouwcommissie van de Senaat al
aangegeven dat het mogelijk tien jaar kan duren voordat een nationaal identifica-
tiesysteem in werking is. APHIS zal in 2005 ongeveer $ 33 mln. ontvangen voor de
implementatie van het NAIS. Het USDA heeft daarnaast in belastingjaar 2004
$ 18,8 mln. overgedragen van de Commodity Credit Corporation ten behoeve van
het NAIS.
De NAIS-website van het USDA is: http://www.usda.gov/nais.
19
Visserij en aquacultuur
Spanje: witboek in aantocht
De staatssecretaris voor Visserij heeft opnieuw gezegd dat hard gewerkt wordt
aan een Witboek over de visserij. Daarin zal de stand van de vloot, met alle sterk-
tes en zwakheden, worden beschreven. Het is nog niet duidelijk wanneer het
Witboek zal worden gepubliceerd. Het ministerie heeft inmiddels al wel aangege-
ven dat er in 2004 13.997 vissersschepen waren, waarvan er 6.451 (46%) ouder zijn
dan dertig jaar. Iets meer dan 18% is tussen de 20 en 30 jaar oud. Het grootste deel
(6.340 schepen) vist in de nationale wateren. Slechts 53 schepen vissen in EU-wate-
ren en 16 op de Atlantische en Indische oceaan. Deze aantallen omvatten niet de
schepen die onder andere vlag eveneens voor Spanje vissen.
Spanje: steun voor verhoogde brandstofprijzen
De regering heeft in januari overeenstemming met de vissers bereikt over schade-
loosstelling voor de hoge brandstofprijzen in 2004. De steun zal met een coëffi-
ciënt van ¤ 0,06 worden berekend op het dieselverbruik in 2004, tot een maximum
van ¤ 3.000 per schip. De overheid zal maximaal ¤ 15,2 mln. betalen.
Spanje: steun voor wegvallen visserij met Marokko
Toen het EU-visserijakkkoord met Marokko in 1999 verviel, kregen Spaanse vissers
die hierdoor minder konden gaan vissen financiële steun van de overheid. De
regeling liep van juli 2002 tot 31 december 2005, maar is inmiddels verlengd. De
steun wordt over de gewesten verdeeld en bedraagt dit jaar ¤ 18 mln. voor de vis-
sers uit Andalucië. In de periode 2002-2005 kregen de betrokken provincies de vol-
gende bedragen: ¤ 34,5 mln. voor Cádiz, ¤ 10,7 mln. voor Huelva, ¤ 3,3 mln. voor
Málaga, ¤ 8,9 mln. voor Almería, ¤ 3,3 mln. voor Málaga en ¤ 0,664 mln. voor
Granada. De gewestelijke minister van Visserij heeft gezegd dat de Canarische vis-
sersvloot bijna is verdwenen, hetgeen hij vooral wijt aan het vervallen visserijak-
koord met Marokko. Van de 300 schepen die er tien jaar geleden nog waren, zijn er
nog maar 60 over. Deze schepen vissen vooral in de wateren voor Mauritanië,
Senegal en Guinee Bissau.
Spanje: uitleg over bordentrawl
Na alle negatieve publiciteit en de acties van Greenpeace tegen bordentrawl, en
speciaal tegen bordentrawl met klossenpees, gaat het ministerie een voorlich-
tingscampagne beginnen. Het grote publiek zal worden uitgelegd dat de Spaanse
vissers zich dankzij toezicht en controle, houden aan alle gestelde regels.
Spanje: visserijbeleid voor Middellandse Zee
De regering onderhandelt met de autonome gewesten over een plan voor de vis-
serij in de Middellandse Zee. De centrale regering wil dat het plan op 1 januari
2006 in werking treedt en dat het van kracht blijft tot 1 januari 2010. Het doel is te
komen tot meer bescherming van de visstanden door vangstbeperking, vrijwillige
vermindering van het aantal schepen, het vaststellen van quota en het voorschrijven
van bepaalde maaswijdten.
20
Spanje: steun voor aquacultuur in Galicië
De minister van Landbouw heeft in Galicië het Fonds voor Steun aan de
Aquacultuur ondertekend en ¤ 3 mln. beschikbaar gesteld voor steun aan aquacul-
tuurbedrijven in dit gewest.
Verenigde Staten: conserveringsmiddel
Vanwege het ontbreken van een goed alternatief gebruiken garnalenvissers in de
Golf van Mexico nog steeds een conserveringsmiddel dat bekend staat als de
`shrimp dip', ondanks berichten dat het middel verschillende slachtoffers heeft
gemaakt en tot verwondingen leidt. De garnalenvissers gebruiken het conserve-
ringsmiddel, genaamd sodiummetabisulfiet, ter voorkoming van zwarte stippen
op het schild en de poten van de garnalen, die in de baai worden geoogst.
Ongeveer 400 vissersschepen met vriesinstallaties in de Golf van Mexico gebruiken
het conserveringsmiddel, dat gemengd met water en zuur van de garnalen, het
dodelijke gas zwaveldioxide kan veroorzaken.
Volgens cijfers van de Amerikaanse kustwacht zijn tussen 1970 en 1993 als gevolg
van de garnalendip 43 incidenten gemeld, waarvan elf met dodelijke afloop. Een
betaalbaar alternatief voor sodiummetabisulfiet is nog niet ontwikkeld. Een aantal
vissers is overgegaan op een ander conserveringsmiddel, genaamd Everfresh,
maar dit middel is kostbaar en niet goed bruikbaar op vissersboten met vriesinstal-
laties. Sodiummetabisulfiet kost ongeveer $ 30 dollar voor een zak van 22 kilo.
Voor Everfresh moet zes keer zoveel worden uitgegeven.
Verenigde Staten: kwaliteitsprogramma gekweekte zalm
De Food Marketing Institute (FMI), een overkoepelende belangenorganisatie voor
de Amerikaanse detailhandel, en Salmon of the Americas (SOTA) hebben eind
februari aangekondigd een uitgebreid certificeringsprogramma te willen ontwik-
kelen voor gekweekte zalm. Het nieuwe programma zal worden uitgevoerd onder
toeziend oog van het Safe Quality Food (SQF) certificeringsprogramma van de FMI.
Deskundigen uit Chili, Canada en de VS nemen deel aan het programma. Volgens
Paul Ryan, directeur van het SQF-programma, betreft het het meest uitgebreide
certificeringsprogramma voor vis. Het programma zal door internationale experts
gecontroleerd worden. Het zalmproject is gebaseerd op een risicoanalyse van elke
fase in de aanvoerketen van zalm. Kritieke fasen in de productie zullen worden geï-
dentificeerd en gecontroleerd. Het streven is het project een model te laten zijn
voor de productie van gekweekte zalm wereldwijd. Naast voedselveiligheids- en
kwaliteitsaspecten ten aanzien van zalmproductie en -verwerking, komen ook
milieu- en welzijnsaspecten voor medewerkers aan de orde in het programma.
Volgens Ryan zal het programma supermarkten en andere detailhandelaren de
garantie bieden dat zalm, afkomstig van gecertificeerde SQF-leveranciers, op ver-
antwoorde wijze geproduceerd is door SOTA-leden. Meer informatie over het pro-
gramma is beschikbaar via de website van Safe Quality Food Institute.
Http://sqfi.com.
21
Wetenschap, onderwijs,
voorlichting en onderzoek
Verenigde Staten: discussiestuk landbouwethiek
De raad voor landbouwwetenschap en technologie (CAST), gevestigd in Ames,
Iowa, heeft half februari een discussiestuk uitgebracht, getiteld `Agricultural
Ethics'. In het document wordt onder meer ingegaan op de vraag wie op het
gebied van landbouw en milieu bepaalt wat ethisch juist en wat onjuist is, hoe der-
gelijke beslissingen tot stand komen en wat de gevolgen zijn van deze beslissin-
gen voor onderzoek, beleid en andere belanghebbenden.
In het document, dat is opgesteld door een taskforce van zeven experts op het
gebied van ethiek in de landbouw en het milieu, wordt onder meer beschreven
hoe ethische begrippen en instrumenten vraagstukken binnen het voedselsysteem
aan de orde kunnen stellen. Ook wordt aangegeven hoe landbouwethiek geïnsti-
tutionaliseerd zou kunnen worden en geeft het een korte begrippenverklaring
voor geïnteresseerden die meer willen weten over het begrip `ethiek' in relatie tot
landbouw.
Specifieke landbouw-ethische thema's, die volgens CAST discussie opwekken zijn
bijvoorbeeld: landbouwstructuur, dierenwelzijn, voedselveiligheid en -zekerheid,
milieu-implicaties, internationale handel, agrarische biotechnologie, onderzoeks-
ethiek, betrouwbaarheid van onderzoek en institutionalisering van ethische land-
bouwanalyses. Het uiteindelijke doel van landbouwethiek is volgens de experts
om consistente, heldere, gedetailleerde en universele standaarden te ontdekken
of te ontwikkelen voor de beoordeling van acties en beleid. Agrarische ethische
vraagstukken zijn bijvoorbeeld:
de overgang van kleine familiebedrijven naar grote internationale agribusines-
ses (`verlies van het traditionele `lenen/gebruik' van het land' of een `natuurlijke
economische aanpassing'?)
de toegenomen wereldconsumptie van vlees (`toename in consumptie van
eiwitten en meer variëteit in voedsel' of `een bedreiging voor het welzijn van
dieren en het gebruik van het land'?)
de moderne voedselketen, waarbij voedingsmiddelen besmet kunnen worden
met chemicaliën en pathogenen (`verantwoordelijkheid van de overheid' of `per-
soonlijke verantwoordelijkheid'?)
de gevolgen van landbouwactiviteiten op het milieu (`nuttig gebruik van natuur-
lijke rijkdommen ten behoeve van de menselijke bevolking' of `verwoestend
gedrag met nadelige gevolgen voor dieren, planten en andere natuurlijke bron-
nen'?)
het gebruik van biotechnologie in de landbouwproductie (`experimenteel en
gevaarlijk' of `nuttig en efficiënt'?).
De volledige tekst van het discussiestuk `Agricultural ethics' is beschikbaar via de
website van CAST: http://www.cast-science.org. De kosten zijn $ 5,-.
22
Voedings- en
kwaliteitsaangelegenheden
Spanje: stijgende visconsumptie
Hoewel de Spaanse consumenten al veel vis eten, blijkt de hoofdelijke consumptie
in 2004 toch gestegen te zijn: van 24,99 kg/pp tot 25,48 kg. Per kilo betaalden de
consumenten daar 4% meer voor dan in 2003.
Japan: additieven
Een van de meest heikele onderwerpen tussen Japan en onder meer de EU zijn de
voedseladditieven. Veel additieven die in de EU en/of de VS zijn toegestaan,
mogen Japan niet in. In juli 2002 heeft het ministerie van Volksgezondheid, Arbeid
en Welzijn een inventarisatie gemaakt van de wensenlijsten van de voornaamste
handelspartners. Dit resulteerde in een lijst van 46 additieven, waarvan de toe-
gang met prioriteit behandeld zou worden. Dat die goedkeuring een stroperig
proces zou zijn werd alom verwacht, maar het werd er niet beter op toen in juli
2003 de Nationale Voedselveiligheidscommissie werd opgericht. Deze werd ver-
antwoordelijk gemaakt voor alle risicobeoordeling en begon met het gedane werk
over te doen. Van de 46 prioritaire additieven zijn er tot op heden pas twee toege-
laten (calcium stearate, nitrous oxide); over de niet-prioritaire wordt al lang niet
meer gesproken. Terwijl de Voedselveiligheidscommissie feitelijk de beoordeling
doet, is Volksgezondheid verantwoordelijk voor de aanlevering van het dossier en
het verzamelen van al het materiaal.
In antwoord op alle kritiek gaat het ministerie de snelheid opvoeren en de transpa-
rantie vergroten. Meegedeeld is dat in de 32 maanden tussen juli 2002 en februari
2005 in totaal 20 dossiers zijn ingediend. De capaciteit binnen het ministerie wordt
uitgebreid om volgens een vastgelegd schema tussen maart 2005 en februari 2007
de resterende 26 additieven gereed te maken voor een risicobeoordeling. Voor dat
traject is het ministerie niet verantwoordelijk en dat wordt nadrukkelijk aangege-
ven. Maar, het moet gezegd, de stappen van het ministerie zijn bijzonder positief.
Hoe het met een bepaald dossier stond, was in het verleden nog wel eens ondui-
delijk. Als binnen de commissie echter geen capaciteitsvergroting plaatsvindt,
treedt er netto geen enkele tijdwinst op in het traject. Het enige dat
Volksgezondheid nu heeft bereikt is dat, bij kritiek op de Japanse besluitvorming,
verwezen kan worden naar een onafhankelijke Voedselveiligheidscommissie die
zich door niemand laat opjagen. Snel gaan de dingen inderdaad niet: behalve de
twee positieve beoordelingen (een na 9 maanden, een na 15 maanden) liggen zes
dossiers al sinds oktober 2003 bij de commissie. De panels komen niet frequent bij-
een en bestaan uit tamelijk conservatieve wetenschappers.
Verenigde Staten: voedselveiligheidsinstanties
De onderzoekstak van het Amerikaanse Congres (GAO) heeft een onderzoek uitge-
voerd naar de ervaringen van een aantal landen dat is overgegaan op één overkoe-
pelend agentschap voor voedselveiligheid. De GAO is, evenals verschillende con-
sumentenorganisaties en een aantal congresleden, een groot voorstander van het
samenvoegen van verschillende Amerikaanse federale overheidsinstanties voor
voedselveiligheid in één agentschap. In het meest recente rapport, genaamd `Food
Safety: Experiences of Seven Countries in Consolidating their Food Safety Systems',
23
beschrijft de GAO het consolidatieproces in Canada, Denemarken, Ierland en het
Verenigd Koninkrijk. Deze landen zijn in 1999 overgegaan tot de formatie van één
nieuwe, onafhankelijke overheidsinstantie voor voedselveiligheid. Ook wordt
ingegaan op de nieuwe agentschappen in Duitsland, Nieuw-Zeeland en
Nederland, landen die sindsdien ook begonnen zijn met dit proces.
Het rapport beschrijft onder meer op welke wijze de verschillende landen de con-
solidatie hebben geïmplementeerd en hoe problemen/uitdagingen werden aange-
pakt, bijvoorbeeld waar het nieuwe agentschap binnen de bestaande overheidsor-
ganisaties zou worden geplaatst en de gevolgen van de herstructurering voor
medewerkers. De GAO vermeldt dat, ondanks het feit dat de beschreven landen
tot dusver geen onderzoek hebben gedaan naar de resultaten van de consolidatie,
het nettoresultaat van de reorganisatie overwegend positief is. Hoewel de consoli-
datie tot extra kosten heeft geleid, is het de verwachting dat de baten deze op den
duur zullen overtreffen. Nederland zou volgens de GAO van mening zijn dat de
kosten in de toekomst met 25% zouden kunnen worden gereduceerd. Ook zou de
consolidatie goed zijn voor de effectiviteit en efficiency van het voedselveiligheids-
systeem. De ervaringen van de verschillende landen kunnen volgens de GAO nut-
tig zijn voor Amerikaanse beleidsmakers.
Het ministerie van Landbouw (USDA) en de Food and Drug Administration (FDA)
hebben echter in een reactie op het rapport aangegeven dat ervaringen van de
verschillende landen slechts beperkt van toepassing zijn op het Amerikaanse voed-
selveiligheidssysteem, omdat deze landen zoveel kleiner zijn dan de Verenigde
Staten. Het USDA had daarnaast gehoopt dat de studie kwantitatieve gegevens
zou opleveren met testresultaten van pathogenen in proefmonsters, het aantal
ziektegevallen door voedselbesmettingen en bijvoorbeeld reorganisatiekosten.
Ook een vergelijking tussen het oude systeem en het nieuwe, geconsolideerde sys-
teem ten aanzien van effectiviteit en efficiency ontbreekt. De GAO beaamt deze
tekortkomingen.
Meer onderzoek zal nodig zijn om de industrie, het Congres en de verschillende
overheidsinstanties te overtuigen van het idee van een overkoepelende overheids-
instantie voor voedselveiligheid in de Verenigde Staten. Duidelijk is wel dat het
onderwerp nog niet van de agenda is. De verwachting is dat senator Durbin en
vertegenwoordiger Rosa De Lauro, beiden Democraten uit Connecticut, opnieuw
een wetsvoorstel zullen indienen voor het vormen van één instantie voor voedsel-
veiligheid. Het voorstel is voorheen ook wel eens ingediend, maar haalde het toen
niet. Volgens een medewerker van de landbouwcommissie van de Senaat zal steun
van de verschillende overheidsinstanties nodig zijn, wil het voorstel enige kans
maken.
Het rapport is beschikbaar via de website van de GAO: http://www.gao.gov/cgi-
bin/getrpt?GAO-05-212.
24
Veterinaire aangelegenheden
Portugal en Spanje: akkoord over Blue Tongue
Portugal en Spanje hebben een overeenkomst getekend met betrekking tot Blue
Tongue. Voor Blue Tongue gevoelige dieren mogen binnen gebieden waar de ziek-
te al enige tijd niet is aangetroffen, maar waar nog wel beperkende maatregelen
gelden, worden vervoerd. Het vervoer is mogelijk als het tevoren wordt aangekon-
digd, de wagens gedesinfecteerd zijn en de dieren rechtstreeks naar het slachthuis
worden vervoerd.
Canada: vogelpest
Een evaluatie van de Canadese voedselinspectie (CFIA) over de bestrijding van de
vogelpestuitbraak in British Columbia (BC) in 2004 wijst op een aantal tekortko-
mingen in de Canadese crisishandboeken voor dierziekte-uitbraken. Volgens de
CFIA is zowel op het gebied van voorbereiding, communicatie, informatiemanage-
ment en het in kaart brengen van onvoorziene omstandigheden verbetering
nodig. Daarnaast bleek in vele gevallen onduidelijkheid te bestaan over verant-
woordelijkheden ten aanzien van besluitvorming en coördinatie met andere fede-
rale agentschappen en provinciale overheden. Om deze tekortkomingen te verhel-
pen heeft de CFIA een werkgroep opgericht, die bestaat uit pluimveeorganisaties,
provinciale overheden en federale agentschappen om duidelijkheid te scheppen in
de taken en verantwoordelijkheden bij de beheersing van dierziekte-uitbraken en
het ontwikkelen van actieplannen. Het agentschap gaf in het rapport overigens
ook aan dat de uitbraak in BC over het algemeen redelijk goed was aangepakt en
dat er adequaat leiding was gegeven.
Pluimveehouders in BC daarentegen waren minder te spreken over het handelen
van het ministerie van Landbouw. Tijdens een hoorzitting voor provinciale wetge-
vers verklaarde Dave Loewen, eigenaar van het bedrijf waar het virus voor het
eerst werd vastgesteld, dat hij zeer ontevreden was over de wijze waarop de CFIA
heeft gereageerd op de uitbraak. Het afvoeren van de 18.000 gedode stuks pluim-
vee zou op zeer onprofessionele wijze hebben plaatsgevonden en Loewen sluit
dan ook niet uit dat dit de verdere verspreiding van het virus tot gevolg heeft
gehad. Ook een woordvoerder van de pluimveecommissie van BC liet weten dat de
CFIA-procedures dermate gebrekkig waren dat het slechts toeval is dat de ziekte
niet naar andere provincies is verspreid.
Het virus heeft zich destijds in een straal van meer dan 60 kilometer van de
besmettingshaard kunnen verspreiden. Uiteindelijk werden meer dan 15 miljoen
stuks pluimvee geslacht, waarvan er 3 miljoen besmet waren met de ziekte. De
rest werd commercieel op de markt gebracht. De meest gehoorde klacht van de
sector was dat slechts Can$ 63 mln. in compensatie is ontvangen, terwijl het de
sector meer dan Can$ 340 mln. heeft gekost om weer op gang te komen.
Het gehele rapport van de CFIA is beschikbaar via de volgende website:
http://www.inspection.gc.ca.
25
Japan: 16e BSE-geval
Op 27 maart is het 16e BSE-geval bevestigd. Het betrof een negen jaar oude koe,
die voor de slacht werd aangeboden. De koe werd geboren op 23 maart 1996,
dezelfde datum als het vierde geval. Het merendeel van de getroffen runderen
werd geboren tussen februari en april 1996, en opvallend veel in de laatste week
van maart.
Noord-Korea: uitbraak vogelpest
Na enkele maanden van geruchten, heeft de Noord-Koreaanse overheid net voor
het paasweekend de uitbraak van vogelpest officieel bekend gemaakt. Onduidelijk
is of het gaat om een uitbraak op enkele boerderijen of op enkele pluimveeslach-
terijen. Het feit echter dat Hadang wordt genoemd duidt erop dat minstens een
slachterij hierin betrokken is. Hadang, dat in Pyongyang is gevestigd, is namelijk
de meest moderne pluimveeslachterij. Ondanks het feit dat de uitbraak niet offi-
cieel is gemeld bij het OIE, blijft het vrij uniek dat een klasse A-dierziekte op deze
manier wordt gemeld. Dit kan betekenen dat het of om een heel ernstige uitbraak
gaat, of dat Noord-Korea enigszins in de internationale pas wil lopen, om zo snel
mogelijk na vrijwaring weer pluimveevlees te kunnen exporteren. In het nieuws
kwam ook dat honderdduizenden kippen zijn geruimd en begraven, hetgeen aan-
geeft dat er geen moderne ruimingsfaciliteiten zijn. Zuid-Korea heeft daarom al
laten weten graag te willen helpen bij het indammen van de ziekte. Uiteraard
heeft Zuid-Korea daar alle belang bij in verband met het mogelijk overslaan van de
ziekte. Daarbij komt dat er onzekerheid is over het type virus dat in Noord-Koriea
optreedt, zodat het besmettingsgevaar moeilijk kan worden ingeschat. Uit het feit
dat grote aantallen dieren worden geruimd, mag worden afgeleid dat het om een
hoogpathogene variant gaat. Dat deze uitbraak in het door voedselschaarste
geplaagde land extra dramatisch is, staat buiten kijf.
Verenigde Staten: nieuwe website dierenwelzijn
Half februari heeft het Amerikaanse vleesinstituut (AMIF) een nieuwe website geo-
pend, over de manier van behandelen van dieren in de slachterijsector. De website
is bestemd voor de vleesindustrie, het publiek en de media. Via de nieuwe site kan
de zogenaamde `Recommended Animal Handling Guidelines and Audit Guide
2005' van de AMIF worden ingezien. Deze vrijwillige richtlijnen worden aanbevo-
len door de Amerikaanse Humane Association. Het document is opgesteld door
Dr. Temple Grandin van de Colorado State-universiteit, volgens de stichting één
van de meest vooraanstaande deskundigen op het gebied van dierenwelzijn.
Verder is via de website informatie te vinden over audits op het gebied van dieren-
welzijn, voorlichtingsmateriaal over het behandelen van dieren, een uitleg van
federale wetgeving ten aanzien van dierenwelzijn in slachterijen, informatie over
dierenwelzijn versus dierenrechten en foto's die een illustratie geven van de
behandeling van dieren in Amerikaanse slachterijen. De website is:
http://www.animalhandling.org. De richtlijnen zijn beschikbaar via:
http://www.animalhandling.org/guidelines/2005RecAnimalHandlingguidelines.pd
f.
26
Natuur, bos, landschaps- en
faunabeheer
Spanje: extra financiering voor Natura 2000
Voor het beheer van de Natura 2000-gebieden heeft Spanje ¤ 1.300 mln. nodig.
Slechts de helft daarvan komt voor medefinanciering uit de EU in aanmerking.
Bijna de gehele bijdrage moet echter (volgens de huidige EU-regels) betaald wor-
den uit het Fonds voor Plattelandsontwikkeling. Hier zijn de regering, de zeventien
autonome gewesten en de landbouworganisaties het niet mee eens. Zij menen
dat Natura 2000 apart gefinancierd moet worden en dat de gelden voor platte-
landsontwikkeling noch gebruikt mogen worden voor Natura 2000, noch voor het
betalen van uitkeringen aan boeren die zich aan milieumaatregelen houden. De
gewesten zitten nu met het probleem dat ze veel Natura 2000-gebieden hebben
aangewezen, waarvoor ze te weinig geld krijgen:
Natura 2000 in ha. Deel Spaanse opp.
Andalucië 2.549.169 29%
Aragón 1.345.515 28%
Asturias 248.007 22%
Balearen 170.550 16%
Baskenland 146.495 20%
Canarische Eilanden 487.886 42%
Cantabrië 144.327 27%
Castilla-La-Mancha 1.641.858 21%
Castilla y León 2.198.499 23%
Catalonië 619.763 20%
Extremadura 1.067.715 26%
Galicië 371.515 12%
Madrid 324.875 40%
Murcia 444.511 23%
Navarra 251.885 24%
Rioja 166.359 33%
Valencia 697.741 27%
en de autonome steden
Ceuta 1.467 32%
Melilla 599 71%
27
Biotechnologie
Spanje: juridische actie tegen transgene gewassen?
De Unie van Landbouwers en Veehouders van het gewest Aragón (UAGA) beraadt
zich over een juridische procedure tegen het ministerie van Landbouw en de leve-
ranciers van transgene zaden. Volgens UAGA is er steeds vaker sprake van besmet-
ting van biologische teelten door transgene zaden. De laatste klacht betrof een
besmetting van 4,8 ha. biologische tarwe. Volgens de akkerbouwer moet hij zijn
oogst daarom verkopen voor ¤ 0,12/kg in plaats van de ¤ 0,20 die hij zonder de
besmetting zou hebben gekregen. Doordat steeds vaker besmettingen zijn gecon-
stateerd hebben vijftien lokale landbouworganisaties, consumenten- en ecologi-
sche bewegingen het Aragonese Centrum voor Actie tegen Transgene Gewassen
(Coordinadora Anti-Transgénicos de Aragón, CATA) opgericht. Het belangrijkste
doel is de overheden te dwingen maatregelen te nemen.
28
MINISTERIE VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
LNV-Vertegenwoordiging Buitenland
ABU DHABI Bureau Manilla Bureau Zagreb
Werkgebied: Verenigde Arabische Emiraten en Dhr. J.I.C. Laquian, Technisch Assistent Mw. D. Budimir, Technisch Assistent
Saoedi-Arabië Bezoek Post/Bezoek
Dr.ir. J.G. van der Beek, LNV-Attaché adres : Ambassade der Nederlanden, 9e Etage, adres : Ambassade der Nederlanden,
Bezoek King's Court Bldg I, 2129 Chino Roces Medvescak 56, 10000 Zagreb,
adres : Ambassade der Nederlanden, Avenue, Makati City, Metro Manilla, Kroatië
Apt. 602 Al Masaood Tower Building, Filippijnen Telefoon : (00-385) 1.468.3697 (LNV)
Sheikh Hamdan Street, Postadres : P.O. Box 2448 MCPO, 1264 Makati, Telefax : (00-385) 1.468.4877 (BZ)
Abu Dhabi, Metro Manilla, Filippijnen E.Mail : NLAMB.LNV@ZG.HTNET.HR
Verenigde Arabische Emiraten Telefoon : (00-63) 2.811.2706 (LNV) 2e E.Mail : ZAG-LNV@MinBuza.NL
Postadres : P.O.Box 46560, Abu Dhabi, Telefax : (00-63) 2.811.2706 (LNV) WEBsite : http://www.netherlandsembassy.hr
Verenigde Arabische Emiraten E.Mail : NLMANAGR@EASTERN.COM.PH
Telefoon : (00-971) 2.632.0712 (LNV 2e E.Mail : MAN-LNV@MinBuza.NL
Telefax : (00-971) 2.632.0198 (LNV) WEBsite : http://www.netherlandsembassy.ph BOEKAREST
E.Mail : nog niet bekend Werkgebied: Roemenië, Bulgarije en
2e E.Mail : ABU-LNV@MINBUZA.NL Griekenland
BELGRADO Ir. ing. M.Y Brouwer, LNV-Attaché
Bureau Riyadh opmerking : zie Boedapest Post/Bezoek
Bezoek adres : Ambassade der Nederlanden,
adres : Ambassade der Nederlanden, Aleea Alexandru 20, Sector 1,
Diplomatic Quarter, Riyadh, BERLIJN 011823 Boekarest, Roemenië
Saoedi-Arabië Werkgebied: Duitsland en Zwitserland Telefoon : (00-40) 21.231.5657 (LNV)
Postadres : P.O.Box 94307, Riyadh 11693, Ir. J.J. Pape, LNV-Raad Telefax : (00-40) 21.231.6373 (LNV)
Saoedi-Arabië Mw. Mr. S.M.C. Deepen, LNV-attachee E.Mail : NLBKRAGR@OLANDA.KAPPA.RO
Telefoon : (00-966) 1.488.1093/2501 (LNV) Post/Bezoek 2e E.Mail : BKR-LNV@MinBuza.NL
Telefax : (00-966) 1.488.1519 (LNV) adres : Ambassade der Nederlanden, WEBsite : http://www.olanda.ro
E.Mail : Tijdelijk vervallen Klosterstrasse 50,
2e E.Mail : RIY-LNV@MinBuza.NL 10179 Berlin, Duitsland
WEBsite : http://www.holland.org.sa Telefoon : (00-49) 30.2095.6480 (LNV) Bureau Athene
Telefax : (00-49) 30.2095.6481 (BZ) Mw. M. Plessas-Schallenberg, Technisch Assistent
E.Mail : NLBLNAGR@BLN.NLAMB.DE Post/Bezoek
ANKARA 2e E.Mail : BLN-LNV@MinBuza.NL adres : Ambassade der Nederlanden,
Werkgebied: Turkije, Israël en Palestijnse WEBsite : http://www.dutchembassy.de Leoforos Vassileos Konstantinou 5-7,
gebieden Athene 106- 74, Griekenland
Mw. Drs. C.J.M. Konsten, LNV-Raad Telefoon : (00-30) 210.725.4960 (LNV)
Post/Bezoek BOEDAPEST Telefax : (00-30) 210.725.4907 (LNV)
adres : Ambassade der Nederlanden, Werkgebied: Hongarije, Bosnië-Herzegovina, E.Mail : ATH-AGR@DUTCHEMAIL.GR
Turan Günes Buvari 7. Cadde no. 3, Kroatië, Oostenrijk, Servië-Montenegro en 2e E.Mail : ATH-LNV@MinBuza.NL
Yildiz 06550 Ankara, Turkije Slovenië WEBsite : http://www.dutchembassy.gr
Telefoon : (00-90) 312.409.1860 (LNV) Drs. J.D. Gábor, LNV-Raad
Telefax : (00-90) 312.409.1892 (LNV) Ir. J.A. Landstra, LNV-Raad
E.Mail : NLGOVANKAGR@NET.NET.TR Werkgebied: Hongarije, Bosnië-Herzegovina, Bureau Sofia
2e E.Mail : ANK-LNV@MinBuza.NL Bulgarije, Estland, Kroatië, Letland, Litouwen, Mw. D.H. Milenkova, Technisch Assistent
WEBsite : http://www.dutchembassy.org.tr Macedonië, Polen, Roemenië, Servië-Montenegro, Bezoek
WEBsite Slovenië, Slowakije en Tsjechië adres : Ambassade der Nederlanden,
LNV-bureau: http://www.nlankagr.com Oborishte 15, 1504 Sofia,
Drs. A.E. Braam, Raad voor Veterinaire Bulgarije
Aangelegenheden Postadres : P.O. Box 91, 1000 Sofia, Bulgarije
Bureau Athene Bezoek Telefoon : (00-359) 2.8160.380 (LNV)
Opmerking : Zie Boekarest adres : Ambassade der Nederlanden, Telefax : (00-359) 2.8160.381 (LNV)
Füge utca 5-7 (2e district), E.Mail : NLSOFAGR@BULPOST.NET
1022 Boedapest, Hongarije 2e E.Mail : SOF-LNV@MinBuza.NL
BANGKOK Postadres : P.O.Box 56, 1388 Boedapest, Hongarije WEBsite : http://www.netherlandsembassy.bg
Werkgebied: Thailand, Filippijnen, Vietnam Telefoon : (00-36) 1.3366.380 (LNV)
Ir. M.H. Slingenberg, LNV-Raad Telefax : (00-36) 1.3266.238 (LNV)
Bezoek E.Mail : NLBOEAGR@PRONET.HU BRASÍLIA
adres : Ambassade der Nederlanden, 2e E.Mail : BDP-LNV@MinBuza.NL Werkgebied: Brazilië
106 Wireless Road Lumpini, WEBsite : http://www.netherlandsembassy.hu Dhr. J.G. van de Vooren, LNV-Raad
Bangkok-10330 Bezoek
Postadres : P.O.Box 404, Bangkok 10330, Thailand adres : Ambassade der Nederlanden,
Telefoon : (00-66) 2.255.7559 (LNV) Bureau Belgrado Ses Avenida das Nações, Qd. 801,
Telefax : (00-66) 2.254.1415 (LNV) Mw. M. Mirkovic, Technisch Assistent Lote 05 CEP 70405-900 - Brasília - DF,
E.Mail : NLBANAGR@LOXINFO.CO.TH Bezoek Brazilië
2e E.Mail : BAN-LNV@MinBuza.NL adres : Ambassade der Nederlanden, Postadres : Caixa Postal 07/0098, CEP 70359-970
WEBsite: : http://www.netherlandsembassy.in.th Simina 29, 11000 Belgrado, Brasília - DF, Brazilië
Servië-Montenegro Telefoon : (00-55) 61.321.4769 (BZ)
Postadres : Postfah 489, 11001 Belgrado, Telefax : (00-55) 61.323.5342 (LNV)
Bureau Hanoi Servië-Montenegro E.Mail : NLBRAAGR@UOL.COM.BR
Mw. Truong Thi Dung, Technisch Assistent Telefoon : (00-381) 11.3281.147 (BZ) 2e E.Mail : BRA-LNV@MinBuza.NL
Post/Bezoek Telefax : (00-381) 11.223.981 (BZLNV) WEBsite : http://www.embaixada-holanda.org.br
adres : Ambassade der Nederlanden, E.Mail : NLGOVBEL@EUNET.YU (tijd.)
Daeha Office Tower, 6th floor 2e E.Mail : BEL-LNV@MinBuza.NL
360 Kim Ma Street, Ba Dinh District, WEBsite : http:/www.nlembassy.org.yu
Hanoi, Vietnam
Telefoon : (00-84) 4.8315.650
Telefax : (00-84) 4.8315.605 (LNV)
E.Mail : NLHANAGR@FPT.VN
2e E.Mail : HAN-LNV@MINBUZA.NL
WEBsite : http://www.netherlands-embassy.org.vn
* De posten Brussel PV-EU en Washington zijn tevens belast met procurement-aangelegenheden in het kader van de ontwikkelingsfondsen van de Europese Unieschap resp. de wereldbankgroep 18 maart 2005
Bureau São Paulo GENÈVE PV KIEV
Mw. F.E. Heering, Administratief Medewerker Werkgebied: Permanente Vertegenwoordiging Werkgebied: Oekraïne, Armenië, Azerbeidzjan,
Bezoek van het Koninkrijk der Nederlanden bij de WTO Georgië, Moldavië
adres : Consulaat-Generaal der Nederlanden, (Wereldhandelsorganisatie) en andere interna- Ir. A.A. Verhagen, LNV-Raad
Avenida Brigadeiro Faria Lima 1779, tionale organisaties te Genève (UNCTAD, UNEP, Post/Bezoek
3 -andar WHO, WIPO/UPOV) adres : Ambassade der Nederlanden,
CEP 01451-001-São Paulo-SP, Brazilië Ir. R.P. Lapperre, LNV-Raad Kontraktova Ploscha 7, 01901 Kiev,
Postadres : Caixa Postal 11302, Bezoek Oekraïne
CEP 05422-970-São Paulo-SP, Brazilië adres : Permanente Vertegenwoordiging van Telefoon : (00-380) 44.490.8223 (LNV)
Telefoon : (00-55) 11.3811.3300 (BZ) het Koninkrijk der Nederlanden bij de Telefax : (00-380) 44.490.8266 (LNV)
Telefax : (00-55) 11.3819.0903 (LNV) WTO en andere internationale E.Mail : KIEVAGRONL@UKR.NET
E.Mail : NLSAOAGR@UOL.COM.BR organisaties te Genève, 2e E.Mail : KIE-LNV@MinBuza.NL
2e E.Mail : SAO-LNV@MinBuza.NL 31-33 Avenue Giuseppe-Motta, WEBsite : http://www.holland.com.ua
WEBsite : http://www.embaixada-holanda.org.br Genève, Zwitserland
Postadres : C.P. 196, 1211 Genève 20 CIC,
Zwitserland KOPENHAGEN
BRUSSEL Telefoon : (00-41) 22.748.1822/08 (LNV) Werkgebied: Denemarken, Estland, Finland,
Werkgebied: België, Luxemburg Telefax : (00-41) 22.748.1828 (BZ) Noorwegen, IJsland, Zweden
Jhr. Mr.ing. K.H.A. von Chrismar, LNV-Raad E.Mail : NLGEVAGR@BLUEWIN.CH Dhr. H.H. Schipper, LNV-Raad
Post/Bezoek 2e E.Mail : ROALD.LAPPERRE@MINBUZA.NL Post/Bezoek
adres : Ambassade der Nederlanden, adres : Ambassade der Nederlanden,
H. Debrouxlaan 48, 1160 Brussel, Toldbodgade 33, DK-1253
België HANOI Kopenhagen K, Denemarken
Telefoon : (00-32) 2.679.1550 (LNV) opmerking : zie Bangkok Telefoon : (00-45) 33.707.218 (LNV)
Telefax : (00-32) 2.679.1780 (LNV) Telefax : (00-45) 33.140.350 (BZ)
E.Mail : NLBRUAGRO@EURONET.BE E.Mail : NLKOPAGR@NEWMAIL.DK
2e E.Mail : BRU-LNV@MinBuza.NL HONGKONG SAR 2e E.Mail : KOP-LNV@MinBuza.NL
WEBsite : http://www.nederlandseambassade.be opmerking : zie Peking WEBsite : http://www.nlembassy.dk
BRUSSEL PV-EU JAKARTA LISSABON
Werkgebied: Permanente Vertegenwoordiging Werkgebied: Indonesië, Maleisië, Singapore, opmerking : zie Madrid
van het Koninkrijk der Nederlanden bij de tevens voor Association of South-East Asean
Europese Unie Nations (ASEAN)
Mw. Drs. M.A.J. Vaes, LNV-Raad Ir. F.A.G.M. Claassen, LNV-Raad LONDEN
Mr. G.P.G. Kunst, LNV-Raad Post/Bezoek Werkgebied: Verenigd Koninkrijk, Ierland
Drs. A.M. Akkerman, Raad voor Veterinaire adres : Ambassade der Nederlanden, Drs. G.G.J. Thissen, LNV-Raad
Aangelegenheden Jalan H.R. Rasuna Said, Kavel S-3, Post/Bezoek
Mr. O.B.M. Meuffels, LNV-Attaché Kuningan,Jakarta 12950, Indonesië adres : Ambassade der Nederlanden,
Ir. F. Vroegop, LNV-Attaché Telefoon : (00-62) 21.524.1032/48 (LNV) 38, Hyde Park Gate, Londen SW7 5DP,
Mw. Drs. S.J.C.W. Bont, LNV-Attachee Telefax : (00-62) 21.526.2230 (LNV) Verenigd Koninkrijk
Post/Bezoek E.Mail : NLJAKAGR@JRNE.OR.ID Telefoon : (00-44) 20.7590.3279/76/77/80 (LNV)
adres : Permanente Vertegenwoordiging van 2e E.Mail : JAK-LNV@MinBuza.NL Telefax : (00-44) 20.7581.5276 (LNV)
het Koninkrijk der Nederlanden bij de WEBsite : http://www.netherlandsembassy.or.id E.Mail : NLLONAGR@NETHERLANDS-
Europese Unie, H. Debrouxlaan 48, EMBASSY.ORG.UK
1160 Brussel, België 2e E.Mail : LON-LNV@MinBuza.NL
Telefoon : (00-32) 2.679.1545/1546 (LNV) Bureau Singapore WEBsite : http://www.netherlands-
Telefax : (00-32) 2.679.1776/1783 (LNV) Dhr. K.C. Chong, Technisch Assistent embassy.org.uk
E.Mail : nog niet bekend Bezoek
2e E.Mail : BRE-LNV@MinBuza.NL adres : Ambassade der Nederlanden,
WEBsite : http://www.nederlandseambassade.be 541 Orchard Road, 13-01 Liat Towers, MADRID
opmerking : tevens belast met procurement-aan Singapore 238881 Werkgebied: Spanje, Marokko, Portugal
gelegenheden in het kader van de Postadres : Tanglin P.O.Box 447, Singapore Mr. C.J. Heringa, LNV-Raad
ontwikkelingsfondsen van de EU 912415 Post/Bezoek
Telefoon : (00-65) 6739.1121 (LNV) adres : Ambassade der Nederlanden,
Telefax : (00-65) 6737.1940 (BZ) Avenida del Comandante Franco 32,
BUENOS AIRES E.Mail : NLSINAGR@SINGNET.COM.SG 28016 Madrid, Spanje
Werkgebied: Argentinië, Chili, Uruguay 2e E.Mail : SIN-LNV@MinBuza.NL Telefoon : (00-34) 91.353.7521/20 (LNV)
Drs. M. van Genne, LNV-Raad WEBsite : http://www.nethemb.org.sg Telefax : (00-34) 91.353.7567 (LNV)
Bezoek E.Mail : NLMADAGR@TELEFONICA.NET
adres : Ambassade der Nederlanden, 2e E.Mail : MAD-LNV@MinBuza.NL
Edificio Porteño II, KAIRO WEBsite : http://www.embajadapaisesbajos.es
Olga Cossenttini 831, Pisos 3 y 4, Werkgebied: Egypte, Jordanië, Libanon en Syrië
C1107 BVA Buenos Aires, Argentinië Ir. H.L.M. van Wissen, LNV-Raad
Postadres : Ambassade der Nederlanden, Post/Bezoek Bureau Lissabon
Olga Cossenttini 831, adres : Ambassade der Nederlanden, Mw. A.P. Paiva Geadas, Administratief Medewerker
C1107BVA Buenos Aires, Argentinië 18, Hassan Sabri Street, Post/Bezoek
Telefoon : (00-54) 11.4338.0090 (LNV) 11211 Zamalek, Kairo, Egypte adres : Ambassade der Nederlanden,
Telefax : (00-54) 11.4338.0091 (LNV) Telefoon : (00-20) 2.736.3863/2.739.5571/2/3 (LNV) Avenida Infante Santo 43-5o,
E.Mail : NLBUEAGR@EMBAJADAHOLANDA.INT.AR Telefax : (00-20) 2.736.0936 (LNV) 1399-011 Lissabon, Portugal
2e E.Mail : BUE-LNV@MinBuza.NL E.Mail : NLKAIAGR@HOLLANDEMB.ORG.EG Telefoon : (00-351) 21.391.4919 (LNV)
WEBsite : http://www.embajadaholanda.int.ar 2e E.Mail : KAI-LNV@MinBuza.NL Telefax : (00-351) 21.391.4952 (LNV)
WEBsite : http://www.hollandemb.org.eg E.Mail : NLLISAGR@NETCABO.PT
2e E.Mail : LIS-LNV@MinBuza.NL
DAMASCUS WEBsite : http://www.emb-paisesbaixos.pt
opmerking : zie Kairo Bureau Damascus
Mw. Samar Kadri, Technisch Assistent
Bezoek MANILLA
adres : Ambassade der Nederlanden, opmerking : zie Bangkok
Abou Roumaneh, Al-Jalaa Street,
Imm Tello, Damascus, Syrië
Postadres : Boîte Postale 702, Damascus, Syrië
Telefoon : (00-963) 11.333.5119/6871 (BZ)
Telefax : (00-963) 11.333.9369 (BZ)
E.Mail : NLDAMAGR@CYBERIA.NET.LB
2e E.Mail : DMC-LNV@MinBuza.NL
MEXICO PARIJS PV-OESO PRETORIA
Werkgebied: Mexico, Cuba Werkgebied: Permanente Vertegenwoordiging Werkgebied: Zuid-Afrika, Zimbabwe
Ir. P.A.L. de Rijk, LNV-Raad van het Koninkrijk der Nederlanden bij de OESO Mw. Mr. G.A. Kostwinder, LNV-Raad
Bezoek (Organisatie voor Economische Samenwerking Post/Bezoek
adres : Ambassade der Nederlanden, en Ontwikkeling) adres : Ambassade der Nederlanden,
Av. Vasco de Quiroga 3000, Piso 7, Ir. A.J.A. van Royen, LNV-Raad 825 Arcadia Street, Arcadia, Pretoria
Colonia Santa Fé, 01210 Mexico D.F., Post/Bezoek 0083, Zuid-Afrika
Mexico adres : Permanente Vertegenwoordiging van Postadres : P.O.Box 117, Pretoria 0001, Zuid-Afrika
Postadres : Apartado Postal 10-656, 11000 Mexico het Koninkrijk der Nederlanden bij de Telefoon : (00-27) 12.344.3910/1/2/3/4/5 Tst. 212
D.F., Mexico OESO, 12/14 Rue Octave Feuillet, (BZ)
Telefoon : (00-52) 55.5258.9921 tst. 215 (LNV) 75116 Paris, Frankrijk Telefax : (00-27) 12.343.7456 (LNV)
Telefax : (00-52) 55.5258.8139 (LNV) Telefoon : (00-33) 1.4524.9971 (LNV) E.Mail : NLPREAGR@TELKOMSA.NET
E.Mail : LNV@NLGOVMEX.COM Telefax : (00-33) 1.4524.9938(BZ) 2e E.Mail : PRE-LNV@MinBuza.NL
2e E.Mail : MEX-LNV@MinBuza.NL E.Mail : NLPAOAGRO@FR.OLEANE.COM WEBsite : http://www.dutchembassy.co.za
WEBsite : http://www.paisesbajos.com.mx 2e E.Mail : PAO-LNV@MinBuza.NL
RIYADH
MOSKOU PEKING Opmerking : zie Abu Dhabi
Werkgebied: Rusland, Kazakstan, Oezbekistan Werkgebied: Volksrepubliek China
en Wit-Rusland (incl. Hong Kong) en Mongolië
Ir. J.M.J.G. Kats, LNV-Raad Ir. H.J.W. van Duijn, LNV-Raad ROME
Bezoek Ir. R.J. Konijn, LNV-Attaché Werkgebied: Italië, Cyprus, Malta
adres : Ambassade der Nederlanden, Post/Bezoek Vacant, LNV-Raad
Tverskoj Blvd. 14/1, 5th Floor, adres : Ambassade der Nederlanden, Post/Bezoek
125009 Moscow, Rusland 4, Liangmahe Nanlu Rd., Beijing adres : Ambassade der Nederlanden,
Postadres : Ambassade der Nederlanden, 100600, Volksrepubliek China Via Michele Mercati 8, 00197 Rome,
Kalashny Pereulok 6, 125009 Telefoon : (00-86) 10.6532.4464 (LNV) Italië
Moscow, Rusland Telefax : (00-86) 10.6532.6329 (LNV) Telefoon : (00-39) 06.321.5003 (LNV)
Telefoon : (00-7) 095.797.2946 (landbouw, E.Mail : INFO@NLPEKAGR.COM (00-39) 06.322.1141 (BZ)
satkomset) 2e E.Mail : PEK-LNV@MinBuza.NL Telefax : (00-39) 06.321.0767 (LNV/BZ)
Telefax : (00-7) 095.797.2905 (LNV) WEBsite : http://www.hollandinchina.org/nl/ E.Mail : NLROMAGR@TUTTOPMI.IT
E.Mail : MOSLNV@SOVINTEL.RU peking/intro.htm 2e E.Mail : ROM-LNV@MinBuza.NL
2e E.Mail : MOS-LNV@MinBuza.NL WEBsite WEBsite : http://www.olanda.it
WEBsite : http://www.netherlands-embassy.ru LNV-bureau : http://www.nlpekagr.com/
ROME PV-ROME
NAIROBI Bureau Shanghai Werkgebied: Permanente Vertegenwoordiging
Werkgebied: Kenia, Eritrea, Ethiopië, Oeganda, Dhr. N. Hong, Technisch Assistentt van het Koninkrijk der Nederlanden bij de
Tanzania, tevens voor UNEP Post/Bezoek VN-organisaties voor voedsel en landbouw (FAO,
Mr. F.H.J. von der Assen, LNV-Raad adres : Consulaat-Generaal der Nederlanden, IFAD en WFP)
Bezoek Sun Plaza, East Tower, 4th Floor, 88 Drs. E. Wermuth, Buitengewoon en Gevolmachtigd
adres : Ambassade der Nederlanden, Xian Xia Road, Shanghai 200336, Ambassadeur, Permanent Vertegenwoordiger
Riverside Lane, Off Riverside Drive, Volksrepubliek China Ir. J.T.M.G. Steeghs, Ambassaderaad, Plv. Permanent
Nairobi, Kenia Telefoon : (00-86) 21.6209.9076 (BZ) Vertegenwoordiger
Postadres : P.O.Box 41537, 00100 Nairobi, Kenia Telefax : (00-86) 21.6278.9722 (LNV) Mw. Drs.A. Swalef, Tweede Secretaris,
Telefoon : (00-254) 20.4450.137 (LNV) E.Mail : NLSHAAGR@UNINET.COM.CN Beleidsmedewerker
Telefax : (00-254) 20.4450.138 (LNV) 2e E.Mail : SHA-LNV@MinBuza.NL Post/Bezoek
E.Mail : NLNAIAGR@AFRICAONLINE.CO.KE WEBsite : http://www.hollandinchina.org/ adres : Permanente Vertegenwoordiging van
2e E.Mail : NAI-LNV@MinBuza.NL nl/cg/sh-intro.htm het Koninkrijk der Nederlanden bij de
WEBsite : http://www.netherlands-embassy.or.ke WEBsite VN-organisaties voor voedsel en
LNV-Bureau: http://www.nlpekagr.com landbouw, Via delle Terme Deciane 6,
00153 Rome, Italië
NEW DELHI Telefoon : (00-39) 06.574.0306 (LNV)
Werkgebied: India, Bhutan, Nepal, Sri Lanka Bureau Hong Kong SAR Telefax : (00-39) 06.574.4927 (LNV)
Ir. A. Parzer, LNV-Raad Mw. M.P.C. Ng, Technisch Assistent E.Mail : NLROFAGR@NETHERLANDSPERMREP.IT
Post/Bezoek Post/Bezoek 2e E.Mail : ROF@MinBuza.NL
adres : Ambassade der Nederlanden, adres : Consulaat-Generaal der Nederlanden,
6/50F Shantipath, Chanakyapuri, New Room 5702, 57/F Cheung Kong Center,
Delhi 110021, India 2, Queen's Road Central, Hong Kong SÃO PAULO
Telefoon : (00-91) 11.2688.4951/2/3/4 tst 205, 277 Volksrepubliek China Opmerking : Zie Brasilia
en 204 (LNV) Telefoon : (00-852) 2.524.8187/88 (LNV)
Telefax : (00-91) 11.2688.2799 (LNV) Telefax : (00-852) 2.524.9419 (LNV)
Email : NLNDEAGR@VSNL.NET E.Mail : NLHONAGR@NETHERLANDS-CG.ORG.HK SEOUL
2e E.Mail : NDE-LNV@MinBuza.NL 2e E.Mail : HON-LNV@MinBuza.NL Werkgebied: Republiek Korea, Taiwan
WEBsite : http://www.holland-in-india.org WEBsite : http://www.netherlands-cg.org.hk Ir. J.P.N. Damen, LNV-Raad
WEBsite Bezoek
LNV-Bureau: http://www.nlpekagr.com adres : Ambassade der Nederlanden,
PARIJS Kyobo Building, 14th floor, 1,
Werkgebied: Frankrijk, Algerije Jongno 1-ka
Ir. L. Braakenburg, LNV-Raad PRAAG Jongno-gu, Seoul 110-714,
Post/Bezoek Werkgebied: Tsjechië, Slowakije Republiek Korea
adres : Ambassade der Nederlanden, Mw. Ir. P.M.B. de Vries-Van Loon, LNV-Raad Postadres : K.P.O. Box 509, Seoul 110-605,
7-9 Rue Eblé, 75007 Parijs, Frankrijk Post/Bezoek Republiek Korea
Telefoon : (00-33) 1.4062.3353 (LNV) adres : Ambassade der Nederlanden, Telefoon : (00-82) 2.723.4180 (LNV)
Telefax : (00-33) 1.4062.3452 (LNV) Gotthardska 6/27, 160 00 Praag 6, Telefax : (00-82) 2.723.0283 (LNV)
E.Mail : AGRICULTURE@AMB-PAYS-BAS.FR Bubeneç, Tsjechië E.Mail : NLSEOAGR@KOREA.COM
2e E.Mail : PAR-LNV@MinBuza.NL Telefoon : (00-420) 2.3301.5218 (LNV) 2e E.Mail : SEO-LNV@MinBuza.NL
WEBsite : http://www.amb-pays-bas.fr Telefax : (00-420) 2.3301.5257 (LNV) WEBsite : http://www.nlembassy.or.kr
E.Mail : NLPRAAGR@TI.CZ
2e E.Mail : PRA-LNV@MinBuza.NL
WEBsite : http://www.netherlandsembassy.cz
Bureau Taipei WASHINGTON
Dhr. G. Lee, Technisch Assistent Werkgebied: Verenigde Staten van Amerika,
Post/Bezoek (inclusief Puerto Rico), Canada en Wereldbank
adres : Netherlands Trade and Investment Ir. W.L.A.G. Tacken, LNV-Raad
Office, Agricultural and Food Post/Bezoek
Department, Rm. B, 5/F adres : Ambassade der Nederlanden,
Artist Construction Building, 133 Min 4200 Linnean Avenue, N.W.,
Sheng E. Road, Section 3, Taipei 105, Washington, D.C. 20008,
Taiwan Verenigde Staten van Amerika
Telefoon : (00-886) 2.2713.5760 tst. 150 Telefoon : (00-1) 202.274.2716/2718 (LNV)
Telefax : (00-886) 2.2713. 0194 Telefax : (00-1) 202.244.3325 (LNV)
E.Mail : NLTAIAGR@NTIO.ORG.TW E.Mail : NLWASAGR@YAHOO.COM
WEBsite : http://www.ntio.org.tw/agricultural/ 2e E.Mail : WAS-LNV@MinBuza.NL
index-e.htm WEBsite : http://www.netherlands-embassy.org
SHANGHAI ZAGREB
opmerking : zie Peking opmerking : zie Boedapest
SINGAPORE
opmerking : zie Jakarta
SOFIA
opmerking : zie Boekarest
TAIPEI
opmerking : zie Seoel
TEHERAN
Werkgebied: Iran
Drs. A.M. de Roo, LNV-Raad
Bezoek
adres : Ambassade der Nederlanden,
Darrous Sharzad Boulevard, Kamasaie
Street, 1st East Lane 33, 19498
Teheran, Iran
Postadres : P.O.Box 11365-138, Teheran, Iran
Telefoon : (00-98) 21.255.5094 (LNV)
Telefax : (00-98) 21.256.0213 (LNV)
E.Mail : NLTEHAGR@DPIMAIL.NET
2e E.Mail : TEH-LNV@MinBuza.NL
WEBsite : http://www.netherlandsembassy.ir
TOKIO
Werkgebied: Japan
Ir. F.L.M. Vossenaar, LNV-Raad
Post/Bezoek
adres : Ambassade der Nederlanden,
Shiba-koen 3-6-3, Minato-ku, 105-0011
Tokyo, Japan
Telefoon : (00-81) 3.5401.0421 (LNV)
Telefax : (00-81) 3.5401.0424 (LNV)
E.Mail : NLTOKAGR@MA.NEWEB.NE.JP
2e E.Mail : TOK-LNV@MinBuza.NL
WEBsite : http://www.oranda.or.jp
WARSCHAU
Werkgebied: Polen, Letland en Litouwen
Drs.ing. A.W. Verhey, LNV-Raad
Post/Bezoek
adres : Ambassade der Nederlanden,
Ul. Kawalerii 10, 00-468 Warschau,
Polen
Telefoon : (00-48) 22.559.1269 (LNV)
Telefax : (00-48) 22.840.2634 (LNV)
E.Mail : NLWARAGR@IKP.PL
2e E.Mail : WAR-LNV@MinBuza.NL
WEBsite : http://www.nlembassy.pl
---- --
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit